Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Tokio Hotel » Speechless [3-shot] » 2.

Speechless [3-shot]

2 mei 2010 - 19:35

933

8

501



2.

Bill sliep. In Andreas’ bed. Zijn bovenlijf was ontbloot, het deken lag halverwege zijn benen tot een bolletje gepropt, zijn haren bedekten zijn hoofd. Zijn borst ging zachtjes op en neer.
Andreas zat aan het voeteinde en keek naar de inktletters die over de bleke huid dansten. Het was fascinerend om te zien, ook al had hij die tattoo al zo vaak gezien.
Bills hoofd ging omhoog, het monotone geadem werd onderbroken door een langgerekte geeuw. Hij wreef en krabde in zijn haar en rekte zich toen uit. Hij draaide zich om, zodat hij gewoon kon gaan zitten, en zag toen dat Andreas ook al wakker was.
‘Goedemorgen.’ geeuwde hij.
Andreas knikte kort en stond toen recht. ‘Ik ga douchen.’ meldde hij en glipte toen de kamer uit. Uit de zak van zijn pyjamabroek haalde hij zijn Samsung. Waarom wist hij niet, maar hij had het al vaker gedaan de afgelopen dagen. Steeds opnieuw, met hetzelfde ongeloof. En nu was het erger. Hij had Bill gezien. En hij was wel degelijk anders. Hij kon het wel degelijk menen.
Vroeger kon dat niet. Zou hij zoiets zeggen, nee, dan zou niemand hem geloven. Het was bestevriendenBillenAndreas, en niets anders.
Nu… Tsja, nu was niets meer zeker. Alles was raadselachtig en vaag, en alle zekerheden waren met dat sms’je, bestaande uit maar vier woorden, overboord gegooid. Vier woorden; simpele, makkelijke woorden. Van. Ik. Hou. Jou. Maar dan in een andere volgorde. Geen smileys, geen punt of uitroepteken of komma, geen groetjes of kusje. Nee, niets. Gewoon. Ik hou van jou.
Het water kletterde op de grond, haalde hem uit gedachten. Hij glimlachte, ofschoon er geen reden toe was. Zijn situatie was benard, benauwend, ansgtopwekkend, en onder elke omstandigheid iets waarvan men niet dacht dat het hen overkomen kon. Hoe vaak werd er niet gedacht: ‘Dat kan mij niet overkomen.’ En hoe vaak gebeurde het dan net wél?
Andreas zeepte zijn lichaam en haar in, zichzelf voorhoudend dat het wel beter zou gaan. Maar was dat wel zo? Zou het wel beter gaan? Zou dat überhaupt kunnen? Met dit gegeven? Het leek hem onmogelijk.
Toen de laatste zeepresten door het putje wegspoelden, duwde hij de deuren open. Bill zat daar. Daar waar hij niet mocht zitten. Hij mocht overal zitten, behalve in de badkamer. Nee. Daar mocht hij ook zitten. Maar niet als Andreas douchte. Dan mocht het niet.
Andreas deed snel een handdoek om zich heen.
‘Sorry, ik moest naar de wc.’ fluisterde Bill. Hij kruiste zijn benen, trommelde met zijn lange nagels op de rand van de badkuip. Hij glimlachte. Dat deed hij al sinds de dag ervoor. Sinds hij Andreas omhelsd had.
Maar was hij gelukkig? Glimlachte hij om de juiste reden? Want, zo slim als Bill was, wist hij vast dat dit niet kon. Dat hij niet mócht. Dat alleen er aan denken al verkeerd was. En dat het nooit zou zijn.
‘Tot hoe laat blijf je?’ vroeg Andreas, terwijl hij zijn kamer in liep. Bill volgde hem. In zijn schaduw, nauwkeurig elke beweging in de gaten houdend.
‘Mijn trein komt om tien uur vanavond.’
Andreas knikte. Trok een willekeurig T-shirt uit de kast. Trok het over zijn hoofd. Trok zich veel te veel aan van de blikken van Bill, die brandden in zijn rug.
Bill drukte de radio aan. Er kwam een liedje uit. Bill kende het niet. Andreas kende het niet. Niemand kende het. Maar het was dan ook onbelangrijk. Muziek was onbelangrijk, zolang Bill bij Andreas was. Want ze waren te gespannen om het te horen. Te horen wat er verteld werd.
‘Goed, dan zullen we zo maar eens gaan eten.’ stelde Andreas voor. Onhandig trok hij een boxer aan. Balancerend op één been, want hij wilde zijn handdoek niet loslaten, niet zolang Bill in dezelfde kamer was.
Het was raar. Zo vaak hadden ze elkaar naakt gezien. Samen in bad. Samen in de douche. Samen uitgekleed en weer aangekleed worden. Maar toen waren ze klein. En toen was er nog niet meer dan wat er nu wel was. Toen was er vriendschap, en niet meer of minder. Nu was er meer dan vriendschap, heel wat meer.
Even klungelig deed hij een broek aan. De handdoek plofte op de grond, stof waaide op en deed Bill niezen. Gezondheid, wou Andreas zeggen, maar er kwam niets uit zijn keel. Hij pakte gewoon Bills hand en trok hem mee, zonder nog iets te zeggen.
Bills hand voelde warm, vertrouwd en perfect. Maar dat mocht hij niet vinden. Hij mocht niets perfect vinden aan Bill. Want hoe meer hij perfect vond, hoe perfecter Bill zou worden. En dat was hij niet. Zeker niet door wat hij dacht, voelde en wou.
Dagen, weken, maanden, jaren. Altijd maar opnieuw. Bill Kaulitz Homo? had vaak genoeg in een tijdschrift gestaan. En altijd waren het maar vermoedens. Iedereen maar ontkennen. Want het mocht niet, en het zou niet. Meisjes aanbidden hem, hij kon dus geen homo zijn. Dat zou de verkoopscijfers drastisch doen dalen.
Maar hij was ook maar een mens. Hij mocht toch zelf kiezen? Maar waarom dan op hem? Waarom op zijn beste vriend? Hield hij van moeilijk? Wou hij het soms extra moeilijk voor zichzelf maken?
‘Waar denk je aan?’ vroeg Bill. Ze stonden in de keuken, in het midden, vlak naast het aanrecht.
Aan jou, wilde Andreas zeggen. Maar hij zei ‘Niets’ en daarmee sloot hij het onderwerp. Eten. En dan nog een halve dag overleven. Zou dat moeilijk gaan?
Ze aten cornflakes. Niet omdat dat makkelijk was om op te ruimen. Niet omdat dat makkelijk was om klaar te maken. Maar omdat ze dat vroeger altijd aten, voor Bill beroemd werd. En voor Bill verliefd werd. Toen alles nog helemaal normaal was. Lang, heel lang geleden.


