Hoofdcategorieën
Home » Sprookjes » De schone slaper » De schone slaper
De schone slaper
De schone slaper
Er was eens heel lang geleden in een land hier ver vandaan een koning. Hij en zijn lieve vrouw leefden in een prachtig koninkrijk die zij met liefde regeerden. Maar toch hadden ze niet alles wat hun hartje begeerde. Luxespullen, als ferrari’s, flat-screens en jacuzzi’s hadden ze genoeg. Het enige wat nog ontbrak in hun perfecte leven was een prinsje of een prinsesje. Jaren hadden de bewoners van hun koninkrijk en zij zelf gewacht op hét moment, een aankondiging van een zwangerschap. En dan was de dag aangebroken, de koningin was zwanger. En niet zomaar van een prinsje of prinsesje, nee, ze was zwanger van een tweeling.
Twee prachtige zonen werden geboren, maar niet alles verliep van een leien dakje. De jongste van hun twee zonen, Voldemort, voelde zich achter gestoken op zijn tien minuten oudere broer, Harry. In zijn ogen kreeg Harry mooiere met afstandbediende auto’s en duurdere playstationspelletjes. Aan de leeftijd van 6 kon hij het niet meer aan en verliet hij zijn ouderlijk huis. De koning en koningin treurden niet zo met het verlies van hun jongste zoon, de oudste zou wel voor nageslacht zorgen, dachten ze. Hoopten ze… Maar Voldemort was uit op wraak…
Dit verhaal begon op de dag dat de geliefde prins Harry zijn eerste communie zou doen, een paar maanden na het vertrek van Voldemort.
Het hele koninkrijk sprak vol blijdschap over deze speciale dag. Maar niet iedereen, ergens in een oud kasteel op de verboden berg broedde Voldemort op een wraakplan voor zijn broer. Al twee maanden zat hij er op te broeden en de dag voor het heugelijke gebeuren had hij het gevonden. Al vanaf dat hij zijn eerste stapjes had gezet was hij bezeten door toverkracht. Hij wou de krachtigste krachten van alle tovenaars en feeën hebben. Na lange wetenschappelijke studies had hij die dan ook gecreëerd. Hij zou zijn broertje eens een bezoekje brengen.
Nadat Harry de zalving en welvaart van de priester had gekregen was het tijd voor het leukste moment van de dag, cadeautjes. Deze keer zouden het geen PSP’s zijn, nee, hij kreeg van elk van de drie rare feeën een wens.
De drie rare feeën kwamen aan en maakten een geweldige entree in hun gouden koets van blingbling met ingebouwde CD-speler.
De wijze Karen, die de oudste van de drie was, zwaaide met haar magische staf en sprak de wijze woorden uit over Harry:
‘ Kleine Prins, ik schenk je de schoonheid, jij zal de mooiste man zijn die op deze planeet rondloopt. Gij zult stralen als de duurste ketting die er bestaat.’ Ze haf een korte tik met haar staf op het voorhoofd van Harry en liet het woord aan de tweede fee, Kristel. Ook zij zwaaide met haar staf en sprak :
‘ Ik schenk jou, prinsje,een prachtige stem, zodat alle meisjes aan je voeten zullen liggen.’ Ook zij haf een lichte tik met haar staf op het voorhoofd van een, steeds meer grijnzende, Harry. Nu was het woord aan de derde rare fee, Josje. Ze zwaaide met haar staf en wou haar wens zeggen, toen ze plots verstoord werd door een immens lawaai…
Een ijskoude wind huilde door de troonzaal. De vlammen van de grote kaarsen en kandelaars leken te doven. Alle aanwezige gasten beefden van angst.
En plotseling doorkliefde een oogverblindende bliksemstraal de duisternis en vlak voor de troon van de koning steeg een blauwe rookkolom op uit de vloer.
Bang zag iedereen hoe de rook langzaam gestalte kreeg.
De verbaasdheid was in hun ogen af te lezen toen ze te zien kregen dat de kleine Voldemort al dat oplawaai had gemaakt.
De twee vorsten slaagden een zucht van opluchting.
‘Jij bent het maar, ik was al bang dat het de koningin van onderland zou zijn.’ Zei de vorst.
‘Ik ben het maar? Je zou meer angst moeten hebben van mij dan van alle koninginnen van onderland samen.’ En hij zwaaide met zijn supersonische, glinsterende toverstaf.
