Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » One Direction » Ogen » Jade

Ogen

28 nov 2013 - 17:49

1529

5

454



Jade

De slaapkamer was klein. Klein maar fijn, op zich. Het was best wel knus, met de crèmekleurige gordijnen, witte muren en een eenvoudige, houten kledingkast. Er lag geen rommel in de kamer, alles was netjes opgeborgen. Er lag niet eens een boek op het nachtkastje, er stond geen glas water. Niets duidde erop dat er geleefd werd en eigenlijk had de hele kamer meer de sfeer van een hotelkamer dan van een gebruikte slaapkamer. Waarschijnlijk was er kortgeleden opgeruimd.
Waarschijnlijk was haar komst aangekondigd.
‘Ik heb het bed verschoond, speciaal voor jou.’
Het dekbedovertrek was donker. Zwart, misschien, of donkerblauw. Ze kon het niet plaatsen in het gedimde licht van de schermerlamp in de hoek van de kamer. Het plafondlicht was uit, de gordijnen waren dicht. Het raam was eveneens gesloten, te oordelen naar de temperatuur in de kamer en de afwezigheid van ritselende gordijnen. Ze hingen stil, doodstil en het joeg haar de stuipen op het lijf. Het was alsof ze al het leven uit de kamer wegzogen, alsof ze aankondigden dat niets was zoals het ooit geweest was. Niet was zoals het hoorde te zijn. De slaapkamer was geen kamer waarin geslapen werd, het was een kamer waar zij gedwongen gekomen was en waarvan ze niet wist of ze er ooit nog uit zou komen. Slapen, eindeloos. Als je slaap altijd dag en nacht zou laten voortduren, zal dat de dood zijn.
‘Vind je het niet mooi?’
Het was een tweepersoonsbed, zo’n typisch geval uit reclamefolders met een stuk of tien kussens op het hoofdeinde. De meeste waren donker, enkele waren licht. Crème, gokte ze, maar het kon ook wit zijn. Op zich. Waarschijnlijk maakte het vrij weinig uit.
‘Ik weet dat je het vervelend vond als het niet schoon was.’
Ze was er eerder geweest. Meerdere malen, altijd op dezelfde manier. Eerst protesteerde ze, maar de protesten zouden steeds zwakker worden. Steeds minder en minder, tot ze uiteindelijk toegaf aan wat hij wilde, tot ze al zijn wensen vervulde. Nooit meer, had ze zichzelf na afloop altijd beloofd. En nooit was ze die belofte nagekomen, tot op heden niet. Omdat hij een verwend klein kind was en altijd alles kreeg wat hij verlangde, ook al was hij inmiddels lang en breed volwassen. Sommige dingen veranderden nooit.
‘Speciaal voor jou.’
Het was ziek, eigenlijk. Het was een doodnormale slaapkamer in een doodnormaal huis van een doornormale man. Nou ja, misschien was dood niet helemaal het juiste voorvoegsel, maar daar dacht Jade op dat moment niet bij na. Ze was met haar hoofd bij de belachelijke voorstelling die zich voor haar afspeelde. Het feit dat het bed eruit zag alsof er een echtpaar na een lange dag in zou gaan liggen, zou slapen of de liefde zou bedrijven of simpelweg zou praten over hoe hun dag was geweest. Ze zouden overleggen over wat voor sport ze hun vierjarige dochtertje wilden laten beoefenen, ze zouden overleggen naar wat voor school ze hun driejarige zoontje wilden sturen. Het zag er gewoon uit, simpelweg doodnormaal en het klopte niet.
‘Kom nou.’
Hij was gaan zitten, op de rand, had zijn hand naar haar uitgestoken. Ze kende zijn gezicht, zou het zo kunnen natekenen. Met haar ogen dicht. Ze kende hem al jaren, door en door, had elk rimpeltje eindeloze malen gezien, aangeraakt, gekust. Voor hem, allemaal voor hem. Ze dacht dat ze er een punt achter had gezet, maar dat viel zwaar tegen. Zo bleek maar weer.
‘Als je niet luistert, bel ik naar beneden.’
Als je niet luistert, schiet ik je af. Als je niet luistert, zie je je ouders nooit meer terug. Als je niet luistert, draai ik je nek om. Als je niet luistert, sluit ik je op. Als je niet luistert…
‘Je vriendjes zijn in daar.’
Ze schudde zachtjes haar hoofd.
‘Jawel, kom.’
Zijn blik ving de hare, hield haar vast en trok haar naar zich toe, langzaam. Ze verzette een pas. Nog één. Als ze er nog één zou zetten, zou ze tegen zijn knieën aanstoten. Dan zou hij haar naar zich toe trekken en dan…
‘Ik hoorde dat je overgelopen bent.’
Opnieuw schudde ze haar hoofd.
‘Jawel, je hebt geprobeerd mij te verraden en je hebt vriendschap gesloten met de andere kant. Eigenlijk was het nooit de bedoeling dat je het zou overleven, wist je dat? Ik had Kate opgedragen je te vermoorden en Kate zouden we zelf ombrengen. Ongelukje, je weet wel. Net buiten beeld, net als iedereen al weg is. Oeps.’
