Hoofdcategorieën
Home » 30 Seconds to mars » We've found what we need. » Chapter 21:
We've found what we need.
Chapter 21:
Zoé:
Daar, zo'n 20 meter verder zag ik hem lopen. Ik stond versteend stil. Hij was leuker dan ooit.. Maar hij had ook iets sombers, de wallen onder zijn ogen, zijn warrige haar, zijn kleding dat hij nu anders droeg. Eerst was het nog normaal in controle warrig maar nu was het een grote warboel. Ik snapte het niet. Hoe kon hij zo snel veranderen? Nou aan mij moest je het niet vragen mijn antwoord zou zijn geweest: daarom... Ik moet toegeven ik zie er ookal niet zo best uit.. Mijn haar zit warrig alsof het maar heel snel gekamt is, mijn kleren gewoon en mijn make-up was uitgelopen van het huilen. Ik had gehuild terwijl ik door de straten liep. En juist nu dat ik op mijn slechts eruit zie kom ik hem tegen.. Het maakt mij niet uit.... Ik voelde nog net een traan wegglippen en mijn natte wimpers voelde zwaar aan. Mijn hart sloeg een hartslag over en ging toen verder met een denderend galop. Mijn hart ging zo snel, zo hij het niet opgeven? Dat zou niet kunnen, niet nu Shannon voor me staat. Maar als hij weg gaat zou mijn hart stoppen met pompen en bonken maar vooral.. Als de doktors mij onderzochten naar een doodsoorzaak zouden ze een gebroken hart vinden.. Daar stond ik, versteend, aan de grond genageld.. Daar stond hij.. Zo graag wou ik naar hem toe rennen en in zijn armen duiken.. Maar ik kon het niet. Het had een maand geduurd voordat ik hem weer kon zien.. Misschien dacht hij wel anders over mij.. Vond hij mij maar vervelend.. Waarom bleef hij staan? -Daarom... Nu deed het antwoord mij pijn, zo simpel.. Net zo simpel hoe hij en ik bleven staan... Een minuut werd een uur, zo het gestaan ooit ophouden? Zou de tranen die uit mijn ogen kwamen van blijdschap ooit op houden?
Sarah:
Ik ga Roel snel een knuffel, ik had gezegd dat ik de stad ging verkennen, en dat het alleenmaar saai voor hem zou worden dan. Ik voelde me licht als een veertje toen ik door de straten liep, ik kon de wereld weer aan. Ik was wat aan de late kant, dat was nou eenmaal een eigenschap van mij.
Bij iedere stap ging ik meer zweefen. Daar stond hij al op mij te wachten, ik kon hem duidenlijk herkennen met zijn zwart leren vestje. Hij zag mij nu ook. We liepen lachend op elkaar af, ik wou een ding; mij in zijn armen laten vallen. ik had hem zo erg gemist, dat ik niet wist hoe het kwam dat ik er nog steeds was. Niet opgenomen in een kliniek of iets soort gelijks.
Ik voelde hoe zijn warmen armen mij omhelste, het duurde uren voor mijn gevoel. Lachend keek ik hem aan, waar zou hij heen willen gaan? Hij keek me aan, zijn ogen stonden nu niet meer vrolijk. "Wat zou je vriend hier dan van zeggen?" ik keek hem aan, verward.
Reacties:
WHHHIIIII!! hey! ik krijg geen meldingen meer! en ik lees het zo graag
Mag ik dit keer terug een melding als je verder gaat?
ik... zou jared opeten.