Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Tokio Hotel » perseverance » Perseverance [12]

perseverance

6 april 2010 - 20:30

1116

10

575



Perseverance [12]

Het is einde mei en mijn haar kleeft aan mijn voorhoofd. Ik zou een moord plegen voor een glas ijskoude cola, maar deze gedachte durf ik niet in het openbaar te zeggen want het antwoord zou toch een flesje water zijn. Bill en ik lopen over de speelplaats naar de fietsenstalling en ik voel de blikken even hard in mijn rug branden als de zon in mijn nek. We zijn een week verder en het grootste geroddel is al gepasseerd. Volgens Tom, die ons de eerste twee dagen moest rapporteren omdat ik nog in het ziekenhuis lag, was mijn stunt als een vuurtje de ronde gegaan. De eerste dag van mijn terug keer was een ramp: het was alsof elk kliekje het over mij had. Soms hoorde ik ‘Stefan mag blij zijn dat hij niet dood is: als zo’n gewicht op je valt..’ maar dan gaf Bill mij een kneepje in mijn hand en liepen we gewoon door. Na een tijdje stopte de commentaar vanzelf, zodat ik mijn boterhammen weer in de refter kon eten zonder de ‘Zou ze even veel klappen gegeven hebben als ze boterhammen eet, dan lag Stefan nu in coma!’ naar mijn hoofd geslingerd te krijgen. Ik zucht en laat mijn hoofd hangen, waarop Bill het vastpakt en me dwingt terug rechtuit te kijken. ‘Laat ze maar praten’ troost hij mij als ik weer gemompel hoor van groepjes die in de schaduw staan.
‘Ja..’ mompel ik ‘ze praten allemaal evenveel als dat ik eet.’
‘Sorry!’ piep ik er meteen achterna als ik Bill geërgerd zijn mond zie open doen om te protesteren.
‘Is al goed. Weet je nog Fientje, de twee jongens waarover ik heb verteld, aleja, die ik vernoemd heb in het gesprek in het ziekenhuis?’
Ik kijk hem verward aan en vaag brandt er een lichtje vanachter in mijn hoofd.
‘Die ook op het concert waren..?’ helpt hij mij te herinneren.
‘Oh ja!’ en ik sla met mijn vlakke hand op mijn hoofd. Helemaal vergeten! Hij heeft inderdaad gezegd dat hij twee jongens had ontmoet. Typisch ik, helemaal verdrinken in zelfmedelijden en vergeten dat er nog mensen op de wereld rondlopen. Hoe egoïstisch kon ik zijn? Nu dat ik er aan denk- hoelang is het wel niet geleden dat Bill nog iets over zichzelf heeft gepraat? Zover ik mij kan herinneren heeft hij de hele tijd naar mij zitten luisteren, zonder dat ik maar een keer heb gevraagd hoe het met hem ging. Wat voor een vriendin ben ik eigenlijk wel? Een vriendin die niet vraagt hoe haar beste vriend het stelt treitert een irritant stemmetje in mijn hoofd.
‘Fien?’ Bill kijkt vragend mijn richting uit.
‘Bill! Sorry, ik bedoel.. ik wou echt niet.. ik meende niet dat.. nee echt maar- het spijt me zo! Ik bedoel.. niet.. maar.. Ik was zí² egoïstisch!’
Hij heeft de hele tijd met opgetrokken wenkbrauwen naar mijn waterval van woorden, waar geen touw aan vast te knopen is, zitten luisteren en schiet nu in de lach.
‘Pardon?’ prompt kijk ik hem aan en krijg bijna zelf de slappe lach, maar mijn verbaasdheid houdt me tegen. Ik had verwacht dat hij droevig ging knikken en zou zeggen: ‘het is waar, ik ben teleurgesteld in je Fien, je hebt me echt in de steek gelaten.’
‘Bill- Bill! Stop met lachen en geef me een verklaring voor je niet-boos-zijn reactie!’
‘Fientje-‘ hikt Bill ‘Ik weet niet wat er in dat mooie hoofdje van je omgaat maar, hoe kom je er in godsnaam bij dat ik boos zou zijn? Het is niet meer dan logisch als je een hersenpuding hebt gehad en iedereen verwensingen naar je hoofd slingert, je wat anders te doen hebt dan naar mijn leven te luisteren.’
‘Maar’ begon ik ‘Jí²uw leven vind ik belangerijk.’
‘En dat weet ik’ glimlacht Bill. ‘Dus heb je zin om met me mee te gaan naar mijn huis? Je mag blijven slapen als je wil’
‘Wiiiiiiiiiiiiiiiih! Tuurlijk!’ antwoord ik glunderend ‘ik zal wel naar mijn mama bellen als we bij je thuis zijn.’ Ondertussen zijn we bij de fietsenstalling aangekomen en peuter ik mijn slot los. Dit was regel 1 van ons plan: meer bewegen, dus elke dag met de fiets gaan, jiha.