Hij bleef haar aankijken en ze wilde haar hoofd wegdraaien, maar ze kon het niet.
‘Maar goed, je bent er nu toch. En weet je wat? Ik ben vergevingsgezind vandaag. Sympathiek ook, trouwens. Ik heb zelfs mijn bed voor je verschoond. Hoe vind je dat? Een beetje dankbaarheid mag wel, bedenk je maar dat ik je eigenlijk allang had moeten vermoorden. Maar ik ben in een goed humeur vandaag en ik geef je één laatste kans. Je leven. Ik houd je in leven, hoe vind je dat klinken?’
‘Als?’
‘Pardon?’
‘Wat is de voorwaarde?’
‘Dat weet je heel goed.’
Ze slikte. ‘Alleen vannacht?’
Hij schoot in de lach. ‘Nee, altijd.’
‘Altijd?’
‘Je zult de enige zijn.’
‘Nee,’ fluisterde ze.
‘Nee, weet je het zeker? En je vriendjes dan?’
‘Het is niet alsof je die anders laat gaan.’
‘Wie weet.’
‘Nee, dat doe je niet.’
‘Wat nou als ik het beloof?’
‘Je komt je beloftes nooit na.’
‘Aan mijn vrouw toch wel.’
‘Wat?’
‘Snap je het dan niet?’
Verslagen schudde ze haar hoofd. ‘Nee.’
‘Je wordt mijn vrouw, Jade. We trouwen. Jij, ik. Mijn buren denken dat ik al weken verloofd ben en ze vragen zich inmiddels af wie mijn gelukkige engel dan wel niet is. Wat zeg je ervan?’
‘Laat je ze vrij?’
‘Ja.’
‘Beloofd?’
‘Beloofd.’
Ze vertrouwde hem niet. Voor geen meter, om precies te zijn, maar ze wist ook dat ze zichzelf nooit zou vergeven als hij naar beneden zou bellen en opdracht tot executie zou geven. Niet dat per se verwachtte dat de anderen zo gespaard zouden blijven, maar ze wilde de gok wagen. Ze wilde proberen hen te redden, alles doen wat in haar macht lag en op het moment was dit het enige. Tenzij –
Ze realiseerde zich ineens waarom er nergens meer accessoires in de kamer aanwezig waren: zodat zij hem niets aan kon doen. Er waren geen moordwapens, geen schaartjes, geen nagelvijlen, geen kaarsen, geen boeken, geen glazen. Zelfs geen spiegels, realiseerde ze zich toen ze nogmaals de kamer rondkeek. Alles was opgeborgen zodat zij hem niets aan kon doen.
‘Ja,’ grijnsde hij, alsof hij haar gedachten kon lezen. ‘Ik heb alle gevaarlijke voorwerpen maar alvast weggestopt. Ik wilde laten zien dat ik van plan ben een goede vader te worden, die zijn kind aan geen enkel onnodig risico zal blootstellen.’
‘Vader?’
‘Ja, wat heb ik anders aan een vrouw?’
Het begon haar te duizelen, maar ze weigerde dat te laten zien en dus probeerde ze met al haar kracht rechtop te blijven staan. Het lukte haar – met de nodige inspanning, maar het lukte.
‘Kom,’ gebood hij nogmaals. ‘Het is al laat.’
Ze onderdrukte een zucht terwijl ze de laatste stap in zijn richting zette, nam naast hem plaats op het bed, dwong zichzelf om hem aan te blijven kijken. Zijn ogen waren groen, maar toch ook een beetje blauw en eigenlijk neigden ze richting grijs. Ze wist het, daarom zag ze het. Het gedimde licht was verreweg niet fel genoeg om de kleur van zijn ogen prijs te geven en het irriteerde haar. Ze had het idee dat haar laatste uur geslagen had en ze wilde dat haar op zijn minst een realistische kijk op de wereld gegund zou worden. Een echte, zonder geheimen. Geen mysteries wegens gebrekkig licht, geen leugens, geen vragen. Gewoon, alles zoals het was.
‘Ik heb een ring,’ sprak hij toen, terwijl hij in zijn borstzakje grabbelde en er inderdaad een doosje uit tevoorschijn haalde. ‘Je dacht toch niet dat ik je ten huwelijk ging vragen zonder je een ring te geven?’
Zonder je als de mijne te markeren, dacht ze bij zichzelf, maar ze zei niets, hield haar hand op. Hij haalde de ring uit het doosje. Het was een simpel zilveren ringetje, zonder steentje en voor zover ze kon zien ook zonder gravering, maar hij was wel mooi. Ze had altijd al iets met ringen gehad, eigenlijk.
Teder schoof hij hem om haar vinger, alsof hij daadwerkelijk van haar hield en ze oprecht van plan waren een vredig gezinnetje te stichten in de rustige buurt waar hij woonde. Jade glimlachte zwakjes, besloot dat het misschien zo erg nog niet zou zijn om zich in haar laatste uurtje mee te laten slepen door de illusie dat alles goed zou komen, dat ze samen gelukkig waren. Heel even zou ze het meemaken, hoe het was om bemind te worden, om te voelen dat iemand van je hield, om oprecht gelukkig te zijn. Ze draaide de knop in haar hoofd om, vertelde zich dat ze inderdaad echt gelukkig was en boog zich voorover.
Ze kuste hem, zachtjes, terwijl ze de knoopjes van zijn overhemd losknoopte. Gelukkig, samen. Een pas verloofd stel. Het was goed zo.

