Hoofdcategorieën
Home » One Direction » Schaakspel » Drup
Schaakspel
Drup
Het was doodstil, aardedonker. Hij wist dat hij wakker was, maar twijfelde er toch over. Hij kon niet plaatsen waar hij was, kende het matras niet en zijn kussen was hard en zijn nek deed pijn. Hij richtte zich een stukje op, hoorde zacht gefluister door de duisternis heendringen. Zijn naam, de duisternis die in duizend stukken kapot spatte om plaats te maken voor een nieuwe, minstens even donkere duisternis. De nieuwe duisternis had antwoorden voor hem, over waar hij was en wat er gebeurd was. Alles wat hij geweten had voor hij in slaap viel, kwam zijn hoofd weer binnen. De antwoorden en vooral de vragen. Veel te veel vragen en geen tijd om antwoorden te vinden. Geen tijd, nergens tijd. Geen klok en geen licht, zelfs die antwoorden werden hem niet gegund. Hij probeerde met zijn hand de pijnlijke spieren in zijn nek een beetje te bedaren, zonder al te veel succes. ‘Hoelang heb ik geslapen?’ vroeg hij.
‘Geen idee,’ grinnikte Louis. ‘Lang, volgens mij.’ Harry kwam overeind en ging met zijn rug tegen de muur zitten. ‘En jij bent de hele tijd wakker gebleven?’ vroeg hij.
‘Ik was van plan te zeggen dat ik in slaap gevallen was,’ bekende Louis, ‘want dan zou jij misschien iets meer vertrouwen in de situatie krijgen. Maar toen besloot ik dat je er meer aan zou hebben dat je op me kunt vertrouwen. Daarbij heb ik geen zin om tegen je te liegen. Dus, ja, ik ben de hele tijd wakker gebleven.’
‘En er is niets gebeurd?’
‘Ik heb niets gehoord of gezien. Dat laatste zegt niet zoveel, want je zou iemand recht voor mijn neus kunnen vermoorden en ik zou het niet zien - zo donker is het.’ Harry onderdrukte een glimlach. Ze hadden de eerste nacht overleefd, misschien viel het allemaal nog wel mee.
‘Slaapt de rest nog?’ vroeg hij.
‘Nee,’ luidde het antwoord. ‘Liam en Zayn zijn in de badkamer, Niall ligt nog onder ons.’ Harry liet zich van het bed glijden, landde op zijn voeten op de zachte vloerbedekking. Hij had half om half verwacht dat het vervangen was door iets anders, of dat er een lijk zou liggen, of dat hij in een mes zou stappen en zijn voet open zou halen, maar het voelde nog precies hetzelfde aan als de avond ervoor. Op de tast liep hij de kamer door en vond hij de lichtschakelaar, die hij indrukte. Onmiddellijk werden ze verblind door fel, helderwit licht uit een lamp aan het plafond. Hij kneep zijn ogen dicht en het duurde een poosje voor hij ze weer kon openen, toen liep hij terug naar het bed en hees zich er weer op. Hij realiseerde zich dat de kamer er nog exact hetzelfde uitzag. Het behang, de bedden, het plafond. Er waren nergens bloedsporen, nergens messen of geweren of kale mannen. Alleen hij en Louis en Niall, en vier bedden. Het enige verschil was, dat die niet meer opgemaakt waren. Slordig hingen de dekens van het andere stapelbed over de rand van het bed heen, de kussens waren ingedeukt en de onderlakens gekreukeld. Harry glimlachte. Het was normaal, alles was normaal, zoals het altijd was. Op het gebrek aan licht na. Alleen nog een raam, dan zou het normaal zijn. En een uitgang. Hij verdrong de gedachte en vroeg, pogend zijn paranoia los te laten: ‘Hebben jullie lekker geslapen?’
Niall bracht een ‘ja’ uit en Louis zei grijnzend: ‘Heerlijk.’ Harry stompte hem in zijn zij, zachtjes, en kroop tegen hem aan. De jongen legde een arm om hem heen, alsof hij wilde beloven dat het allemaal toch nog goed zou komen en Harry geloofde het. Heel even geloofde hij het, in het licht, op het bed. Zo bleven ze zitten, zonder iets te zeggen, tot Zayn en Liam terugkwamen uit de badkamer. ‘De douche is geweldig!’ deelde Zayn mede. Liam knikte instemmend en daarna bleef het stil.
‘Moeten jullie niet?’ vroeg Niall na een poosje.
‘Ga jij maar eerst.’
‘Ik ben al geweest.’
‘Alleen?’ stootte Harry geschokt uit.
‘Ja,’ antwoordde Niall lichtelijk geërgerd. ‘Maak je maar geen zorgen, die meiden zijn nog niet boven geweest.’
Harry schudde zijn hoofd omdat de jongen zijn punt niet snapte, sprong toen uit bed en liep, gevolgd door Louis, de gang in. Er was licht aangestoken, hoewel pas nadat hun eigen licht was ontstoken, want er was geen lichtstreep onder de deur geweest. Hadden de andere jongens in het donker door de gang gewandeld? Harry huiverde bij het idee alleen al, greep Louis bij de hand om zeker te weten dat hij nog naast hem liep. Zo snel hij kon, zonder te rennen, verplaatste hij zich naar de badkamer en de jongen aan zijn hand liet zich meevoeren zonder te protesteren.
