Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Oorzaak en Gevolg [TC] » [8] Tom - Confessions
Oorzaak en Gevolg [TC]
[8] Tom - Confessions
Ik heb het gezegd. Ik heb het tegen Bill gezegd. En nog steeds weet hij het niet.
Hoe ironisch.
Ik leun met mijn volle gewicht op zijn schouder aangezien ik niet in staat ben te lopen. Tranen rollen over mijn wangen. Ik vertelde het hem en hij begrijpt me niet.
Of hij wil het niet weten.
Daarvan voel ik me nog slechter.
Zoals ik al dacht staat de voordeur nog open.
Hij sleurt me naar binnen, zijn arm nog steeds stevig om mijn middel. En hoe wil je dat ik me nu niet helemaal vreselijk voel? In het middelpunt van Bills aandacht, zijn arm om me heen, zijn hoofd tegen dat van mij. Zijn hand gaat langs mijn wang en veegt de tranen weg.
Ik breek helemaal. Mijn armen vallen slapjes naar beneden terwijl ik vreselijk huil. Mijn benen lijken spaghettislierten en al snel begeef ik het. Bill houdt me stevig vast, maar weerhoudt me niet van vallen. Nog nooit waren de tegels zo koud.
Op dit moment ben ik gestorven.
Als het aan mij lag.
Bill gaat op zijn knieën zitten, streelt over mijn rug, klemt zijn andere hand om mijn arm en trekt me omhoog. Hij knuffelt me.
Ik sterf weer, dit overleef ik niet. Zo vreselijk dichtbij Bill, en toch is hij zo ver weg. Want zelfs door het te vertellen, snapt hij het niet.
Dan snapt hij het nooit.
Ik ben weer een beetje heel. Bill heeft thee met honing gemaakt. Bill en thee met honing, en een dvd van onze afgelopen concertenreeks. Een goede combinatie!
‘Hoe gaat het nu?’ vraagt Bill glimlachend. Hij zit vlak naast me, ik voel bijna zijn lichaamswarmte naar mijn lichaam overvloeien. Maar ik blijf het koud vinden.
‘Wel goed.’
Stilte. Doodse stilte. Ik vind het wel aangenaam. Maar Bill moet het weer verbreken. Zoals altijd. Hij kan niet tegen stilte.
‘Tom?’
‘Ja?’
Ik zet mijn lippen aan het glas en laat de thee mijn mond in glijden. Op. Ik zet mijn lege theeglas op tafel.
‘Waar is… Heidi?’
Hij sist de naam, alsof haar naam even vuil en lelijk is als zijzelf.
‘Weg. Dood. Het is één van de twee.’
Bill grinnikt en slaat dan zijn handen voor zijn mond. Schaamrood trekt over zijn gezicht. Ik vind het sexy, maar eigenlijk vind ik alles aan hem onweerstaanbaar aantrekkelijk, dus dat maakt niet uit.
‘Je mag lachen.’ fluister ik.
Daar wachtte hij blijkbaar op want nu rolt hij schaterlachend over de grond. Dat is zó mijn broertje niet!
Toch wel, jammer genoeg. Als hij mijn broer niet was, was het allemaal veel gemakkelijker. Maar ik moet het doen met hem als broer, en tot een week geleden vond ik dat niet erg. Hoewel ik hem op sommige momenten toch weg wenste. Ik wil niet dat hij weg gaat, dus ga ik vanaf nu goed op mijn wensen letten. Er zou er maar eens één uitkomen.
‘Ik ga naar boven.’
Bill knikt tussen het lachen door, klemt zijn armen om zijn middel en probeert door zijn adem in te houden te stoppen met lachen.
Zonder resultaat!
Als de deur achter me dichtslaat, breekt een traan door mijn opnieuw opgebouwde stalen verdediging. Ik heb het gezegd, en daar zou ik blij om moeten zijn. Maar hij weet het niet, en daar ben ik verdrietig om. Meer dan verdrietig. Ik sta op de rand van depressie, ik voel het.