Ik heb Seneca gequote - ik kon het niet laten. Koekjes voor degene die het citaat kan vinden.
Persoonlijk vind ik dit een redelijk hoofdstuk. Wat vinden jullie? Honest opinions please. ^^
Oh en bereid jullie maar alvast voor: het volgende hoofdstuk is bijna 2,5K oeps.


Reacties:


Krewella
Krewella zei op 5 dec 2013 - 10:44:
Ik vind dit ook een goed hoofdstuk want dialoog en zo.<3


tamarastyles
tamarastyles zei op 29 nov 2013 - 6:59:
Hai
Wauwie jade! Je bent echt dapper!
Eerst wil ze niet omdat de rest het toch niet haalt. Dan geeft ze maar toe omdat de hoop het van haar overneemt. Je hebt zelfs mij laten denken dat het goed zou komen! Ik vind dit hoofdstuk fijn. Als ik jades probleem lees, lees ik niet hoe louis pijn heeft. xx


xDevilBitch
xDevilBitch zei op 28 nov 2013 - 18:21:
Jade! Ik ben excited en bang. Vooral bang eigenlijk, want ik vind Jade echt heel erg leuk. De leukste van al je OCs, denk ik toch.

Nou, dat viel mee. Niet dat ze niet gaat sterven - laatste uurtje en zo - maar nu is het nog even uitstel van executie.
Eigenlijk ben ik Jade in dit hoofdstuk alleen nog maar meer awesome gaan vinden. Dus ja, ik vind hem ook hel erg goed. Well done!
De baard heb ik overigens niet gevonden, maar dat zal wel komen doordat ik hem (godzijdank) nog niet heb moeten lezen.
(en het enige waar ik me zorgen over maak bij je volgende hoofdstuk, is het aantal lijken, niet de lengte)


Chayenne
Chayenne zei op 28 nov 2013 - 18:16:
Het maakt me heel erg blij om de onderste onderstreepte regel te lezen
Arme Jade Ze is niet altijd even lief geweest, maar dit verdiend ze ook niet
Ik vind dit een net zo'n goed hoofdstuk als alle andere, misschien nog wel iets beter.
Snel verder!
Ik weet trouwens niet eens wie Seneca is, dus ik denk dat ik de quote ga vinden


1Dzayn
1Dzayn zei op 28 nov 2013 - 17:55:
Oef, arme Jade. Wel knap van haar dat ze die knop om kan zetten.

Sorry, ik denk niet dat ik het citaat zal vinden, dus ik ga er ook geen moeite voor doen. hehe, I'm lazy I know.

-x-