De badkamer was groot. Er stond een kast, een bad, een douche, twee toiletten en drie wastafels. Alles was spierwit, smetteloos.
Nog ietwat slaapdronken ontdeed Harry zich van zijn kleren en sprong onder de douche, terwijl Louis zijn tanden poetste en een kam door zijn haar probeerde te halen. Toen Harry uit de douche kwam stond Louis voor hem, naakt. ‘Je knie!’ riep Harry geschrokken uit, zodra hij de beurse plek zag. ‘Is dat van hem?’
‘Van wie anders?’
‘Doet het pijn?’
‘Nee.’
‘Echt niet?’
‘Nee, maak je maar geen zorgen.’ Hij glimlachte en verdween in de douche, terwijl Harry zijn kleding weer aanschoot. Hij nam zich voor die zo snel mogelijk te wassen, want ze roken al niet meer zo fris. Op zijn minst kon hij ze ’s nachts uittrekken, dat zou heel wat schelen.
Hij wachtte ongemakkelijk tot de andere jongen ook klaar was met douchen, en weer was aangekleed. Toen liepen ze terug de gang op. ‘Ontbijt?’ vroeg Louis.
‘Misschien - dan moeten we eerst kijken hoe laat het is.’
‘Hoezo?’
‘Er hangt een briefje op de deur, heb je dat niet gezien? Je mag op bepaalde uren niet die kamer in, anders wordt er geen maaltijd geserveerd.’ Louis schudde zijn hoofd en haalde zijn schouders op, waarna ze samen richting de trap liepen. Beneden zouden ze de tijd kunnen achterhalen, en dan zouden ze wel kijken wat ze verder deden. De gang beneden was uitgestorven, alsof er nooit iemand geweest was en nooit iemand zou komen. Het licht was wel aan, maar alle deuren waren dicht en er klonk geen enkel geluid. Niets. Ongemakkelijk liepen de jongens door de gang heen. Er woonden achttien mensen in het huis, waarvan dertien op de benedenverdieping. Waarom was er niemand te zien of te horen?
Ze liepen de gang door tot de eerste deur die naar het woonvertrek leidde. Ze was dicht en achter haar was het doodstil. Harry opende de deur, op de één of andere manier bang voor wat hij aan zou treffen. Er brandde licht in het vertrek, fel licht en er stonden twaalf meisjes, die zich allemaal, als op commando, omdraaiden toen de twee jongens in de deuropening verschenen. Ze keken toe hoe hun monden openvielen van walging, van verbazing, ofschoon Harry het eigenlijk al aan had zien komen. Hoewel, niet zo. Niet op deze manier en dat hij het verwacht had, betekende niet dat hij het eenvoudig kon verwerken. Hij greep de deurpost vast om zichzelf staande te houden, probeerde de misselijkheid terug zijn maag in te duwen. Het was doodstil in de ruimte op een monotoon gedrup na. Drup, drup, drup. Drup. Op de grond, telkens weer, tik tik tik. Drup drup drup. De tussenpozen waren onregelmatig, het geluid drong haarscherp tot hem door. Hij zag het, ook. Volgde het met zijn ogen. Het geluid, de druppels, diepzwart, terwijl het zich in een plas op de grond samenvoegde met het andere, reeds weggestorven gedrup. Drup, drup. Hij huiverde, verwachtte half om half dat alle meisjes hen zouden bestormen. Hun ogen op hen gericht, koel. Meer op hem dan op Louis en met reden. Allemaal. Alsof ze op een startsein wachtten. Aanvallen, dacht hij in zijn hoofd en hij werd nog misselijker. De kamer begon te draaien, hij kneep zijn ogen stevig dicht en wachtte tot de misselijkheid gezakt was, zijn oren scherpgesteld op eventueel geluid, maar dat kwam niet. Toen hij zich weer iets beter voelde, opende hij zijn ogen weer. Het beeld was niet veranderd. Ze keken hem nog steeds allemaal aan, het zwart drupte nog steeds en ook hing het er nog. ‘Twaalf,’ fluisterde Harry, zachtjes, nauwelijks hoorbaar zelfs voor de jongen naast hem. Twaalf. Drup, drup, drup.
Reacties:
Waaaat, noooo. Noo. Is Lou dood? Huh dafuq.
Of een meisje? Dafuuuuuuq. FFUU.
Geweldig hoofdstuk, I like!
IK SNAP HET NIIIIIIIIIET. Nee serieus, iedereen gaat van er is iemand dood en Lou en ik zit hier van. "oh. dus het lekt niet gewoon. nee oké." ja oké er zijn nog maar twaalf mensen so I s'pose it's kinda obvious. Whether it's obvious or not. Me likos. Yeah, this still sucked, eh? I'm sorry. But I doo doo dooooooo like it! A lot.
en ja ik heb toenvallig kaartjes voor een concert van mijn 5 engeltjes