Hoofdcategorieën
Home » One Direction » Larry Odd Parents » Aflevering zeventien - Worstjes en marshmallows
Larry Odd Parents
Aflevering zeventien - Worstjes en marshmallows
Liam had altijd al een hekel aan school gehad, maar die dag was naar huis gaan nog erger geweest dan blijven. Zoals altijd als je wil dat iets niet over gaat, was het echter zo dat de tijd voorbij vloog. Dus toen de schoolbus om even voor vieren zijn straat in sloeg en stopte bij de halte, moest de buschauffeur hem vragen uit te stappen, voor de jongen wegkroop vanuit zijn verstopplaats tussen twee banken.
“Sterkte,” wensten Andy en Maz hem met een grimmige uitdrukking op beide gezichten.
Liam slikte. “Dank je. Tot maandag, hopelijk.”
Toen hij uitstapte, zag hij de chauffeur ongeduldig op zijn stuur tikken. “Rustig aan, we hebben de hele dag. Het is niet alsof je schoolgenoten graag van hun weekend willen genieten.” De jongen wierp snel een blik op de bestuurder voor hij uitstapte, om zich ervan te verzekeren dat het niet Louis was. Nee, natuurlijk niet, dacht hij. Louis mocht dan vloeiend sarcasme spreken, zo ongevoelig als deze kwal was hij niet.
Hij was nog niet uitgestapt of hij hoorde de deuren dichtgaan en de bus optrekken. Het gele gevaarte reed de hoek om en nam zijn vrienden met zich mee. Zijn enige optie was nu nog naar huis gaan, waar Caroline op hem wachtte.
Hij had werkelijk alles geprobeerd toen zijn ouders hadden aangekondigd dat ze een weekend lang naar de kust zouden gaan met collega’s van zijn moeder. Met de hulp van Harry en Louis had hij meerdere malen gekookt om ze te laten zien dat hij best een weekend lang alleen thuis kon zijn. Toen dat niet werkte had Maz zijn ouders ervan overtuigd dat Liam mocht komen logeren, maar Liams ouders weigerden. Omdat ze dat niet konden maken tegenover die van Maz, bleven ze volhouden, zelfs nadat Maz’ ouders ze ervan verzekerd hadden dat hert geen moeite was. Ook logeren bij Andy had de jongen aangedragen, maar zijn ouders waren al helemaal tegen het idee dat hun zoon een weekend lang in een caravan vlakbij de vuilnisbelt zou wonen. Nee, het stond al helemaal vast: Caroline zou een weekend lang komen oppassen.
Liam besloot dat hij het best naar binnen kon sluipen, hopend dat Caroline niet zou opletten zodat ze hem niet zou opmerken. Dan kon hij tenminste nog wat rust krijgen voor ze hem aan het werk zou zetten. Zijn ouders waren die ochtend vroeg al vertrokken.
Voorzichtig, om zo min mogelijk geluid te maken, opende hij de deur. Hij glipte naar binnen, maar werd meteen verwelkomd door een luid blaffende hond. Nee hè! Caroline had dus Rex, haar buldog, meegenomen en de eigenaresse kwam snel op het beest af.
“Zo. Eindelijk thuis?” snauwde ze.
“Tja, de bus reed nu eenmaal niet sneller.”
“Wat? Hoe durf je zo’n toon tegen me aan te slaan? Heef je moeder je geen manieren geleerd?” vroeg ze scherp.
Kennelijk, wilde hij antwoorden, maar hij deed het maar niet.
“Nou, nu je er eindelijk bent kun je meteen beginnen. Ik heb je moeder beloofd dat ik het hele huis schoon zou maken dit weekend, dus ik zou maar eens beginnen als ik jou was.”
“We drinken altijd eerst thee als ik thuiskom,” probeerde Liam.
“Nou, dat is dan heel jammer, want dat doen we bij mij thuis niet. Begin maar met dweilen, dacht ik zo. In de keuken kun je een lijst met taken vinden. En rap een beetje!”
“Mag ik niet eerst naar boven om mijn uniform uit te trekken? Stel je voor wat mam zou zeggen als het vies wordt.”
“Oké, oké, vooruit dan maar. Maar wel snel wezen! Als ik je niet over tien minuten druk bezig zie, zwaait er wat!”
“Oké, Caroline,” zei de jongen niet al te enthousiast en ze liet hem gaan.
Zo snel als hij kon ging hij naar zijn kamer. “Caroline is nog erger dan normaal!” riep hij woest toen hij binnenkwam. Hij liep in een rechte lijn naar zijn bed en liet zich erop vallen. “Ik moet van haar het hele huis schoonmaken! Het is niet eerlijk! Dit wordt het meest verschrikkelijke weekend ooit!”
De dit-antwoord-is-incorrect-zoemer van één of andere zaterdagavondquiz klonk. “Fout, Li,” deelde Harry hem mee.
