Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Cinema Bizarre » Start all over » Hoofdstuk 22, Never seen it before.

Start all over

25 maart 2010 - 18:10

1122

0

340



Hoofdstuk 22, Never seen it before.

[i]Waarom heb ik dit niet eerder gehad? Ik heb hem altijd al heel knap gevonden. Maar zo? Nee. Dingen blijven me verbazen.[/i]

Ik hoor beneden de voordeur open gaan. ‘’Nee he…’’ Kreun ik. Daar zul je ze hebben. Snel trek ik Strify overeind en trippel geruisloos naar beneden. Want als ze kaarsen zien branden zonder iemand er bij, zwaait er wat. Snel ga ik op de bank zitten en doe alsof ik druk in gesprek ben met Strify. Mama komt als eerste de kamer binnen. ‘’Hay lieverd! En hallo Strify! Wat leuk.’’ Brabbelt ze. ‘’Hallo mevrouw.’’ Zegt Strify beleefd. ‘’Ik zet de macaroni in de magnetron en dan kunnen we zo eten hoor!’’ Roept ze vanuit de keuken. ‘’okay!’’ Blair ik terug. Mijn zusje en vader zijn blijkbaar al naar boven vertrokken. ‘’Nou, dan ga ik maar.’’ Zegt Strify terwijl hij opstaat. Ik volg hem naar de voordeur. Hij pakt zijn jas van de kapstok en trekt hem aan. Ik kijk naar hem. Zeg niks. Als hij de deur wil open doen, draait hij zich om. Hij pakt mijn hand en trekt me naar zich toe. Slaat een stevige arm om me heen. Hij geeft een kus op mijn voorhoofd. Even kijkt hij me aan. Dan opent hij de deur en stapt naar buiten. Het regent nog steeds. Ik kijk hem na totdat hij uit het zicht is verdwenen. Een beetje verward sluit ik de deur achter me.
’s Avonds in bed kan ik niet slapen. Het is een grote puinhoop in mijn hoofd. Wat zou Kiro nu doen? Ik zie hem maar weer zitten tegenover me. Proberend zijn verhaal te doen. Elke keer weer voel ik zijn lippen op de mijne. Voor de laatste keer. En dan heb je Strify nog. Die zomaar ineens zijn tong naar binnen propt. Hij heeft o zo gelijk.. Misschien is dit inderdaad de oplossing. Maar toch vind ik het een beetje een enge oplossing. Vraag me niet waarom. Dat weet ik zelf ook niet. Strify is zo anders. Ik vraag me af of het hem zal worden. En ja ik vind hem wel leuk. Maar toch. Na uren tobben val ik eindelijk in een onrustige slaap.
De wekker doet me opschrikken uit mijn prachtige droom. Knorrig zet ik hem uit. Ik waggel naar beneden en ontbijt wat en maak brood klaar. Ik volg mijn gewoonlijke ochtend routine en stap op de fiets. Op school aangekomen, is allen Kiro er nog maar. Bagger, dat heb ik weer hoor. Het volume van mijn mp3 zet ik iets harder. Ik parkeer mijn fiets in het hok en loop doodzenuwachtig naar Kiro toe. ‘’Morgen.’’ Mompel ik. ‘’Goeie morgen.’’ Antwoord Kiro. Nou laat dat goede er maar af, den ik. Ik zeg niks, zoals gewoonlijk. En hij dus ook niet. De stilte irriteerde me. Ik wil dat we weer gewoon tegen elkaar kunnen praten. Zoals vroeger, zoals in het begin, en zoals voordat alles eindigde. Maar dat zeg ik natuurlijk niet. Gewoonweg omdat ik het niet durf. Het lijkt wel een half uur te duren voordat er iemand anders verschijnt. Strify komt het schoolplein opgewandeld. Onze ogen ontmoeten elkaar. Ik hoop dat hij normaal doet, niks geks uit gaat halen. Niet nu. Niet waar Kiro bij is. Stiekem voelt het als iets doen wat niet hoort. Ook al is er niks mis. Het is afgelopen, over en uit. Niks meer aan te doen. Of toch? Ik probeer er niet weer opnieuw aan te beginnen. Snel probeer ik de gedachtes in een hoekje te proppen. Strify gaat naast me staan. Zegt goedemorgen. Meer ook niet. Niet echt bevorderend voor een goed gesprek. Gelukkig komen al snel de andere aan. Die net op tijd zijn. De eerste les, Wiskunde. Helaas een les naast Kiro. Strify zit achter me. Hij propt een briefje in mijn handen. ‘’Ik weet wat je denkt. Doe het, leer opnieuw te beginnen.’’ Het papiertje lijkt iets magisch te hebben. Het laat een knopje in me omzetten. Kiro zit zoals altijd aan het uiterste puntje van zijn tafel, net zoals ik. Ik schuif mijn stoel naar het midden. Raap met veel moeite de moed bij elkaar. ‘’Kiro..’’ Stamel ik. Hij kijkt me aan. Wat alles alleen maar nog moeilijker maakt. ‘’Ik vind dat het genoeg geweest is zo. Dat we weer gewoon met elkaar moeten omgaan. Zoals vroeger… ‘’Zeg ik zachtjes. En dat vind ik ook echt. Ook al wil ik er liever niet aan beginnen. Niks wat we ook samen zullen doen zal zonder herinneringen gaan. Wat alles niet makkelijk zal maken. Maar Strify heeft gelijk. Het kan niet eeuwig duren. ‘’Je hebt gelijk…’’ Zucht Kiro. ‘’Het is ook mijn fout, sorry.’’ Voor ik het weet heeft hij zijn armen om mij heen geslagen. Twijfelend knuffel ik hem terug. Het heeft zo veel anders. Meer afstandelijk dan vriendschappelijk. Te veel herinneringen. Ik ben dankbaar als de bel gaat.
Strify komt naast me lopen. ‘’Zie je wel dat je het kunt!’’ Ik zeg niks. Een beetje geïrriteerd door zijn geleuter. Hij heeft ook totaal geen geduld ofzo. Ziet hij überhaupt wel hoe veel moeite het me kost? De steun die Kiro mij altijd boot mis ik bij Strify. Blijkbaar ziet hij aan me dat ik geïrriteerd ben en laat me de rest van de dag met rust.
Dinsdag, een vrije middag. Strify sleept mij mee naar zijn huis. Een groot en lux vrijstaand huis. We ploffen in de tuin neer. In het gras. Het is mooi lenteweer. De tuin is prachtig. Ik kijk naar Strify, naar hoe hij daar in het gras zit. Zijn soepele en sexy lijf, de zelfverzekerdheid die hij uitstraalt, zijn haren die wapperen in de wind. Zijn vertoning doet vlindertjes opvliegen in mijn buik. Tegen mijn zin. Ik probeer me tegen Strify te verzetten, wat me niet lukt. Hij is gewoon leuk. Te leuk om te kunnen weerstaan. Zoals het zonnetje zijn haren doet glanzen, is gewoon prachtig. Hij heeft gewoon iets magisch. Waarom heb ik dat nog nooit eerder gezien? Dan kijkt hij opzij en kijkt me aan. Ik verzuip letterlijk in zijn blauwe ogen. Prachtige ogen. Mijn gedachten worden in tweeën gesplitst. De ene wil zich verzetten, de ander weet dat het toch geen zin heeft en weet gewoon dat hij megasexy is. De tweede neemt de overhand. Maar de eerste laat me zeker niet met rust. Ik wordt er zelf nogal gek van. Ik wil er zo graag van af. Net zo graag als dat ik wil dat Kiro bij me terug komt. Strify pakt mijn hand en hijst me overeind. Samen wandelen we door de tuin. Mijn ogen worden telkens weer naar hem toe getrokken. Water loopt me haast in de mond. Waarom heb ik dit niet eerder gehad? Ik heb hem altijd al heel knap gevonden. Maar zo? Nee. Dingen blijven me verbazen. We zeggen beiden niks. Ik geniet van het moment.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.