Hoofdcategorieėn
Home » Twilight » Soulmates with a lost soul - Jacob Black. » Proloog.
Soulmates with a lost soul - Jacob Black.
Proloog.
Het was simpelweg roekeloos en stom om dit te doen. Volgens mij was dat juist zijn overtuiging om het te doen, of we onze nek nu gingen breken of niet.
“Je hoeft dit niet te doen”¯, zei hij met een grijns. Volgens mij zag hij het gewoon in mijn ogen dat ik niet durfde. Het was dan ook typisch dat op het moment zelf de angsthaas in me naar boven kwam. Maar dan nog: ik was nu zo dichtbij, dat ik bijna niet meer kon weglopen. Het zou laf van me zijn. Lucia’s regel nummer twee was niet op haar vader te lijken. Dus ging ze dat ook niet doen.
“Nee, dit wil ik.”¯ Mijn woorden hadden zo bekropen geklonken. Hij grinnikte en kroop terug uit het raam, om me op te helpen. Ik was nog steeds verbaasd over hoe hij door die kleine opening geklommen was. Misschien was had hij wel als kind veel geturnd of misschien was Billy een danskampioen voor hij in zijn rolstoel belandde . In dat geval zou het gewoon in de genen zitten. Hoewel ik Billy niet echt in een strak pak met zijn heupen zag schudden.
“Je kan nu nog steeds terug.”¯ Hij had zijn lippen expres dicht aan mijn oren gebracht toen hij zijn woorden fluisterde. Hij wist goed genoeg dat ik op die manier niet kon weigeren. Het was hetzelfde principe als op het zomerfeest: ik had het lef niet om te weigeren. Of misschien wou ik helemaal niet weigeren. Ik schudde de gedachte van me af.
“Nee, ik ga nu niet terug.”¯ Hij haalde zijn schouders op en nam mijn hand vast. Ik greep met mijn andere hand zijn arm nog steviger vast toen hij me toe de lucht in trok. “Jacob!”¯ piepte ik angstig. Hoe kon hij in godsnaam mijn volle achtenvijftig kilogram zo, opeens, optillen? En dan nog met één arm!
“Is er wat?”¯ Zijn gezicht had de vriendelijke plooi van zijn glimlach even kwijt. Hij moest bukken om me in de ogen te kijken. Pas op dat moment had ik door dat ik nog steeds in zijn arm aan het knijpen was.
“Niets. Er is niets”¯, mompelde ik. Zo snel als ik kon liet ik zijn arm los. De blos op mijn wangen voelde ik al van toen ik hem zag met de seconde erger worden, maar nu had ik het niveau van een tomaat bereikt.
“Heb je hoogtevrees?”¯ Hij keek naar beneden. Ik kende hem misschien nog maar een aantal weken, maar ik wist dat hij dacht dat de hoogte niet zo veel verschilde.
“Neen”¯, zei ik met een duidelijke klank, “Ik vond het gewoon vreemd dat je me zomaar kon optillen.”¯ Hij grijnsde weer en schudde terwijl zijn hoofd. Ik wist waar hij naartoe wou gaan. En ik wist dat ik het niet leuk zou vinden.
Hoewel ik Billy niet echt in een strak pak met zijn heupen zag schudden.
Hahaha, ik wel hoor