Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Tokio Hotel » Eyecatcher » \31./

Eyecatcher

2 feb 2010 - 18:20

873

1

324



\31./

Het bed was koud toen ik terugkeerde van de keuken met een tas warme melk in mijn handen. Onderweg had ik nog even met Tom naar mama gebeld, dus de melk was niet meer zo warm als eerst.
Ik schopte mijn schoenen uit en ging voor het raam zitten. Ik wist niet hoe laat het was, het interesseerde me ook niet. Het enige wat ertoe deed was dat ik nog niet moe was.
De eerste slok melk gaf me kippenvel, en ik wikkelde me in het deken. En deed het weer van me af na de volledige tas, wegens te warm.
Mijn ogen ontleedden de omgeving, zoals ze dat al 23 keer hadden gedaan. En elke keer zag ik weer iets anders dat me opviel.
In Polen was dat het Ikea-filiaal tussen de kleine huisjes geweest, in Spanje de reusachtige poster van Enrique Iglesias achter een raam van een huis in de stationsbuurt.
In Noorwegen de prachtige wilde bloemen in het gras op het plein voor het perron, en in Italië zonder twijfel de bijzonder geslaagde hedendaagse versie van Charlie Chaplin die het beste van zichzelf gaf.
Hier zag ik niks. Een juwelier, ja. Maar dat zie je overal, toch?
Dit leek een buurt als een andere. Speurend gleden mijn ogen over de andere gebouwen. Ik bemerkte wel bijzonder weinig huizen. Het leek alsof Brussel een etnische zuivering had ondergaan, toch tenminste in de directe buurt van het station, om voor elke treinreiziger die hier voorbijkwam de schijn van een rijke, prachtige stad zonder enkel spoor van verstotenen in de maatschappij hoog te houden.
De gebouwen leunden tegen elkaar aan in het licht van de lantaarns. Er was er één dat zich onderscheidde van de anderen, omdat het gewoon .. stónd. Alleen, zonder buren en waar de andere gebouwen er nietig en onstabiel zouden uitgezien hebben, zag dit eruit alsof het geen steun nodig had. Ik rechtte mijn rug en ging dichter bij het raam zitten.
Het had iets, en ik moest me concentreren voor ik erachter kwam. Ik sloot mijn ogen, om het beter te kunnen. Maar ik vertrouwde het donker niet, niet achter mijn ogen en niet om me heen, dus opende ik ze weer en ademde diep in.
En toen besefte ik het.
Het gebouw leek op Sofie.
Want het had geen steun nodig, stond op en voor zichzelf in, net als Sofie. Zij redde zich altijd alleen en was daar bijzonder goed in.
Het riep luid en duidelijk dat niemand hem wat kon doen, en als men het toch zou proberen hij er altijd weer bovenop zou komen. Net als Sofie.

En toen ontdekte ik de contouren van een mens op de rand.

Mijn hart sloeg enkele tellen over vooraleer het tot me doordrong dat ik iets moest doen.
Ik deed geen enkele moeite om mijn schoenen te strikken en moet ontzettend veel kabaal gemaakt hebben, want nog voor ik uit de gang was keken de hoofden van Georg, Gustav en Tom bezorgd om hun deur.
Nu ik eraan dacht, ik had misschien wel een nachtkastje omver gegooid.
'Bill? Wat is er-'
'Op het dak, daar...' Ik denk niet dat ze meer verstonden aangezien ik voorbijstormde zonder articuleren en bijna het schuifdeurtje op het einde van de gang naar de schuifdeurtjeshemel ramde.
Nog voor ik buiten was hadden ze zich al bij mij gevoegd, en opeens leken de de deuren zo sloom. Het was een kwestie van seconden voor... Nee.
Ik holde zonder te kijken de straat over, en ze schreeuwden toen een kleine bestelwagen hard op zijn rem trapte. Maar ik keek niet om, ik week hoogstens een beetje uit voor de neus.
'Bill, verdomme man! Ben je gek geworden?' Tom deed me stoppen, en in het licht dat uit de etalage van de juwelier kwam waren zijn ogen groot van angst.
'Wil je ook dood of zo? Is één nog niet genoeg?' Boosheid nam de plaats in van angst.
'Laat me los, Tom. Dit is dringend.'
'Maar het concert morgen ook! Wat als we jou ook van de straat moeten schrapen?'
'Egoïst.' Ik rukte me los en stampte weg. Hoe kon hij, verdomme.
'Ik, egoïstisch? Ik ben met je begaan, mag het?' riep hij me achterna.
'Je bent begaan met het geld, dat ben je!' schreeuwde ik.
Zonder om te kijken spurtte ik verder.
'En wat dan nog? Jij niet, dan?' Hij brulde nu echt, zijn kwaadheid golfde mijn kant op.
Voor het me kon raken sloeg ik af, het pakhuis in. Bijna viel ik over de resten van de deur.
Bill, let een beetje op. Denk na over wat je doet. En... wees voorzichtig.
Ik knikte tegen mezelf en tegen Maarten, en begon aan de klim. Twee treden tegelijk, in het begin schoot het goed op, maar na een tijd voelde ik mijn benen niet meer.
Mijn longen beukten bijna uit mijn borstkas, maar ik wilde niet stoppen. Elke seconde die ik verspilde kon een seconde teveel zijn.
Met mijn hoofd naar beneden en mijn gedachten bij de persoon boven ging ik door.
Het moest. ík moest.
Ik knalde tegen een deur. Mechanisch strekte ik mijn hand uit naar de klink, terwijl de dreun door mijn hoofd gonsde. De kou beet in mijn vingers.
Niet schrikken.
Dat deed ik wel.
Nadat ik de deur had opengeduwd had ik verwilderd om me heen gekeken.
God, wat is dit hoog, had ik gedacht.
En daar had ik haar gezien.
Daar zat ze.
Sofie.
En Clara.


Reacties:


butcherknife
butcherknife zei op 15 april 2010 - 23:31:
Sofie
ik wil eigenlijk even melden dat ik die cursieve stukjes in combinatie met de gewone gedachten van Sofie/Bill/Tom geniaal vind.
en.. dit is eng.
[/tot hier mijn boeiende reactie]
ik ga dus verder lezen