Hoofdcategorieën
Home » Overige » A Thousand Suns [Stand Alones] » Alleen zijn geur
A Thousand Suns [Stand Alones]
Alleen zijn geur
Het is avond, nacht. Tien uur elf uur twaalf uur. Eén uur en het ruikt naar hem. Alles ruikt naar hem altijd. Twee uur. Omdat hij overal is, ook als hij er niet is. Ik ruik hem altijd. Altijd hem en nooit iemand anders. Nooit zij of ik maar altijd hij. Ik trek mijn dekbed zachtjes over mijn hoofd heen. Donsveertjes prikkelen in mijn neus en ik ruik hem. Hallo, wil ik zeggen, alsof hij er is maar hij is er niet. Hij was hier ook nooit. Toch ruik ik hem. Of misschien ook niet, want het is zolang geleden dat ik wist hoe hij rook. Maanden geleden, jaren geleden. Eeuwen. Misschien heb ik het wel nooit geweten, maar dat idee is niet aanvaardbaar. Ik wist het wel en ik weet het nog steeds. Ik zal het altijd weten, want hij is hij en ik hou van hem. Zijn geur is van mij. Het is alles wat ik van hem heb, alles wat ik ooit van hem zal hebben. Alleen zijn geur. En zijn lichaam, naast me, ’s nachts. Zijn warmte die zich dan vermengt met mijn warmte, onze huiden die versmelten. Ik ben dan hem en hij is mij en wij zijn één. Zijn geur is mijn geur en ik ruik hem. De hele nacht door en ik voel hem ook. Overal. Bij me naast me in me op me onder me tegen me aan om me heen. Overal. Hij is overal en ik ruik hem. Hij houdt van me, heel veel en ik ook van hem, in het donker onder de dekens. ’s Morgens niet meer, dan is hij er niet meer en ben ik alleen. Met mijn deken, om me heen op me bij me onder me tegen me aan naast me. Ik smelt samen met mijn deken en blijf in bed liggen waar hij vannacht was, ook al is hij er nooit geweest. Zijn geur in mijn neus en ik ruik hem, hoewel ik eigenlijk al niet meer weet hoe hij ruikt. Toch is zijn geur overal, in mijn deken in mijn haar in mijn neus. Hij is nog bij me, in me, en ik ruik hem. Ook als ik opsta en de deur uitga en op straat loop. Alles ruikt naar hem en alles ziet eruit als hem. Alles is hem en hij is alles. Overal. Ik hou van hem, zie hem overal op elke straathoek. Hij ziet mij ook maar hij ziet me niet. Niet echt en ik hem ook niet, want ik weet allang niet meer hoe hij eruit ziet. Hij is ouder dan ik maar toch jonger. Hij heeft een baard hoewel hij geschoren is. Soms heeft hij een bril maar toch ook niet. Zijn haar is kort en lang. Ik zie hem overal en hij is iedereen en iedereen is hem. Alles ruikt naar hem. Zijn geur is de wereld. Alleen zijn geur.
Uiteindelijk leidt hij me elke dag weer naar huis en naar mijn bed. Soms huil ik omdat ik niet meer weet hoe hij ruikt. Dan huil ik mijn tranen en zijn tranen en onze tranen. Zout maar toch zoet omdat hij het is. Mijn tranen zijn zijn tranen. Tranen om hem en dan ruik ik hem weer en is hij weer in mijn neus. Dan stop ik met huilen en komt hij weer bij me. In me om me heen naast me op me onder me tegen me aan. Ik hou van hem en ik huil weer en hij huilt ook omdat ik huil. Samen huilen we en onze tranen versmelten, net als wij versmelten. Onze huiden worden één huid onze harten worden één hart onze cellen worden één cel. Ik hou van hem en hij van mij en we zijn hetzelfde.
Door de zoute tranen heen ruik ik hem maar hij is er al niet meer. Mijn huid is weer opgerekt en mijn hart is weer eenzaam. Alleen zijn geur. Ik sta op en haal een luchtverfrisser tevoorschijn. Ik spuit. Eerst weinig dan veel. Ik hoest. Hij komt uit de spuitbus, puur hij alleen hij en hij dringt mijn neus binnen. Ik wil hem niet hij moet weg maar hij gaat niet weg want hij is in mijn neus dus ik ga weer in bed liggen en trek de deken over mijn hoofd. Hij is onder mijn deken, in mijn deken. Hij is mijn deken. Ik hou van hem zolang hij er is en zolang ik hem ruik. Glimlachend val ik in slaap, wetend dat hij morgen bij me zal zijn en dat hij nooit bij me zal zijn. Altijd nooit en nooit altijd maar toch wel. Ik ruik hem. Alleen zijn geur. Zijn geur is de wereld en ik ben hem. ’s Nachts en overdag en altijd en nooit. Hij niet en ik niet. Wij altijd. Ik ben hem en hij is de wereld. Alleen zijn geur. Op me in me om me heen tegen me aan onder me naast me. Altijd. Nooit meer. Het begin is afgelopen het einde is begonnen. Ik ben het begin en hij is het einde. Ik ben hem maar nu niet meer. Het is afgelopen. Avond, nacht. Twee uur drie uur vier uur. Alleen nog zijn geur.
Reacties:
Bo, dit is echt heel mooi.
Ik denk dat ik het nog een keer moet lezen, want het is inderdaad vrij vaag, maar dat is juist wat het zo goed maakt. Als het minder vaag was geweest, al is het maar een klein beetje, dan zou het veel minder sterk overkomen.
Yeahh het is inderdaad een beetje weird zoals Jess al zei, maar dat maakt het ook heel cool. Waaant. Omdat het niet zo heel duidelijk is gaat je hoofd zelf dingen invullen. En. Dat is ook heel cool. ^^ En het is ook cool, omdat je personage waarschijnlijk ook heel warrig is. En dan is het zo cool als hij zichzelf de hele tijd tegenspreekt. ^^
Okay, yeah - weird indeed. I like it, though.
I really really like it.^^
MyGod!
Dit is inderdaad een beetje vaag maar jemig wat is het goed!
Je schrijft alleen over geur en je herhaalt veel, maar het is helemaal niet saai of zo! Het is echt wonderbaarlijk en prachtig-allemachtig!
Wow. Echt wow
x