Hoofdcategorieën
Home » Twilight » Keep out of my life » part 7 of keep out of my life
Keep out of my life
part 7 of keep out of my life
Als ik wakker word, voel ik dat mijn kussen koud is. Gedesoriënteerd open ik mijn ogen. Ik zie dat ik Edward ondertussen als kussen gebruik. Ik ga rechtop zitten en rek me uit. 'Sorry.' al maakt een excuus weinig uit. Hij is er nog gewoon. Het kleine feit dringt nu pas tot me door. 'Ik ga me even aankleden.' Het begint al als ik voor mijn kast stil blijf staan. Normaal kies ik 's avonds mijn kleren uit. Mijn ogen glijden over mijn kleren. Ik besluit dat het niet uitmaakt en trek met mijn mogen dicht een shirt uit de kast. Een spijkerbroek is makkelijker. Na een heerlijk warme douche bekijk ik de blauwe plekken. Het valt eigenlijk best wel mee. Ik pak in mijn kamer de soepkom en loop naar beneden. Edward loopt achter me aan. 'Ik weet je reactie eigenlijk nog niet,' zegt hij als we aan tafel zitten. Ik zoek de juiste woorden in mijn hoofd. 'Ik vind het eigenlijk niet erg. Het maakt niet uit wat iemand is, maar hoe je ermee omgaat. Jij zegt dat je geen mensen vermoord, dus vertrouw ik je.' 'Verkeerde keuze. Ik had misschien beter bij je uit de buurt kunnen blijven.’ 'Daar is het nu te laat voor.' 'Blijf een stilzitten. Ik wil wat proberen.' Gehoorzaam doe ik wat hij zegt. 'Ogen dicht. Niet schrikken en blijf zitten.' Zijn stem komt steeds dichterbij. Dan voel ik zijn koude lippen op die van mij. Het lijkt of een bom ontploft in mijn binnenste. Ik knijp mijn handen samen om bijna niet te bewegen. Dan verdwijnen zijn lippen en open ik mijn ogen. 'Dat betekende?' Verkeerde conclusies trekken heeft natuurlijk geen zin. 'Dat ik verliefd op je ben.' Zijn ogen staan afwachtend. 'En wat wil je daarmee doen als dat wederzijds is.' Zijn ogen worden een seconde hard. 'Ik denk dat het te gevaarlijk is.' 'Zijn we niet al de hele tijd bij elkaar in de buurt.' Hij lijkt al te weten welke kant ik op wil, want hij schudt zijn hoofd. 'Laten we het gewoon proberen. Als het op niets uitloopt, kun je het altijd uitmaken.' Ik zet een puppyblik op en zie dat hij overstag gaat. 'Dus ik heb nu officieel een vriendje.' Hij knikt. Dan besef ik dat het hoog tijd wordt dat we naar school gaan.
Wonder boven wonder komen we ruim op tijd aan op school. Er zal wel iets van het autorijden van Edward tussenzitten. Ik zie de volvo ook de parkeerplaats oprijden. Alice stapt uit en komt naar ons toe, terwijl Rosalie me alleen maar vernietigend aankijk. Iets in me wordt ijskoud. Ik hoor Edward zacht grommen en ze kijkt weg. Dan staat Alice voor me. ‘Zo zusje, heb je zin om binnenkort te gaan shoppen?’ ‘Hoezo weet jij?’ ‘Alice ziet een soort van de toekomst.’ ‘Nou, ik kan de dingen die iemand beslist zien en ik weet dat je toch wel met me mee gaat shoppen.’ ‘Goed dan, denk ik.’ Alice’s lach klinkt hoog, ik zal wel weer leuk gekeken hebben. ‘Ik weet zeker dat we goede vriendinnen worden.’ Nog meer vrienden. Ik krijg bij Edward zijn zus er dus gewoon bij. ‘Fijn,’ blaas ik. ‘Alice wil je niet overdrijven.’ ‘Het is gewoon een feit hoor. Kom je vandaag ook weer naar ons na school.’ Ik schud mijn hoofd. ‘Heb thuis nog genoeg te doen.’ Wat genoeg is, hoeft ze niet te weten.
