Hoofdcategorieėn
Home » Twilight » He... and Me? » hoofdstuk 11.1
He... and Me?
hoofdstuk 11.1
Iedereen staat stil en maakt geen tot zo min mogelijk geluid. Ik kam met mijn gave meter voor meter het bos in, maar ik kan niets vinden. Vaag vang ik af en toe iets op, alleen dat loopt tot niets. Als ik na een half uur nog niets heb, en Alice ook niets doorkrijgt, besluiten we om verder te gaan. Verslagen loop ik erbij. Ik voel bijna dat iedereen een teleurgestelde of woedende blik in mijn rug brand. ‘Waarom lukt het nou niet?’ Hopeloos vraag ik het mezelf af. ‘Waarom?’ Ik ben compleet vergeten dat Michael er weer is en dat hij mij in mijn hoofd kan horen. Ik schrik me dan ook kapot als ik antwoord krijg; ‘Je hebt te veel druk op jezelf gelegd. Het is geen kwestie van moeten. Je moet het ook zelf willen vinden.’ Verwoed kijk ik even om me heen als ik het in mijn hoofd hoor, maar als ik dan Michael die lachen, weet ik het weer. ‘Jij met je psychiatrische opmerkingen.’ Hij kan er wel om lachen.
Tijdens het lopen zoek ik verder, maar deze keer met Michaels tip. Ik concentreer me er minder op en sta ook open voor de opmerkingen van de richtingen waarin de rest denkt dat het vandaan komt. Als ik eindelijk onze achtervolger heb gevonden, slaak ik een verschrikt gilletje.
“Jane,”¯ zeg ik. Onbewust ben ik Alec gaan aankijken. Zijn ogen knijpen samen. Gelijk weet ik ook dat Chelsea ook komt, maar dat zeg ik er niet bij. Diegene die het moeten weten, weten het als. Nu ik haar gevonden heb, concentreer ik me wat specifieker op haar. Ik kom precies te weten waar ze i. Wat ik ook gelijk meedeel, nog altijd Alec aankijkend. Ik weet al wat er gaat gebeuren, evenals de Cullens.
We hebben met zijn allen, buiten Alec om, besloten om toch maar door te rennen. Wie weet blijven we hun dan voor. Echter heeft ons lot niet zo mogen zijn. Als we op het veldje komen dat ik in mijn visioen zag, sta ik stil van verbazing. Het ziet er precies zo uit als ik eerder al zag. De takken waaien precies dezelfde hoek van graden. Het gras waait precies zo door elkaar heen. Alles is precies hetzelfde.
“Dit is het,”¯ fluister ik. Gelijk daarop kijk ik op door het gekraak van takken aan de andere kant van het veld. Jane komt het veld op. Ik voel bijna dat Chelsea haar gave op ons wil gebruiken.
“Ik heb jullie dus eindelijk gevonden. Kom jullie nu mee.”¯ Het is meer een bevel dan een vraag. Toch blijf ik staan waar ik sta.
“Nee,”¯ zeg ik ferm. Woede laait door me heen. Ik heb haar nooit gemogen, en dat zal ik ook nooit doen. Toch houd ik me in, zelfs als ze haar blik op me afvuurt. ‘Ze blijft het ook altijd proberen.’
“Jane, schat, je weet toch dat dat geen effect heeft. En Chelsea, je mag je gave wel van me afhalen hoor, jij weet ook dat dat niet werkt.”¯ Ik probeer er zoveel mogelijk spot in te leggen. Ik voel dat het gif bijna uit mijn mond loopt van ingehouden woede. Dan stapt Alec ineens naar voor, maar niet om te gaan.
Jane gilt, schreeuwt tegen Alec dat ze haar zich terug wilt. Alec geeft niet toe.
“Ik had je gewaarschuwd. Als je nog één keer je gave op Bella richtte, zorgde ik er persoonlijk voor dat je zonder zicht zal zitten.”¯ Geen één woord is ongemeend, toch weet ik dat hij zo om zal slaan. Dat hij naar hun toe gaan en dat Jane weggaat met haar zicht terug.
Reacties:
Wat een super, spannend geweldig verhaal.
Ik hoop dat je snel verder gaat!
Oeeh jij weet het ook altijd maar dan ook altijd spannend te maken hé
Je moet écht heel snel verder zodra het kan en je tijd hebt.
Ik hou je in de gaten
xx
Wowwie !! snel meer meer meer !!
ik vind het ssssssssssuuuuuuppppppeeeeeeerrrrrrrrr