Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » My Worst Nightmare » Going for a walk [10]
My Worst Nightmare
Going for a walk [10]
Vier dagen heb ik binnen gezeten. Het duurde een dag voor mijn ouders wisten dat ik weer thuis was, en nog een dag voor ze me daadwerkelijk zagen.
Vandaag, de vijfde dag sinds mijn ‘ontsnapping’ uit het hotel, kan ik eindelijk weer buiten.
Er sluipen nog steeds mensen van de pers rond ons domein, uit op een foto van ‘de scharrel van Bill Kaulitz’, maar het is enorm afgenomen. Ook woedende fans kalmeren na een tijdje, maar ik krijg nog dagelijks dreigbrieven in mijn postbus. Maar die open ik niet, geen enkele post open ik meer. Dat doet iemand anders wel, het interesseert me even helemaal niet meer.
Het is zondag vandaag, en ik ga morgen voor het eerst weer naar school. Niet dat ik het nodig heb, ik kan heus alles op mezelf leren. Alleen moet ik van mijn vader, jammer genoeg.
Ik open de grote voordeuren en stap naar buiten. De aangename wind streelt mijn blote benen en doet mijn paarse zomerjurkje wapperen. Mijn voetstappen weerklinken over het bordes de muisstille tuin in.
Even een beetje wandelen, benen strekken, nadenken.
Zoete herinneringen schuilen in het frisgroene gras, de fontein lijkt Bills naam te roepen. Vlinders fladderen in de hemelblauwe lucht, in paren van twee en lijken wel te dansen op een enorme, onzichtbare dansvloer. ‘The sky is a dancefloor.’ fluister ik en schud dan met een nonchalant gebaar mijn haren naar achter.
Ik ben niet goed snik. Waarom praat ik Engels tegen een stel vlinders?
En waarom, in godsnaam, ben ik plots zo geobsedeerd - want zo kan je het wel noemen - door Bill?
Ik loop over het pad, dat kronkelt over het gras in onze achtertuin. Enorme struiken flankeren het kiezelpad en maken er een enorm labyrint van.
Stap na stap zet ik zonder eigenlijk te beseffen waarom nog. Ik heb gewandeld, ik heb mijn benen gestrekt en ik heb nagedacht. Dat waren de dingen die ik wou doen, en ik heb het gedaan.
Maar weer laten mijn hersenen me in de steek, en blijven me bestoken met herinneringen en woorden. Van Bill, wat anders?
Het pad stopt bij een cirkel van witmarmeren stenen, met in het midden een grote eik met gele bladeren. Ik weet nog goed hoe ik hier vroeger altijd kwam, toen mijn ouders er weer eens niet waren en ik gepest was op school. Dan zette ik me tegen de stam en keek naar de zachtjes bewegende bladeren.
Ik ga op mijn knieën zitten en kruip naar de boom toe, om me in het met onkruid overwoekerde zand neer te zetten. Mijn rug rust tegen de ruwe bast, mijn hoofd buigt voorover.
Mijn handen trommelen op mijn bovenbenen, zonder dat ik weet waarom. Ik ben niet zenuwachtig, noch verveeld. Misschien is het uit radeloosheid. Dat zou best eens kunnen.
Een blaadje rukt zich los van de tak, valt in een cirkelende baan naar beneden en land naast me. Ik kijk gefascineerd toe. Was mijn leven maar zo simpel. Ik zou er veel voor geven.
Maar, weeral maar eens, mijn leven is niet zo simpel en dat zal het ook nooit zijn.
Bill, Jona, mama en papa, school.
Ik bijt op de binnenkant van mijn wang en staar naar de heggen. Pas als een druppel bloed opwelt en op mijn tong in duizenden minuscuul kleine druppeltjes valt, stop ik ermee.
Wat heb ik met mezelf pijn doen?
Ik wrijf over mijn wang en frons.
Mijn gedachten worden met de minuut vreemder, maar er zit wel iets in. Ik maak ruzie met Jona, en doe niet alleen haar maar ook mezelf pijn. Ik begin iets met Bill, en nu is hij weg en doet dat me pijn. Ook al zal ik dat laatste nooit echt toegeven tegenover hem, of mezelf. Wacht, dat heb ik net gedaan.
Ik heb hier nu wel genoeg gezeten. Met de nodige moeite kom ik overeind en loop het pad weer op, de kant die ik nog niet belopen heb, verder de achtertuin in. Ik weet niet precies wat nu komt. Het is al een tijd geleden sinds mijn laatste wandeling, en meestal stop ik nog voor ik goed en wel enkele meters ver ben.
Als het zachtjes omhoog begint te gaan, besef ik me plots waar ik heen ga. Ik weet wat er komt. Oneindig veel keren ben ik er geweest, toen ik nog klein en naïef was, hand in hand lopend met mijn vader, schuin achter in onze schaduw een bodyguard.
De heggen houden op, een met gras begroeid heuveltje staat statig centraal in mijn zicht. Een enorme treurwilg, en aan de grootste tak een schommel. Roze linten sieren de andere takken, kleine stompjes van wat ooit grote, rode geurkaarsen waren, staan rond de stam.
Ik slenter naar de schommel en laat me op het houten vierkant zakken, mijn armen rond de kettingen van touw geklemd.
Zachtjes piepend ga ik heen en weer, mijn blik gericht op de horizon.
Velden vol maïs en graan, kleine weggetjes met piepkleine auto’s en mensen op fietsen. De kerk met zijn toren en de grote bel in de nok. De bibliotheek, met het gele uithangbord en de felblauwe deuren.
Genietend van de nostalgische herinneringen die zich opdringen, sluit ik alles rondom me af. Geen enkel geluid dringt tot me door, ik hoor enkel nog de geluiden die ik ooit in een ver verleden zelf nog heb geproduceerd. Kreetjes van opwinding en blijdschap toen mijn vader me hoger duwde, het gierende gelach als mijn vader me niet zag zitten hoog in de boom.
Oh, wat mis ik mijn jeugd. En wat mis ik de vader die mijn vader vroeger voor me was. Even vaak afwezig als nu, maar toen zocht ik er niets achter. Toen deed hij dingen die papa’s allemaal deden, superheld zijn en mensen redden. En nu? Nu weet ik beter. Hij is geen superheld. Hij is zelfs geen gewone held.
Hij is gewoon een mens, die zich amper in mij interesseert.
Ik ga met mijn polsen langs mijn wangen, die bezaaid zijn met tranen. Fuck, ik word overemotioneel!
Reacties:
Oh, wat mis ik mijn jeugd. En wat mis ik de vader die mijn vader vroeger voor me was. Even vaak afwezig als nu, maar toen zocht ik er niets achter. Toen deed hij dingen die papa’s allemaal deden, superheld zijn en mensen redden.Die vond ik mooi ._.
Ik vind dit hele stukje mooi. <3
Even een kalmte in het verhaal, een kans om de Ruby achter het masker te leren kennen. En eigenlijk is ze helemaal niet zo verwend en truttig en bitchy als ze zich voordoet, ofwel? (;
Ze is ook maar een mens.
En nu wil ik meer.
*kuch*
Geduld, Dezh.
I love it. <3
Wat dacht je van.. Snel verder ?
(ik ga nu vlug Last dance lezen )