De glitter weerkaatste in ieders ogen. Nog nooit had iemand zoiets ongelofelijk gezien. De afgestoten koningszoon kreeg een prettwinkeling in zijn ogen.
‘ Wees maar allen bang! Ik ben hier niet om te feesten, alhoewel ik een cadeau heb voor harry.’
‘ een cadeau! Hoor je dat mama! Voldemort heeft een cadeautje mee voor mij!’ riep een enthousiaste Harry.
‘ SST!’ fluisterde de koningin.
iedereen wachtte vol spanning op de komende woorden van Voldemort.
‘Ik wens dat Harry op zijn zestiende verjaardag in een vergiftige Twix zal bijten en zal sterven! Zodat jullie mij wel zullen moeten terugaanvaarden als zoon, anders zullen jullie nooit een opvolger vinden voor de troon!’ en in een groene vlam verdween hij.
De koning vroeg nog aan de drie rare feeën of dat ze iets konden doen aan de vreselijke spreuk van Voldemort, maar daarvoor was zijn kracht te sterk. Het enige wat ze konden doen was Harry niet laten opgroeien in een cultuur waar de Twix zo geliefd was. De drie rare feeën stelden de koning voor dat zij Harry verder zouden opvoeden en hem nooit in contact zouden laten komen met een Twix. Het koningspaar stemde toe en zagen hun zoon niet meer terug.
We maken een tijdssprong van tien jaar en zitten op de vooravond van Harry’s zestiende verjaardag. In die tien jaar had Harry niets anders gezien dan het houten huisje bij de waterval in het bos, waar de feeën hem hadden opgevoed. De drie waren druk bezig met hun nieuwe, technologische, automatische taartenbakker uit te testen om een prachtige verjaardagstaart te bakken. Maar de vervloekte wens van Voldemort waren ze nog lang niet vergeten. De volgende dag zouden ze Harry terug brengen naar zijn ouders en zou de vloek verbroken zijn. Ze zetten hun digitale wekker en vielen in slaap.
De volgende dag verlieten ze toen de zon onderging het huisje en wandelden naar het kasteel.
De feeën waren echter zo met hun gedachten in de wolken over het feit dat ze hun missie hadden volbracht dat ze niet merkten dat Harry niet meer bij hen liep.
Harry had op het pad een klein huisje gezien in de verte waar een lichtje brandde. Zijn nieuwsgierigheid had het overwonnen en hij wandelde naar het huisje toe. Daar aangekomen zag hij dat het huisje niet gemaakt was uit bakstenen, maar uit chocolade. In de deuropening stond een enorme man met een wild zwart kapsel en lange baard die koekjes aan het bakken was. Hij stelde zichzelf voor als Hagrid.
‘Moet je een stukje chocolade hebben?’ vroeg hij vriendelijk. ‘Je ziet er een beetje magertjes uit, jongen. Hier neem een twixje.’ Maar jonge Harry was nog naïef en had nog nooit zo’n lekker stuk chocolade gezien. Hij at het helemaal op en viel slap op de grond. Hagrid begon te lachen en veranderde van gedaante. Het was Voldemort!
De feeën hadden ondertussen opgemerkt dat Harry er niet meer was en doorzochten het bos. Het was echter een meisje met een gek rood kapje op die Harry zag liggen en naar hem toe liep. Toen ze doorhad wat er was gebeurd, was ze zo kwaad op Voldemort dat ze hem in de nog brandende, openstaande oven duwde.
Kristel merkte de knal die de oven maakte op en liep naar het huisje toe, op de voet gevolgde door de andere feeën. Ze raakte in shock door Harry daar zo te zien liggen en begon te wenen. Josje zette het op het lopen.
Karen was de koelbloedigste en herinnerde zich dat ze eens had gelezen in een geleerd boek hoe je iemand kon opereren. Ze knipte zijn buik open en kon zo de vergiftigde chocolade eruit halen. Harry werd wakker en beloofde om nooit nog iets aan te nemen van vreemden.
Hij raakte verliefd op zijn redster die Roodkapje heette en trouwde met haar. Ze kregen twee kindjes en leefden nog lang en gelukkig.
tis bre mooi en zo goe geschreven!!!
loveyou
xx