Mijn dag op school ging best snel voorbij. In de pauze kwam Alice bij ons zitten. Na school had Edward me naar huis gebracht en had geholpen met de huishoudelijke klusjes. Het ging echt veel sneller met hem erbij. Toen ik ben begonnen met het eten koken heb ik hem naar huis toe gestuurd. Meteen voelde ik me schuldig dat hij geen auto had. Hij verzekerde me dat hij veel liever rende en dat hij me dat ook nog wel ooit zou laten zien. Nu heb ik de tijd om na te denken. Edward heeft gelijk over het feit dat ik hulp moet zoeken. Therapie is misschien ook wel de beste oplossing. Maar dan moet ik eerst meer informatie hebben, voordat ik het aan mijn vader voorleg. Ik besluit morgen om extra informatie op te gaan zoeken. Het belangrijkste is dat ik moet gaan praten. We moeten hoognodig praten over het gedeelte van mij in elkaar slaan. Dan snijd ik het onderwerp wel al aan, maar komt de klap straks niet in een keer voor hem. De woordspeling in mijn hoofd jaagt me angst aan. Als hij niet wil luisteren heb ik het grootste probleem. Het is een mogelijkheid dat ik ooit niet meer wakker word. Hoelang zou Edward nodig hebben om daaruit te komen. Ik heb hem verboden om vanavond langs te komen. Ik ben zo erg in gedachte dat ik niet eens de voordeur hoor. Hij verrast me, als hij plots voor mijn neus staat. Zijn ogen staan niet al te boos. Hij helpt zelfs me met de tafel te dekken. Zijn bui is eigenlijk precies goed om het onderwerp aan bod te brengen. Al ben ik bang dat ik zijn bui dan weer verpest. Toch besluit ik het niet uit te stellen. Nouja, tot na het eten kan het wel wachten. Dan heb ik ook niet het feit dat we straks honger leiden of dat het eten koud wordt. Het is eigenlijk best wel gezellig tijdens het eten. We hebben een redelijk normaal gesprek. Hij helpt ook nog met afwassen en gaat niet meteen door richting de tv. Misschien is hij zelf wel tot inkeer gekomen. Is het eindelijk allemaal voorbij. Half twijfelend sta ik naar de tv te staren. Ik besluit de knop toch om te draaien. Als hij niet tot inkeer is gekomen, dan is hij nu het meest voor rede vatbaar. Ik ga voorzichtig naast hem zitten. ‘Pap, we moeten praten.’ Zijn gezicht draait van het scherm af. ‘Zeg het maar.’ De tv wordt zelfs uitgezet. Dit is echt al zolang geleden. ‘Waarom doe je dit alles?’ Ik hoop dat hij mijn vraag snapt. Hij zucht eens zacht en kijkt me verbaasd aan. Hij speelt weer een spelletje met me, gaat er meteen door mijn hoofd heen. ‘Ik weet niet wat ik waarom doe. Ik vind het ook heel erg, maar ik weet niet. Op sommige momenten zie ik alles rood en ben ik woedend. Het is nooit mijn bedoeling geweest om je te slaan.’ Zijn ogen vertellen geen leugens. Het is alleen de vraag of hij ondertussen niet ontzettend goed is in liegen. ‘Pap, misschien moet je daar dan iets aan gaan doen.’ Hij kijkt me vragend aan. ‘Ik weet zeker als je me de kans geeft iets te zoeken, dat ik iets zal kunnen vinden om ons te helpen.’ Ik hoop zo dat hij niet doorheeft dat ik al redelijk wat weet. ‘Ik weet het niet.’ ‘Het erkennen pap is al een stap de goede kant op. Dan kunnen we misschien weer net zoals vroeger zijn. Nouja, niet helemaal. Maar we kunnen toch proberen om nog gelukkig te zijn. We moeten een kans wagen.' 'Een kans wagen?' 'Een kans op beterschap tussen ons. Dit kan zo niet langer.' Hij kijkt me raar aan. 'Jij wil beweren dat ik niet goed voor jou zorg.' Hij pakt het verkeerd op. 'Nee. Ik bedoel dat je de woedeaanvallen onder controle moet krijgen.' Ik besluit dat ik het laatste ga proberen. Als het misgaat, dan ben ik dood. Als het lukt, ben ik gered. 'Mama had ook niet gewild dat het zo was gegaan. Ik weet zeker dat ze het nooit goedgekeurd had, als je me slaat. Ze had je allang het huis uitgestuurd. Denk aan haar. Doe het voor haar. Verander voor haar. Verander voor mij.' Te laat merk ik dat mijn smeekbede hem woedend heeft gemaakt. Zo snel ik kan ren ik richting mijn kamer. Ik heb de deur net niet snel genoeg dicht. Met een klap komt die tegen mijn schouder aan. Dan zie ik zijn hand gevaarlijk dichtbij komen.
Reacties:
Ooow, nee, niet doen
En vind het echt heel schattig dat Edward verliefd op haar is, wist ik al maarb toch..
Ga je snel verder? Melding?
xxx
aww. ik vind het zo zielig voor haar :'o
maar die vader word goed. ik voel het.
toch?
zeg dat ik gelijk heb <3
oh wat gaat hij nu weer doen, doe haar geen pijn, dat is zielig
please
waarom nou altijd zij
snel verder, please
heeel zielig voor haar,
maar weer ongelooflijk spannend!
<'3