Reacties:

1 2

Lisaa
Lisaa zei op 7 mei 2010 - 18:33:
Mooi<3
x


TomxObsessie
TomxObsessie zei op 4 mei 2010 - 14:29:
man, je bent geweldig ! Je schrijfstijl, daar zijn geen woorden voor ! x


Bodine
Bodine zei op 3 mei 2010 - 19:17:
Ik vind het mooi <3


xNadezhda zei op 3 mei 2010 - 12:35:
Kay, ik meen het serieus. Dit is wél zo goed, zoals ik je in het eerste hoofdstuk op mijn eigen vage manier probeerde uitleggen. [/kromme zin]

Wat Arii zegt, over die korte zinnen - dat is helemaal waar. Ze laten je meer inleven, omdat gedachten in werkelijkheid vaak niet van die hele lange, uitgebreide, vol-beschrijvingen-zinnen zijn, maar juist korte stukjes, van de hak op de tak vol emotie. Hier, bijvoorbeeld:
‘Waar denk je aan?’ vroeg Bill. Ze stonden in de keuken, in het midden, vlak naast het aanrecht.
Aan jou, wilde Andreas zeggen.
Dit is op het oog zo'n normale handeling, maar door die korte zinnen ligt er plotseling een hele emotionele lading achter. Het is misschien raar, maar ik kreeg hierbij dus echt een enorm brok in mijn keel.

Stiekem vind ik het jammer dat dit maar een 3-shot is, want het is werkelijk waar prachtig. En ik denk dat ik nu wel durf te zeggen, je beste werk tot nu toe.
Tot nu toe, omdat ik zeker en vast geloof dat je ooit nog eens de Nobelprijs voor Literatuur gaat winnen. <3



YarahartBill
YarahartBill zei op 3 mei 2010 - 1:15:
geen woorden voor!

Snel verder!
Laat het me weten!