Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » Tears on my guitar » Deel 39: De waarheid

Tears on my guitar

14 maart 2010 - 13:48

2016

0

338



Deel 39: De waarheid

Ik blijf voor hem staan waardoor hij natuurlijk ook stopt. Hij kijkt me vragend aan, geen idee van wat er gaat komen.
‘Wat is er, Fi?’ vraagt hij benieuwd.
Ik trek mijn ogen van zijn blik weg en kijk rond. We staan midden op de grote markt. Het is geen goed idee om hier zomaar stil te blijven staan. Er wandelen niet alleen voetgangers voorbij, maar rijden ook fietsers gevaarlijk dicht langs ons heen en er kan elk moment een bus een zijstraatje uit komen.
Ik neem Max’ hand vast en trek hem wat meer naar de zijkant van de markt, meer naar de Sint-Pieterskerk toe. Iets meer van het verkeer weg. Met tegenzin laat ik zijn hand weer los als we op een iets veiligere plaats staan.
Ik weet niet hoe ik hieraan moet beginnen. Hoe ik de juiste woorden moet kiezen om dit niet duidelijk te maken. Ik wil zoveel zeggen en in mijn hoofd klinkt het nu alleen maar als een grote warboel van woorden, van onsamenhangende zinnen en woorden die zelfs niet bestaan. Ik weet dat Max zal schrikken, hij ziet dit echt niet aankomen. Ik moet hem toch een beetje behoeden voor een hartaanval.
Amper een paar seconden zijn voorbij gegaan en Max staart me nog steeds verbaast aan. Hij wacht op mijn zorgvuldige uitleg.
‘Het spijt me.’ Daar begin ik mee. Iets beter vind ik niet om mee te beginnen, om alles in te leiden.
‘Het spijt me, ik heb tegen je gelogen. Nee niet gelogen, iets achter gehouden. Ik loop al een tijdje met een “geheim”ť rond. Iets wat ik je niet kon vertellen,’ ratel ik snal achter elkaar af om het zo op de één of andere manier sneller achter de rug te hebben.
Max blik verandert. Zijn nieuwsgierigheid gaat over in ongerustheid.
‘Wat is er dan, Fi?’ zijn stem klinkt net zo bezorgd als zijn gezichtsuitdrukking.
‘Ik denk niet dat je het graag gaat horen. Ik ben nogal bang voor je reactie...’ mijn hart bonst tegen mijn ribben, maar mijn handen trillen niet. Ik ben zeker van mijn stuk. Ik wil hem dit vertellen, hij moet het weten. Ik ben alleen bang voor wat dit misschien kan aanrichten.
‘Ik zal niet boos worden,’ belooft hij.
Ik haal diep adem; in en uit.
‘Ik hou van je,’ fluister ik. Het verbaast me dat hij het zou horen op deze drukke markt.
‘Dat weet ik toch, ik hou ook van jou,’ antwoordt hij met een mooie lach, maar er zit iets anders in die lach. Een andere emotie dan daarnet. Zou hij het nu echt niet begrijpen? Of zou die emotie misschien ontkenning kunnen zijn? Ik probeer zijn blik te doorgronden, maar geraak er maar niet wijs uit. Of hij snapt het echt niet, of hij weet wel degelijk wat er gaande is. Dan weet hij dat ik veel meer bedoel met die woorden, maar wil hij het zelf niet onder ogen zien, wil hij het niet geloven.
Max gezicht is ineens veel te dicht bij. Misschien is dit wel de beste manier om het hem duidelijk te maken. Hij zal het zo alleszins goed begrijpen, zonder dat ik een al te lange uitleg moet geven.
Ik breng mijn gezicht nog wat dichter naar hem toe. Ik hoor zijn ademhaling -ondanks het lawaai- en ruik zijn zachte geur. Hij houdt me zelfs niet tegen, hij vraagt niets en zegt niets wanneer ik nog een centimeter dichter kom.
‘Ik ben verliefd op je,’ fluister ik zachtjes voor ik mijn lippen op de zijne druk en mijn ogen sluit.
