Hoofdcategorieën
Home » Harry Potter » Forever Slytherin » Hoofdstuk 2: De treinreis
Forever Slytherin
Hoofdstuk 2: De treinreis
De reis verliep voorspoedig. De tijd werd gedood met verhalen over de vakantie, waarbij vooral Draco het woord had, en Patty kirrig aan het lachen was. Lucy trok de kraag van haar jack iets omhoog. Ze had zo’n hekel aan Patty. Waarom zat ze hier eigenlijk?
Stiekem wist ze het antwoord wel. Al sinds het begin van haar opleiding aan Zweinsteins Hogeschool voor Hekserij en Hocuspocus, nu precies 5 jaar geleden, had ze nooit echt aansluiting kunnen vinden bij de rest van de Zwadderaars. Ze was altijd erg gesloten geweest en had ook nooit moeite gedaan om vriendschap te sluiten. Toevallig had ze bij de feestmaal na de Sorteerceremonie naast Draco Malfidus gezeten, en sindsdien had ze met hem opgetrokken.
Ze vond Draco aardig, maar was het niet altijd eens met zijn manier van doen. Hij hield ervan anderen te kleineren, te verraden bij leraren, en ging in zee met onbetrouwbare types voor eigen gewin. Het meest recente voorbeeld daarvan was Hij Die Niet Genoemd Mag Worden. Hoewel hij niet officieel een Dooddoener was, riep hij wel vaak hoe geweldig het zou zijn í¡ls hij er één was.
Meestal als Draco weer eens een eerstejaars aftroggelde, hiel Lucy zich op de achtergrond. Ze deed er niet aan mee, maar hielp het slachtoffer ook niet. Dat zat niet in haar aard, ze was nog altijd een Zwadderaar.
Nadat het lunchkarretje was langsgeweest, wilde Draco een ronde langs de coupés gaan doen. Hij zei erbij dat hij zijn plicht als klassenoudste uit moest voeren, maar Lucy wist de ware reden. Hij wilde bij Potter langs, om hem op zijn manier te verwelkomen. Hoewel Lucy er weinig voor voelde, stond ze toch op om mee te gaan.
Ze liep achter Draco, Patty, Korzel en Kwast aan door de trein, op zoek naar de coupé van Potter. Onderweg wierp Lucy af en toe een blik in de coupés. Ze zag een hoop bekende, maar ook nieuwe gezichten, maar voor alle gezichten gold hetzelfde. Ze keken haar allemaal boos of bang aan, alsof ze een spook was.
Net toen Lucy chagrijnig werd van al die blikken, bereikten ze de coupé van Potter en zijn vrienden. Draco schoof de deur open en stapte naar binnen, maar omdat Lucy helemaal achteraan de stoet liep kon ze niet zien wat er binnen gebeurde. Ze hoorde enkel stemmen.
‘Hallo Potter,’ hoorde ze Draco zeggen. ‘Ik kwam eventjes hallo zeggen. Hoe was je zomer?’
‘Rot op, Malfidus!’ klonk het uit de coupé. Het was niet de stem van Potter, maar van die roodharige vriend van hem. Hoe heette hij ook alweer? Wezel? Wevel?
‘Ik had het niet tegen jou, Wemel.’ Oh ja, hij heette Wemel. ‘Dus, hoe was je zomer, Potter?’
Lucy hoorde rumoer opstijgen uit de coupé, wat ze een beetje vreemd vond. Vragen hoe iemands zomer was, was een compleet normale vraag. Ze begreep niet hoe iemand daar boos om kon worden.
De vraag leek wel degelijk gevoelig te liggen. Nu hoorde ze een felle meisjesstem.
‘Malfidus, als je nu niet weggaat, dan weet ik niet wat ik doe!’ Lucy zag een zweem van rood haar en de punt van een toverstok die tegen Malfidus’ keel werd gezet. Ze zag Malfidus grote ogen opzetten, uit angst. Vervolgens draaide hij zich boos om.
‘Kom, we gaan,’ zei hij tegen de rest, en hij wurmde zich langs me door de smalle gang. Vervolgens werd Lucy door Patty, Korzel en Kwast min of meer opzij geduwd, waardoor ze opeens vlak voor de coupé van Potter en zijn vrienden stond. Ze schrok er zelf van.
Potter zat in de hoek, met zijn vrienden om hem heen. Ze leken hem te troosten. Lucy kreeg steeds meer het idee dat Malfidus’ vraag echt kwetsend was, Potter leek verdrietig.
Plotseling keek Potter op en zag haar staan. Zijn mondhoeken vlogen in een soort stuiptrek omhoog. Een glimlach kon je het niet echt noemen. Het was meer een ik-heb-jou-eerder-gezien-vandaag blik. Vlug stak Lucy haar hand op en snelde weg. Het bleef een Griffoendor, en Zwadderaars gingen niet om met Griffoendors. Vlug vertrok Lucy weer naar haar eigen coupé, naar haar vrienden.
Hoewel vrienden? Het beeld van Potter in die coupé met mensen om zich heen die om hem gaven... Dat hoefde ze niet van haar vrienden te verwachten. Maar daar waren het misschien Zwadderaars voor.
Reacties:
Grmbl
Draco is een vozen pestkop. Arme Harry. Maar wat Lucy denkt, is waar: Hij heeft echte vrienden, die om hem geven en anderen daar voor durven te bedrijgen. Go Ginny.
Ik ben echt zo blij dat ik deze ben gaan lezen. Hij is geweldig. Echt, ik houd van hoe jij schrijft, ik houd van wí¡t jij schrijft.
En ik wil snel meer, maar daar heb ik geluk in want er is nog een stuk dat ik kan gaan lezen.
Yay, driewerf hoezee!
Jajaa lucy moet gewoon naar griffoendor!