“Pah! Jullie hebben makkelijk praten! En het ergste is dat ik het niet allemaal schoon kan wensen, wat ze houdt me constant in de gaten. Kunnen jullie niet gewoon een andere babysitter regelen? Of beter, gooi Caroline maar van een klif. En zorg dat er een heleboel haaien onder zwemmen, dan voelt ze zich vast meteen thuis!”
“Ik – oef – wij hebben een veel beter plan.” Hij voelde zijn matras indeuken toen er iemand bij hem op bed kwam zitten. Liam draaide zich om en zag dat het Harry was. Louis vloog heen en weer door de kamer met Lux op zijn arm. Hij voerde de baby met een fles.
“We gaan kamperen!” zei de groenogige fee opgewekt. Zijn stafje twinkelde en er verscheen een kampeeruitrusting, compleet met veel te grote groene rugzakken.
“Dat kan helemaal niet! Ik moet hier het hele weekend met Caroline zijn,” zei Liam teleurgesteld.
“Voor alles is een oplossing,” zei de andere fee.
“Zeker als je magische feeënpeetouders hebt,” voegde zijn man daaraan toe. “We maken gewoon een kloon van je die precies doet wat Caroline wil en ze zal niet merken dat je er niet bent.”
“Maar als hij precies doet wat zij wil, dan merkt ze dat toch? Want ik zeur en smeek altijd.”
“Wat precies is wat zij wil, dus de kloon zal het ook doen,” concludeerde Harry.
“Precies. Vind je het geen geweldig plan? Heb je de batterijen van de fotocamera trouwens opgeladen, Haz?”
Harry’s uitdrukking bevroor. “O, shit.”
“Harry! Ik heb je het al drie keer gevraagd!”
“Sorry, Louis. Maar anders laden we ze daar op?”
“O ja, ik was helemaal vergeten dat er tegenwoordig ook stroom producerende bomen met stopcontacten zijn!”
“Rustig jongens. Ik wens dat de batterijen van de fotocamera altijd vol zijn,” zei het petekind simpelweg. “Maar een baby meenemen naar de wildernis, is dat wel zo’n goed idee?”
“Geen zorgen, Liam. We hebben een super-de-luxe tent inclusief een ledikantje voor Lux. Ze zal het prachtig vinden en in de wildernis valt haar magie minder op,” zei Louis ter geruststelling.
“Nou ja, als jullie het zeggen… Wauw, het wordt vast geweldig! En ik dacht nog dat dit weekend de ergste dagen van mijn leven zouden worden.”
“Liam! Die vloeren boenen zichzelf echt niet!” klonk Carolines snerpende stem van beneden.
“Shit! Schiet maar op met die kloon, jongens.”
“Zodra jij hem wenst, schat.”
“O ja. Ik wens een kloon van mezelf, die precies doet wat Caroline wil!” De wereld begon om Liam heem te draaien en hij had het gevoel dat hij moest overgeven. Uiteindelijk leek hij dat ook te doen. Vlekken in alle kleuren van de regenboog dansten voor zijn ogen terwijl hij voorover klapte. Net zo plotseling als het zieke gevoel gekomen was, hield het ook weer op.
De wereld stond weer stil. Liam keek naar de persoon voor hem. Het was heel vreemd, als in de spiegel kijken, maar met een spiegelbeeld dat jouw bevelen niet opvolgt. Het was ontzettend verwarrend.
Maar in ieder geval niet zo verwarrend als voor de kloon. “Dus dit is mijn slaapkamer? Cool!” zei hij.
Boze voetstappen klonken op de trap. “Shit, ze kom eraan! Snel, laten we gaan!” riep Harry.
“Caroline komt eraan. Doe precies wat ze wil, oké? En zeg niets over mij! Dan ben je nu mij.” De voetstappen klonken al op de gang en Liam zag de deurklink nog net naar beneden gaan terwijl het bekende gevoel van teleportatie als een golf over hem heen sloeg.
De geur van toiletverfrisser drong zijn neus binnen. Hij merkte dat hij op een zacht bed van naalden zat en hoorde het gefluit van vogels uit alle richtingen om zich heen. Hoge naaldbomen sterkten zich uit naar de lucht en vormde met hun takken een dak, waar af en toe de strakblauwe hemel doorheen stak.
Lux begon onmiddellijk luid te lachen en te kirren, wat een spontane bijeenkomst van de bosraad leek in te luiden: vanuit alle kanten kwamen er dieren aangelopen, gevlogen en gehupst. Eekhoorntjes, konijntjes, uilen, hertjes, vossen, musjes en nog veel meer: ze waren allemaal nieuwsgierig op het geluid afgekomen.
Ademloos keek Liam toe naar de bosbewoners die hij daarvoor enkel op tv en sporadisch in een dierentuin had kunnen bewonderen.
“Ach, is het niet schattig?” kirde Harry die zijn hand uitstak naar een wilde kat. Het beest staarde hem aan met zijn felle ogen en snauwde luid toen de fee dichterbij kwam. Met zijn nagels sneed hij de feeënhuid in stukken, wat alleen maar voor meer gelach van Lux zorgde.