Zijn lippen voelen zacht en warm. Ik breng mijn hand naar zijn wang en hou zijn gezicht vast, zijn huid is ook al zo zacht. Ik druk me nog een beetje dichter tegen hem aan en open zijn lippen met mijn tong. Ik voel zijn adem en beweeg mijn lippen nog steeds over die van hem. Mijn ogen nog steeds gesloten.
Ik kus hem zachtjes, maar besef dat er iets ontbreekt. Medewerking, liefde van zijn kant. Max heeft nog steeds niet bewogen. Zijn lippen bewegen niet mee, ze volgen mijn coödinatie maar een klein beetje, maar Max kust niet terug. Het was logisch, ik had het kunnen verwachten.
Een zucht ontsnapt uit mijn mond wanneer ik me losmaak van Max. Ik open mijn ogen weer en kijk heel even naar boven, in Max’ bruine ogen. Ze staan open vol verbazing en verwarring. Het zijn ogen die ik zo mooi vindt, waar ik in kan verdrinken, maar waar ik nu ook bang voor ben. Ik zie hoe hij niet weet wat hij moet zeggen of doen.
Ik laat mijn hoofd hangen en staar naar de grond. Het doet teveel pijn om hem aan te kijken, het is te moeilijk. Ik schaam me plots voor mijn gevoelens voor mijn beste vriend en voel de tranen opkomen. Deze keer wil ik niet dat Max ze ziet, deze tranen moet ik alleen drogen.
‘Het spijt me...’ is het enige dat ik er nog uit krijg.
‘Fi...ik...’ begint Max, maar ik hou hem tegen.
‘Nee, zeg maar niks. Het was stom om te denken dat er ook maar een kleine kans was dat je...je. Sorry, ik weet dat je van Kya houdt. Sorry, ik had het niet moeten...’ stotter ik met mijn hoofd nog steeds naar beneden. ‘Ik ga beter...’ Ik wil me omdraaien en weglopen. Verdwijnen tussen de menigte zodat Max het verdriet in mijn ogen niet kan zien. Ik was er zo zeker van dat ik wou dat Max wist wat ik voor hem voelde, ik heb er nog steeds geen spijt van dat ik het hem heb gezegd, maar de pijn in mijn borst is niet te dragen.
Mijn gevoelens geheim houden, hem horen vertellen over Kya het had elke keer pijn gedaan, elke keer een naaldje erbij, maar vandaag doet alles twee keer zoveel pijn. Ik wist dat de kans klein was dat Max net hetzelfde voelde voor mij als ik voor hem, maar er mee geconfronteerd worden is nog een heel pak erger. Ik zag in zijn ogen niet de liefde die ik wilde zien, maar veel te veel andere dingen; zoals verwarring en onwetendheid. Maar vooral voel ik me afgewezen. Een emotie waar ik me aan verwacht had moeten hebben.
Het idee alleen al dat ik mijn jaren vriendschap met Max misschien verpest heb, maakt me misselijk. Ik wist natuurlijk dat dat een risico was, maar toch... ik doe nu al een schietgebedje om die vriendschap te redden.
Ik sta al met mijn rug naar Max toe en wil net wegbenen, wanneer hij mijn pols grijpt.
‘Niet weglopen.’
‘Jawel...’ ik trek aan mijn pols maar Max is sterker en houdt me stevig vast. Hij schudt zijn hoofd.
‘Dat maakt het alleen maar erger,’ voegt hij eraan toe. Ik hoor geen boosheid, maar wel verwarring en verdriet.
Ik kan het niet langer volhouden. Ik wil zo graag weg voordat de hele stad me in tranen ziet uitbarsten, maar het is al bijna te laat. Mijn zicht is wazig door de tranen die al in mijn ogen staan.
‘Max... laat me alsjeblieft gaan,’ zeg ik schuddend met mijn hoofd.
Max zucht en laat mijn pols los. Ik kijk nog één keer naar hem om terwijl ik de natte tranen over mijn wang voel rollen en zie hoe hij bezorgd naar me kijkt. Ik draai me om en verdwijn tussen de menigte. Ik ren zo snel als mijn benen me dragen kunnen terug naar het appartement, terwijl de tranen nog steeds over mijn wangen stromen en ik Max’ gezicht voor me blijf zien elke keer ik mijn ogen sluit.

