Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » One Direction » Lost in paradise [5-shot] » De lichamen

Lost in paradise [5-shot]

3 aug 2012 - 20:22

1187

3

339



De lichamen

You believed in me, but I’m broken


Louis worstelde alsof zijn leven er vanaf hing. In zekere zin was dat ook wel zo, maar Liam weigerde hem los te laten. Zodra Zayn was bijgekomen van de schrik en de laatste paar meters afgelegd had - een proces dat in zijn geheel enkele seconden in beslag nam - hielp hij Liam om hun vriend in bedwang te houden. Het was lastiger dan hij verwacht had. Toen bleek dat Louis niet rustig ging worden en door zou gaan tot hij zelf ook tegen de grond stortte, begon Liam toch te praten. ‘Louis, je moet eerst even rustig worden nu,’ zei hij zachtjes. Harder. De jongen luisterde niet, leek hem nauwelijks te horen. De auto’s reden nog steeds allemaal door, alsof er niets aan de hand was. Ze wilden niets te maken hebben met vechtende jongeren en wat leek op een ontsnapte psychopaat. Momenteel had Louis daar heel veel van weg, met zijn warrige haar, gescheurde kleding en agressieve gedrag. ‘Louis!’ schreeuwde Zayn uiteindelijk zo hard dat zelfs Liam ervan schrok. Hij schudde de jongen hard door elkaar en leek enigszins door te dringen. ‘Luister,’ begon Liam opnieuw. ‘We moeten Harry omhoog halen. Zayn en ik gaan naar beneden en we zullen alles doen wat we kunnen, maar dan moet jij ons beloven dat je hier blijft en geen onverantwoordelijke beslissingen neemt.’
‘Hoe groot is de kans dat ‘ie nog leeft?’ vroeg Louis. Hij stribbelde bijna niet meer tegen, uitputting was nabij. Liam en Zayn keken elkaar aan, zich wanhopig afvragend wat ze ermee aan moesten.
‘Dat kunnen we vanaf hier niet weten. Wij gaan naar beneden en we zullen alles doen wat we kunnen, maar jij moet hier blijven.’
Louis reageerde niet. Hij staarde alleen maar voor zich uit, de boomtoppen in. Hij zag niets. Hij zei niets. Het leek erop dat hij in elkaar zou zakken zodra Liam en Zayn hem loslieten. ‘Louis?’ vroeg Zayn opnieuw. De jongen reageerde niet.
‘Oké, dan nemen we je wel mee naar beneden,’ zuchtte Liam, zich beseffend dat ze dan waarschijnlijk twee jongens naar boven zouden moeten tillen. Voorzichtig begonnen ze aan de afdaling. Harry was zover naar beneden gerold dat ze hem tussen de bomen en de stenen niet meer konden zien, maar ze konden zich het begin van zijn val herinneren, dus liepen ze die route op goed geluk na. Ze zeiden geen woord, wisten dat ze alle drie aan hetzelfde dachten maar weigerden erover te praten. Hij leefde nog. Natuurlijk leefde hij nog. Ze zouden hem spoedig vinden.
Hoe meer bomen en scherpe rotsen ze voorbij kwamen, hoe minder ze erin geloofden. Het was een steile afdaling, dus elke pas moest met uiterste voorzichtigheid gezet worden. Louis kon zich helemaal niet herinneren dat het zo stijl was. Ze begrepen geen van allen hoe hij het voor elkaar kreeg om niet te vallen, uitgeput als hij was, maar het lukte hem. Zelfs toen hij een sprintje trok omdat hij dacht Harry te zien. Liam deed nog een poging de mouw van Louis’ shirt te grijpen om hem tegen te houden, maar het gerafelde ding bleef achter in zijn hand terwijl Louis zonder mouw verder rende. Pas toen hij naast de jongen neerknielde en de haren uit zijn gezicht wreef, snapten Liam en Zayn waarom hij was gaan rennen. Met de best mogelijke combinatie van snelheid en voorzichtigheid kwamen ze achter Louis aan en knielden ook neer. ‘Ademt ‘ie?’ vroeg Zayn. Louis keek hem hulpeloos aan. Harry’s buik leek wel op en neer te gaan, maar slechts lichtjes. Liam boog zich voorover, tot hij met zijn oor enkele centimeters boven Harry’s mond hing. Zelf hield hij zijn adem in en hij luisterde ingespannen naar eventuele luchtverplaatsing in Harry’s mond en neus. Hij ademde wel. Lichtjes, inderdaad, maar hij ademde nog. ‘Hij leeft nog,’ fluisterde hij, waarna hij zijn armen onder Harry’s oksels werkte en hem op die manier een stuk omhoog trok. ‘Jij zijn voeten, Zayn.’ De jongen gehoorzaamde.
