Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Koordinaten Unbekannt » Vijfde droom
Koordinaten Unbekannt
Vijfde droom
Vrolijk huppel ik door het huis. Buiten schijnt de zon, binnen is het aangenaam verlicht en verwarmd. Mijn broertje is in de keuken om het ontbijt klaar te maken. Ik ga hem gezelschap houden, zodat ik het op kan eten. Zodra ik plaats neem aan de keukentafel weet Bill wat ik van plan ben.
‘Ja, ik maak ook voor jou.’ Glimlacht hij naar me. Binnen een paar minuten staat er een bord voor mijn neus, waar heerlijke geuren vanaf komen. Bill heeft duidelijk zijn best gedaan op dit ontbijt. Verheugd begin ik te eten. Na een poosje begint Bill te praten: ‘Tom, ik wil iets doen met het huis.’
‘Wat dan?’ Vraag ik met mijn mond vol, waardoor mijn halve ontbijt zich over de tafel uitspreidt.
‘Ik weet het niet. Anders inrichten of zoiets, ik ben het een beetje zat. En schoonmaken, want je maakt er weer een geweldige zooi van.’ Schuldbewust tover ik een glimlach op mijn gezicht. Zwijgend eten we de rest van ons ontbijt. Wanneer we daarmee klaar zijn, krijg ik een schoonmaakdoek in mijn handen geduwd. Bill vertelt me dat ik eerst de tafel schoon moet maken, en vervolgens het de rest van het huis een beetje afstoffen. Zonder tegenzin doe ik wat hij van me vraagt. Bills muziek schalt door het huis, we zingen beiden gezellig mee. Het is niet het soort muziek wat ik graag luister, maar we hebben het naar ons zin. Dan kom ik aan bij een grote ijzeren inloopkast. De witte verflaag die eroverheen zit is enigszins aan het blakeren. De kast is dichtgemaakt met vijf verschillende sloten. Wat erin zit weet ik niet. Niet meer. Bill en ik zijn hier komen wonen toen we beiden 25 jaar oud waren. Van de dingen die daarvoor gebeurd zijn weet ik niets meer. Alle herinneringen zitten opgesloten in de kast. Ik had nooit gedacht dat het mogelijk zou zijn, maar ik heb de herinneringen kunnen verdringen. Ik heb me dikwijls afgevraagd waarom we de herinneringen opgesloten hebben, in plaats van verbrand. Bill antwoordde dan altijd, dat als je de herinneringen verbrandt, hun zielen rond gaan zwerven. Dan zou je het dus niet kunnen vergeten. Nu zitten ze opgesloten en kunnen ze hun karkassen niet verlaten. Wat ik een beetje raar vind, want de kast is niet eens vacuüm. Als ik in staat zou zijn te overleven als ik verbrand werd, zou ik ook wel kunnen ontsnappen uit een doffe kast. Blijkbaar kan een herinnering dat niet. Deze kast zadelt me wel op met heel veel vragen. Wat voor herinneringen zitten erin opgesloten? Waarom heb ik de herinneringen verdrongen? Er is niemand die het mij kan vertellen. Onze moeder is de enige die we nog kennen uit die periode, met wie we het contact niet hebben verbroken. Eén ding weet ik zeker: Er is iets goed fout gegaan met mijn leven. Ik sta op het punt om verder te gaan met schoonmaken, als ik merk dat Bill naast me is komen staan.
‘De kast moeten we maar eens opnieuw schilderen.’ Meent hij.
‘Bill, weet jij echt niet meer wat erin zit?’ Vraag ik me af.
‘Herinneringen.’
‘Ja, maar aan wat? Ik bedoel, ik weet dat het herinneringen zijn van onze eerste vijfentwintig levensjaren, maar meer weet ik niet.’
‘Houden zo.’
‘Weet jij het wel?’ Bills vrolijke humeur is plots omgeslagen. Hij laat zijn schouders hangen en staart lusteloos voor zich uit. Na een paar tellen knikt hij.
‘Hoe kan het dan dat ik het niet meer weet?’ Vraag ik me hardop af.
‘Dat ligt ook allemaal verborgen in de kast.’
‘En je gaat het me niet vertellen?’
‘Nee, het is beter dat je het niet weet.’ Nu voel ik me helemaal stom. Waarom weet Bill het allemaal nog wel? Hij schijnt er niet erg gelukkig mee te zijn, waarom verdringt hij de herinneringen dan ook niet? Mij is het ook gelukt. Ik vraag het hem.
‘Zo makkelijk ligt dat niet, Tom. Verdringen is niet iets wat je zomaar doet.’
‘Het is mij ook gelukt.’
‘Wees er maar heel blij mee. Ik heb de hoop tijden geleden al opgegeven.’ Mijn broertje is niet iemand die opgeeft.
‘Waarom mag ik het niet weten? Wat maakt het uit, als jij het nog wel weet?’
‘Het doet er niet meer toe, Tom. Het is beter dat je het niet weet.’ Zijn punt staat vast. Ik mag het niet weten. Als ik zijn gezichtsuitdrukking zo zie, wil ik het ook helemaal niet weten. Toch vraag ik me af wat er zo verschrikkelijk is geweest, dat we vijfentwintig jaar in een kast opgesloten hebben. Zelfs als ik het in mijn hoofd haal om de kast open te trekken, moet ik eerst de sleutel zien te vinden. Die heb ik niet. Misschien hebben we die wel helemaal niet meer. Of misschien heeft Bill hem, in dat geval krijg ik hem ook niet. Met een bedrukte stemming ga ik verder met schoonmaken, terwijl mijn broertje weer verder gaat met het verplaatsen van de meubels.
Later die dag zitten we met zijn tweeën op de bank. Bill kijkt trots naar onze nieuw ingerichte en opgeruimde woonkamer. Hij heeft hard gewerkt en is heel blij met het eindresultaat. Ik vind het ook mooi, maar mijn aandacht ligt toch ergens anders. Ik vraag me nog steeds af wat er in die kast zit. Wat er zo belangrijk is dat ik het niet mag weten, maar zo onbelangrijk dat ik het kon vergeten. Morgen gaan we de kast opnieuw verven. We hebben een flinke discussie gehad over de kleur, maar uiteindelijk hebben we gewoon voor wit gekozen. Dat past het best bij de rest van ons huis en dan trekt de kast mijn aandacht misschien iets minder, is Bill van mening. Persoonlijk denk ik dat het mij niet gaat om het uiterlijk van de kast, maar om wat erin zit. Het is mijn leven wat opgesloten zit in die kast. En of die kast nu mooi geverfd is, of blakert van ouderdom. Het blijft mijn leven wat erin zit. En ik ben nieuwsgierig naar mijn eigen leven.
Reacties:
ohhh. Nu ben ik nieuwsgierig
maaar, leuk stukje
mwhiiii, I want more!<3
x
IK LIG ACHTER MAAR IK BEN WEER AANT LEZEN HOOOR
, het woord "verder" hoef ik niet te typen want ik moet gwoon op volgende hoofdstuk drukken
awesome <3