Ik doe de deur van ons appartement open en sla ze net iets te hard weer toe. Zonder iets te zeggen of iemand aan te kijken, loop ik zo snel mogelijk naar mijn kamer. Uit mijn ooghoek zie ik wel hoe Tayana haar boek neergooit en achter me aankomt.
Ik storm mijn kamer binnen en sla ook die deur te hard toe, waarschijnlijk net voor Tayana’s gezicht. Ik weet dat het gemeen is, maar ik ben nu niet in de stemming voor peptalks. Ik wil gewoon alleen zijn.
Er wordt drie keer snel achter elkaar op mijn deur geklopt en ik hoor Tayana’s stem roepen: ‘Fi, wat is er gebeurd? Mag ik binnen komen?’
Ik hoor hoe de deur over mijn kamer -die van Lukas dus- open gaat en hij naast haar komt staan, even later volgen er nog voetstappen en staat het drietal compleet, voor mijn deur.
‘Nee, sorry. Ik wil alleen zijn,’ antwoord ik. Mijn stem trilt door de tranen die nog in mijn ogen staan.
‘Wil je met mij praten?’ vraagt deze keer Lukas’ stem van achter de deur.
‘Of met mij? Ik ken het hele verhaal wel niet, maar ik ben niet dom. Ik snap de grote lijnen wel, Fi.’ Dat was Niel. Ergens voel ik me schuldig dat ik aan hem als enige het hele verhaal nog niet gedaan heb, maar daar heb ik nu de kracht niet voor.
‘Laat me maar gewoon alleen...sorry.’ mijn stem breekt en terwijl ik mijn akoestische gitaar neem hoor ik hoe de voetstappen van mijn kamerdeur weggaan.
Ik laat me op mijn bed vallen, neem mijn kladblok en mijn gitaar dicht bij me en begin te spelen terwijl ik de tranen niet kan stoppen. De tekst komt vanzelf. Veel makkelijker dan het allemaal te moeten uitleggen tegen Tayana, Lukas of Niel. Dit doet natuurlijk ook pijn, maar iets minder. Het verzacht de pijn, een beetje.
In mijn lied kan ik alles perfect omschrijven, maar het luidop zeggen gaat niet. Ik weet zelf niet goed hoe ik me voel. Ik ben blij dat ik het Max heb verteld, maar voel me aan de andere kant zo schuldig dat ik zo’n groot risico heb genomen. Ik heb niet alleen onze ‘relatie’ op het spel gezet, maar ook die van hem en Kya. Daarbij heb ik hem helemaal verrast, hij leek wel in shock toen ik het vertelde. Wat als hij hier niet mee kan omgaan? Wat als hij niet mijn beste vriend wil blijven omdat hij weet dat ik meer wil?
Daar denk ik even over na, maar besef dan dat Max zo niet is. Max zal me niet zomaar laten vallen gewoon omdat ik op een andere manier van hem hou dan hij van mij. Maar dat neemt de angst ervoor natuurlijk niet weg. Daarbij ben ik banger dat ik het niet zal aankunnen. Wat moet ik doen als mijn gevoelens voor hem niet verdwijnen. Ik weet dat hij niet op mij verliefd is dus ik wil dat mijn verliefdheid ook over gaat, maar wat als dat niet gaat. Wat als Max alles is waar ik al die tijd op heb zitten wachten? Hoe kan ik die gevoelens dan zomaar laten gaan? Zucht.
Ik kan niet stoppen met piekeren of met snikken, maar ondertussen schiet mijn nieuw lied wel op. Een lied over Max, een lied voor Max.

Every time I saw you
Every time you touched my skin
I got a little numb
Deep within my soul
And I opened my wings
And fly high above the clouds
So I didn’t need to see your eyes
I didn’t need to tell you
What I actually want to say

Do you think it was wrong from me
To love you
Do you think it was wrong from me
To tell you I do
Did you never see
Did you never feel
Did you never know
What I was feeling?
I guess you just don’t know who I am
As much as I think you thought you did

And now,
When I look into your eyes
I see that things have changed
You don’t look at me as you did before
And I hear the pity in your voice
The way you talk to me
So maybe I should swallow back
Everything I said

Do you think it was wrong from me
To love you
Do you think it was wrong from me
To tell you I do
Did you never see
Did you never feel
Did you never know
What I was feeling?
I gues you just don’t know who I am
As much as I think you thought you did

Will it ever be
As it used to be
Will you be again
My best friend?

Do you think it was wrong from me
To love you
Do you think it was wrong from me
To tell you I do
You should really know
I truly do…love you


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.