“Harry!” liep Louis bezorgd. Hij gaf Lux snel aan Liam en veranderde zichzelf vervolgens in een wolf. Grommend kwam hij op de kat af en hij veegde het beest domweg opzij met een uithaal van zijn poot. Hij volgde het beest enkele meters terug het bos in. “Die is weg.”
“Bedankt,” zei Harry welgemeend toen zijn echtgenoot terug kwam lopen. Zijn wonden had hij zelf inmiddels alweer geheeld.
Door de aanval van de wolf waren de meeste dieren inmiddels weer gevlucht, maar desondanks bleven de bosbewoners de rest van de middag en avond steeds dichtbij.
Liam keek de hele tijd verwonderd om zich heen en niet alleen naar de dieren. Ook de lange stammen van de bomen maakten duidelijk indruk op hem, evenals de algehele rust.
“Als deze bomen al indruk op je maken moet je zeker eens naar Redwoods in Amerika,” zei Louis. “Daar hebben ze de hoogste bomen ter wereld.”
“O, van de film!” merkte Harry op. “We kunnen die vanavond kijken!”
Louis keek hem aan. “We zijn in een bos, Harry. Er is hier geen stroom, dus we kunnen ook geen films kijken.”
“Maar daar kunnen deze dingen makkelijk genoeg verandering in brengen.” Hij liet de ster van zijn stafje twinkelen. “Ik zou niet weten hoe we de vorige millennia overleefd hadden zonder.”
“Dan nog. We zijn aan het kamperen, dus we gaan heen films kijken. Normaalgesproken kan dat ook niet. Bovendien zou Liam Redwoods toch niet leuk vinden.”
“Weet je het zeker?”
“Ja. Laten we eerst maar een plek vinden voor ons kamp en dat opslaan. Het is niet al te lang licht meer en in het donker kunnen we niks.”
De anderen stemden toe, dus gingen ze op weg, zoekend naar een geschikte open plek.
“En Brokeback Mountain dan?” vroeg Harry na een tijdje.
“Wat? Nee, die zeker niet, idioot! Maar het is hier best ruim. Wat denken jullie, zullen we hier de tent opzetten?”
Liam en Harry vonden eigenlijk alles best, zolang ze maar snel iets te eten zouden krijgen. Louis toverde snel een box tevoorschijn waarin Lux rustig kon wachten tot ze klaar waren. Eigenlijk ging het best snel: Louis en Harry zetten de tent in no-time met hun stafjes op, aangezien de magisch tent zonder opzetten vrij lastig was. Ondertussen werd Liam eropuit gestuurd om hout te hakken… totdat Louis besloot dat een elfjarige stadsjongen eropuit sturen met een scherpe bijl misschien toch niet zo’n goed idee was en hij Harry achter hun petekind aan stuurde. Ondertussen zorgde de fee ervoor dat alles binnen het kamp verder goed geregeld was: hij maakte de bedden op, zette de stoelen voor de tent en bakende de plek waar het kampvuur straks moest komen af met stenen. Daarna haalde hij met Lux in een draagzak op zijn rug wat bloemen uit de nabijgelegen veld om de tent mee te decoreren, waarna hij de baby terug in zijn box legde zodat die kon genieten van haar welverdiende slaap.
Met hun armen vol hout kwamen Harry en Liam even later terug. Na nog twee tripjes om de rest te halen was de houtstapel voor die avond af. Dat was maar goed ook, want de zon was al goed op weg in haar toch naar de horizon.
Louis had het eten ondertussen geregeld. Ze kregen allemaal een spies waar ze worstjes aan regen om ze boven het kampvuur te roosteren. Toen de worstjes op waren gingen ze vrolijk verder met de meegebrachte zak marshmallows, waarvan de bodem al veel te snel in zicht was.
“Nou, dan is het nu tijd voor spookverhalen!” zei Harry opgewekt.
“Ga jij of ga ik?” vroeg Louis.
“Wat als ik een geweldig verhaal weet?” zei Liam.
“Dan doe je dat morgen maar. Als je dan nog durft,” zei Louis.
“Vertel jij maar dan. Jouw verhalen zijn altijd beter dan de mijne,” zei Harry, wat door Louis met een grote grijns werd ontvangen.
“Oké dan, daar gaat ‘ie.”
Reacties:
Zo leuk, zo leuk! En ik vind het zo goed bedacht allemaal en zo goed uitgewerkt en het klopt en yay voor Daan!
Is dit trouwens ook een aflevering van FOP zelf? Ik ken dit niet, namelijk.
Ik ben benieuwd naar Louis' spookverhaal.
Leuk hoofdstuk c:
Benieuwd of de kloon ook het gewenste resultaat heeft gehad.
Leuk leuk leuk!
Ik hoop dat alles fout gaat