‘Waarom is het zo warm’ kreunt Bill als hij zwetend de brug op rijdt.
‘Waarom woon jij ook zo ve-er’ doe ik hem na op zijn zeurderig toontje.
‘sèg’ kijkt hij semi-beledigt naar mij en dan probeert hij mij te porren terwijl zijn fiets gevaarlijk dicht bij de mijne komt.
‘PASOP KAULITZ!’ gil ik ‘Ik wil niet ní²g een hersenschudding oplopen!’
‘Ooh’ negeert hij mij compleet als we langs een rij met lange groene bomen komen ‘schaduw! Lang leve de bomen!’
‘Ja, red bomen eet bevers’ zeg ik terwijl er herinneringen van vroeger voor mijn ogen opdoemen. ‘Mijn papa zei dat vroeger altijd als hij grappig wou zijn, en- nu we het toch over mannen hebben, vertel eens over die jongens.’ En ik wiebel met mijn wenkbrauwen.
‘Oke, wacht- we zijn bijna thuis’ antwoord hij.

Puffend komen we tot stilstand voor het witte huis, en naar mijn weten heeft het nog nooit zo lang geduurd voor dat Bill de deur heeft open gekregen, en dat terwijl de zon zo hardt schijnt.
Als we eindelijk in de koele keuken zitten, begint Bill te vertellen terwijl hij twee glazen met water vult: ‘Op dat concert waren er dus ook twee jongens, en zij zijn meegekomen naar het ziekenhuis, en toen hebben Tom en ik wat met hun gepraat en-‘
‘Oeeh!’ onderbreek ik hem ‘nu komt het leuke deel, ik voel het!’
‘Ja’ lacht Bill ‘en je gaat het zo meteen horen, dus-‘
‘Oke, vertel maar verder’ glunder ik.
‘Dus’ herhaalt hij nog eens traag ‘Ze vonden onze muziek goed, en ze vroegen ons of-‘
‘Nu komt het, nu komt het!’ doe ik express kinderachtig en klap enthousiast in mijn handen.
‘Fien!’ kijkt hij mij half lachend, half boos aan, en geeft mij een zachte tik op mijn hoofd.
‘Ze vroegen ons of we nog een drummer en bassist konden gebruiken.’
‘O MIJN GOOOD!’ gil ik hysterisch en begin op mijn eentje de regendans uit te voeren op de marmeren keukenvloer. Tien minuten, 20 knuffels en ‘o mijn gods’ later ga ik hijgend terug gaan zitten.
‘Klaar?’ vraagt hij verbaasd.
‘Uhu’ antwoord ik voldaan, en ga achterover op mijn stoel hangen.
‘Oke’
‘Ik heb honger.’ Flap ik er tegen mijn wil uit, waarop ik meteen mijn hand voor mijn mond sla.
‘We hebben een appel’
‘Een í ppel’ en ik trek een vies gezicht.
‘Ook een peer als je dat liever wilt’ antwoord hij geamuseerd.
‘Ha-ha, très funny Kaulitz’

Sorry sorry en nog eens sorry dat dit verhaal zo traag gaat guys.
Echt- ik doe het niet express, maar het is heel lastig om het te schrijven.
Maaar, ik ga proberen om regelmatiger te schrijven, en de liefhebbers kunnen ook 'Verboden Liefde' lezen, want daar komen er regelmatiger stukjes bij.


Reacties:

1 2

Vespertine
Vespertine zei op 16 dec 2010 - 12:04:
Hihi. Dit stukje is leuk. ^^

Ja, ik vroeg me vandaag ineens af hoe het met Perseverance gaat.


DreamWriter
DreamWriter zei op 24 april 2010 - 11:49:
Tatatatataaaaaaaa!
Bienvenue, cher Georg et Gustav!

Zeg.
Ari.
Hoe -jadatleesjegoed- hoe kan je dit?
HOE?
Miiih.
Ik weet al hoe.
Ari-zijn.

Zoef


Discoverxme
Discoverxme zei op 9 jan 2010 - 23:45:
Ahh dit is echt een geweldig verhaal..
Het maakt me niet uit hoe lang je hierover doet, zolang er maar hoofdstukken blijven komen ^^

xx


JOYCEDIAMOND
JOYCEDIAMOND zei op 9 jan 2010 - 17:16:
Aaaah, je verhaal is echt leuk! Zouw je me willen laten weten wanneer er een nieuw deeltje bij is ? ^^
x


Kayley
Kayley zei op 7 jan 2010 - 15:55:
Love it.
Echt weer, Fien is heerlijk om naar te luisteren [/lees: om te lezen]
Maar ik heb nog veel te lezen dus houd ik het hierbij.
Schrijf het maar op: je hebt nog een reuzereactie van me tegoed!