Maar wat kan ik er aan doen?
Niets.
Bijna niets, het hem nog eens vertellen. En benadrukken dat ik het meen op de pure betekenis van het woord, en niet de manier waarop hij denkt dat ik het bedoel.
Een volgende traan. En ik dacht nog zo dat ik alles eruit had gehuild.
Ik schat mezelf verkeerd in. Ik ben gewoon een oneindig vat vol tranen. Dat heb ik dan weer!
Ik laat me op mijn bed vallen en duw mijn hoofd in het kussen. Gedempte snikken vullen de kamer.
Een hand op de deur.
Nee!
Niet Bill!
Niet nu!
Niet hier!
Maar vooral die niet Bill telt!
Niet Bill!
‘Tom?’
‘Ja?’ verlaat schor mijn keel. Ik wil niet schor klinken. Ik wil niet kwetsbaar klinken.
Nee, ik wil niet kwetsbaar zijn.
‘Zeker dat het goed gaat?’
‘Nee?’
Ik wil ‘Ja’ zeggen, niet ‘Nee’! Ik weet dat het niet goed gaat, maar dat mag Bill niet weten. Dan gaat hij vragen stellen, en me in de gaten houden, en zich zorgen maken. En als Bill zich zorgen maakt, is hij heel irritant om mee om te gaan. En dat wil ik niet. Ik wil een vrolijke, zorgeloze Bill.
‘Wil je praten?’
‘Ja.’
En nu wou ik dus ‘Nee’ zeggen! Waarom zeg ik niet wat ik wil zeggen? Waarom luistert mijn lichaam naar mijn hart en niet naar mijn hersenen. Die weten het beter! Mijn hart is roekeloos, en verraderlijk. Want mijn hart klopt voor Bill, en dat mag niet!
‘Rustig maar.’
Het is Bill.
Ja, wie anders?
Hij gaat met zijn handen over mijn rug, probeert me te kalmeren en zoekt oogcontact. Natuurlijk ontwijk ik zijn blik. Anders word ik roekeloos. Roekeloos als mijn hart. En dat klopt voor Bill. Dus dat wordt een probleem. Als ik word als mijn hart sta ik niet in voor de gevolgen.
Mijn gedachten zijn raar, dus nu stop ik met denken.
Alsof dat gaat!
Slim, Tom, heel slim!
‘Bill, ik moet je wat zeggen.’ piep ik.
‘Je kan me alles zeggen.’ fluistert hij me glimlachend toe, zijn wijsvinger gaat onder mijn oog.
‘Ik…’ begin ik, maar klem mijn lippen op elkaar. Waarom is dit zo moeilijk.
‘Jij?’ vraagt hij nieuwsgierig, ogen groot als schoteltjes.
‘Ik kan het niet.’ flap ik eruit. Hij trekt me tegen zich aan en aait over mijn hoofd.
‘Je kan me alles zeggen, Tom. Ook dit!’
Ik haal diep adem. Hij wilt dit horen, dan zal hij het horen.
‘Bill, ik hou van je.’
Reacties:
Aaawh. Billmiep, snap het!
Alsjeblieft, snap het!
Anders stort Tom echt letterlijk en figuurlijk in!
Mijn gedachten zijn raar, dus nu stop ik met denken.
Alsof dat gaat!
Slim, Tom, heel slim!
Dat vond ik stiekem even heel grappig x'D
Ik hoop zo dat Bill het nu snapt<3
Je/jullie bent/zijn oneerlijk!
Het is best moeilijk om tegen 1 persoon te spreken terwijl het er 2 zijn.
Net nu stop je, het zal Nadezh wel zijn, die doet dat altijd XD
<3
komaan bill!!!
heb het door!!
snap nu dat hij ook van jou houd!!!!
verdeeeeeeeeer!!!!!!!!!!!!!