Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » Schrijfwedstrijden etc » Balans

Schrijfwedstrijden etc

24 nov 2015 - 23:06

586

0

317



Balans

Zeus zat op zijn troon in Olympus, waar alles weer leek zoals het altijd was, zoals het hoorde. De rust was wedergekeerd en zodra hij of één van de andere Olympiërs zijn naam hoorde, rommelde het aan alle kanten. Vroeger was dat iets met een onderliggende woede, nu eerder om de halfgoden te waarschuwen. Het hardop bespreken van zaken die hem aangingen konden immers het kwaad aantrekken; monsters zouden altijd op de loer liggen, klaar om aan te vallen.
“Maar Zeus, broer,” sprak Poseidon na een stilte die waarschijnlijk elke Olympiër wilde overbruggen (maar niemand durfde het, ieder van hen wist dat Zeus verre van de makkelijkste was), “denk je niet dat ze gelijk hebben?”
“Wie?” bromde de koning van de Goden. Naast hem trok Hera haar wenkbrauw op; haar manier van laten blijken dat ze het vrijwel met alles wat Zeus deed oneens was.
“Iedereen op Camp. Ik begrijp dat het voor ons voelt alsof we een afgang begaan—“ ging hij verder, maar hij werd bruut onderbroken door zijn broer.
“Een afgang, Poseidon? Wij horen boven hen te staan!” brulde hij. Donder raasde door heel de zaal, was waarschijnlijk in het hele land te merken.
“Met name ik! Waar was Camp geweest, zonder mij?” ging hij verder. Hij keek de aanwezigen aan, alsof hij ze uitdaagde er tegenin te gaan. Artemis keek gefrustreerd de andere kant op en haar tweelingbroer Apollo volgde haar voorbeeld. Ze waren overduidelijk aan de uitbarstingen van hun vader gewend.
“Zeus,” sprak Hera uiteindelijk, haar stem bevend. “Misschien is er een punt in wat Poseidon wilde zeggen. Ik begrijp dat één van ons Olympiërs de leiding moet hebben en ik snap dat je de aangewezen God hiervoor bent, eerlijk waar,” (Zeus keek haar met een blik die ergens tussen irritatie en verbazing bleef hangen; Hera zei zowaar iets positiefs over hem?) ging ze verder, “maar… Luisteren is geen probleem, evenals meegaan met de ideeën van je broer. Dezelfde broer die je vaak genoeg heeft geholpen in de oorlog.”
De god zuchtte, keek zijn broer sceptisch aan en gebaarde uiteindelijk dat hij verder kon.
“Dank je,” mompelde hij, om vervolgens zijn verhaal verder voort te zetten. “Luister, ik snap dat je dominant wil zijn, Zeus, en geloof me als ik zeg dat ik daar respect voor heb. Wij weten heus alle elf dat jij de oppergod onder ons bent.”
“Maar?” zei Zeus, de behoefte naar controle en dominantie in zijn stem overduidelijk – Apollo en Artemis wisselden een veelzeggende blik uit.
“Maar als er, buiten ons, één groep is die weten hoe de wereld in elkaar steekt, is het op Camp. Wij kunnen ons toch niet altijd met alles mengen?”
“Nou, mijn-,” begon Artemis, maar Poseidon stak zijn hand op.
“Dat bedoel ik niet, Artemis,” sprak hij, zijn stem rustig en begripvol. “Ik bedoel dat wij ons niet constant met de zaken van onze kinderen kunnen bemoeien, hoe graag we dat ook willen.” De godin knikte begripvol en leek te ontspannen. Elke Olympiër keek weer vol aandacht richting Zeus.
“Misschien heb je gelijk, Poseidon,” sprak hij uiteindelijk. “Wie weet zorgt dat weer voor structuur in de wereld. Ik denk zelfs dat er, buiten Hermes, iemand is die ons perfect op de hoogte kan stellen van wat er speelt en kan zorgen dat Camp weet dat we hun hulpoffer zullen overwegen.” Met een knip in zijn vinger verscheen er een centaur in de zaal en elke Olympiër was het vrijwel meteen eens met het feit dat de centaur die de naam Chiron droeg, de aangewezene was om ervoor te zorgen dat er structuur kwam.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.