‘En ik dan?’ vroeg Louis, terwijl zijn vrienden Harry de heuvel weer op begonnen te trekken.
‘Jij moet zorgen dat je zelf weer levend bij de weg aankomt. Hij zal je nodig hebben.’
‘Waar gaan we heen?’
‘Het ziekenhuis, lijkt me. Dit kunnen we niet zelf oplossen.’
Louis zuchtte. Hij wist niet wat hij verwacht had. De hele weg omhoog bleef hij naar Harry’s onderbuik staren om te controleren of deze nog bewoog. Soms dacht hij te zien dat dit niet het geval was. Dan werd hij onmiddellijk overvallen door blinde paniek en kreeg hij de neiging om zichzelf ook gewoon te laten vallen, alsof het niets meer uitmaakte. Maar dan keek hij op, naar Harry’s gezicht, zijn haar, en dan weigerde hij te geloven dat de jongen niet wakker zou worden. Natuurlijk zou Harry wakker worden. Ze gingen naar huis. Ze hadden een weddenschap met de zon en die gingen ze winnen. Hij zou hem niet in de steek laten. Ze zouden elkaar niet in de steek laten. Nooit.
De weg omhoog ging sneller dan die omlaag, alsof ze zich door het extra gewicht van Harry’s lichaam realiseerden dat elke seconde telde. Elke seconde. Louis’ hartslag weerklonk in zijn hoofd, deed hem zich realiseren hoe snel de tijd voorbij ging, hoe ze ontiegelijk veel kostbare seconden en minuten verloren met het omhoog brengen van het lichaam. Weer die wanhoop.
Nee.
Alles kwam goed. Hij kneep zijn ogen stijf dicht, heel even, dwong zichzelf te geloven dat alles goed zou komen en liep weer door. Ze waren er bijna. Nog heel even. Als ze niet struikelden, zouden ze binnen een minuut voet zetten op de berm.
Ze struikelden niet. In de berm ging het een heel stuk sneller en in toptempo brachten Zayn en Liam Harry naar de auto. Ze renden bijna, voor zover dat ging met een lichaam tussen hen in. Terwijl ze Harry op de achterbank parkeerden, begon Louis aan de autodeur aan de chauffeurskant te morrelen.
‘Wat doe je?’ vroeg Liam hem, toen Harry eenmaal op de achterbank lag.
‘Ik rijd,’ deelde Louis mede.
‘Nee,’ bracht Zayn ertegenin. ‘Ik rijd.’
‘Je hebt verdomme niet eens je rijbewijs!’ riep Louis uit, boos, paniek. Tijd, kostbare tijd. Waar ging het heen?
‘Louis, ik rijd al de hele dag rond om jullie te vinden. Jij bent in paniek, je zou ons allemaal te pletter rijden. Ga alsjeblieft Harry gezelschap houden op de achterbank.’ Louis liet de woorden over zich heen komen en zuchtte. Met hangende schouders opende hij het portier bij de achterbank en stapte in, voorzichtig, legde Harry’s hoofd op zijn schoot, streek door zijn haren. De rest van de wereld verdween. De auto was er niet meer, Liam en Zayn waren er niet meer. Alleen zij waren er nog. Harry’s krulletjes, versierd met modder van de nacht aan de rivier. Harry’s ogen, dicht, omdat hij sliep. Zijn lippen, een heel klein stukje uit elkaar om voldoende adem binnen te kunnen halen. Louis streelde Harry’s gezicht, fluisterde tegen hem, bood een keer of honderd zijn excuses aan en smeekte de jongen bij hem te blijven. ‘Alsjeblieft,’ wist hij nog net uit te brengen, voor de eerste zoute traan kapot spatte op Harry’s voorhoofd.


Reacties:


neversay
neversay zei op 7 aug 2012 - 21:48:
Nawhh, arme Louis. *aait*
Okay Harry moet wel blijven leven. Want. Nee. Anders ga ik huilen. Yap.
Waarom rijd Liam trouwens niet? Of. Heeft hij ook geen rijbewijs? :' Ik ga lachen als ze een ongeluk krijgen en iedereen dood is.
Anywaaay, het is awesome. ^^ Best wel heel erg awesome. Ik had eerst wat moeite met in het verhaal komen, maar dat zit nu wel goed. ;D
Next! and last...


Tweety
Tweety zei op 5 aug 2012 - 0:21:
ik zit hier bijna te janken, man!!
snel verder gaan!!
en beter een happy end!! anders ga ik huilen (wat ik toch al doe )
snel verder
echt super!!
xx


xjeszell
xjeszell zei op 4 aug 2012 - 21:31:
woops inmiddels al twee keer gelezen maar nog niet gereageerd.
Anyhow - like I already told you - I like thiiis.
Well, I like the way it's written. I don't like what happened.
Poor Harry. And poor Lou.
En die laatste zin - bfdhg awh D: *hugs Loueh*
Nog één chapter omfg.
*goes look forward to it*