Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » Schrijfwedstrijden » De 17e eeuw

Schrijfwedstrijden

15 mei 2010 - 19:50

1022

3

606



De 17e eeuw

C.R.A.P.

Het was als een schilderij. Een jonge dame in het midden gezet, daarachter in de linkerhoek de zon en helemaal aan de andere kant een duister boerderijtje. In een driehoekscompositie stond alles in harmonie.
De vrouw stond met haar zijde naar ons gericht; ze had haar arm rustig hangen en haar ogen ook onze kant opkijken. De zon zorgde dat haar contouren vanuit haar kant goudgekleurd waren, de andere kant van het boerenkind haar lichaam werd verzwolgen door het kleine restje nacht die nog in de lucht hing.
Ze was gekleed in zware stoffen. Iemand uit haar stand had geen geld voor het lichtzijde of linnen. Haar kleding was somber van kleur; de rok was donkerbruin, maar was slecht te zien door haar donkerblauwe schort die om haar middel was gebonden. Ze had ook nog een dik, zwart overhemd en een wit hoofddekseltje die haar opgestoken haren deels verborg, er was alleen een scheiding te zien die in het midden was gemaakt.
Aan haar gezicht was te zien dat ze uit een echt boers leven kwam; vroeg opstaan, hardwerken en niet klagen. Haar huid zag er stug uit, zelfs nog een beetje vuil, er werd niet gedaan aan witte loodpoeder om de huid een uitstraling te geven die de hogere klassen bezaten, haar huid liet juist zien dat ze uren op het veld stond om groenten te plukken onder de straffende zon.
Een kleine blik op het boerenhuisje die rechts achter haar stond. Eén enkel licht brandde door een raam. De schoorsteen spuwde donker rook uit die de hemel niet in haar ochtendkleuren wilde laten veranderen. Een haard die aan werd gestoken vertelde dat de dag weer was begonnen.
Een schuur werd pas herkenbaar wanneer het werd opengeschoven en zijn zwakke licht vanbinnen naar buiten vloeiden. Iemand bevond zich onder het houten dak. Koeien voeren, mest scheppen, misschien strobalen verplaatsten? Het schaduwspel in het vage licht wekte nieuwsgierigheid op.
Oplettend werd er naar binnengegluurd. De olielamp die voor het licht zorgde stond op een enkele strobaal geplaatst. Het werd omringd door meerdere balen. Er liep een haan rond die zijn melding van de nieuwe dag had gedaan. Een hooivork stond nog tegen een houtenbalk gezet die deels voor de ondersteuning zorgde voor de schuur. Voor de rest was er niets gezien voor het onbevoegde oog, het was angstaanjagend.
Een plotse en erg harde kreet trok de aandacht. De niet eerder opgevallen bloten voeten waren spartelende achter een strobaal vandaan te zien. Hakken ramden op zijn ondergrond, tenen krulden. Ze beeldden precies uit wat er geschreeuwd werd; angst, pijn, wanhoop.
Was het waard om te kijken wat er achter die balen verschool, waarom er een vrouw zo hard schreeuwde?
Een mens is een nieuwsgierig, en dat zal altijd zo blijven. Wat moest er anders gedaan worden, weglopen? Nee, er werden stappen dichterbij gezet, een klein beetje, zodat er om al dat stro heen gekeken kon worden.
Het schouwspel was verwarrend. Een vrouw, klaarblijkelijk de eigenaar van de hoge angstkreten, lang naakt op de grond van stro. Haar zware kledij was weggeworpen, zelfs haar witte hoedje was van haard hoofd getrokken, haar kapsel was uitgezakt, hier en daar spriette er plukken uit.
Er was ook een man. Hij had zich tussen haar benen gewurmd. Zweet glansden bij zijn nekhaar, zijn gespierde schouders waren ook bedekt met zweet. Hij had een spijkeren tuinbroek aan, een overhemd was niet nodig. De man had niets door. Hij moest dit klaren, en snel.
De pastoor was er ook, te herkennen aan zijn zwarte klederdracht met witte boord en een zwart keppeltje op zijn achterhoofd. De oude man had de Bijbel op zijn hart gedrukt, in zijn vrije hand had hij nog een kruis vast die krachtig werd vastgehouden. Murmelende gebeden rolden over zijn tong. Hij had zijn ogen stevig dichtgeknepen, zelfs bij hem stond het zweet op zijn voorhoofd van alle harde inspanning.
Bloed begon hevig te vloeien. Waar het vandaan kwam was moeilijk te zeggen. De melkkleurige buik van de jonge vrouw zat onder de rode vegen, de boerenhanden van de man waren ook gekleurd, zelfs zijn voorhoofd zat onder door het zweet wegwrijven.
De vrouw leek bezeten. Kermend bleef ze spartellen, vloeken en krijsen, maar niets hielp. Het koude lemmet bleef in haar huid snijden. Het stukje huid - wat iedere vrouw in onreine en duivelse wezens veranderden - werd met geweld eruit gesneden. Het mes sneed zich verder een weg naar beneden, alles moest verdwijnen, voordat het te laat was.
Het rode gereedschap werd op een strobaal neergelegd, naast het ongewilde vlees van de vrouw. Diezelfde vrouw baadde in haar eigen zweet, haar ogen rolden continu weg en wist door de afschuwelijke pijn geen verschil meer tussen werkelijkheid en realiteit.
Maar de realiteit trok weer aan haar zoals het dikke visserdraad aan haar huid trok. Met een hete haaknaald vlocht hij zich een weg naar het midden. Hij herhaalde dit nog een keer met de andere kant en liet dan een klein gaatje over. Een schaar verbrak het contact tussen de huid en naald en legde die bij het mes.
Bloedend werd de nog zo jonge vrouw achtergelaten. De pastoor had zijn gebeden afgesloten met ‘in de heilige geest, amen.’ en liep zwijgzaam de boer achterna.
Met alleen nog de olielamp die bijna uitgebrand was, lag de vrouw daar nog. Haar kracht was letterlijk ontnomen. Bibberend en huilend liet ze zich overnemen door de zoemende pijn in haar lichaam. Het brandde als helvuur.

Het schilderachtige landschap was veranderd. De dagster was inmiddels haar cyclus weer aan het afbreken. Het boerderijtje werd overgoten in zonlicht, maar het meisje - dat nog steeds centraal stond - werd geteisterd door de schaduw. Haar blik was kil en de zwarte contouren verharden dit alleen maar meer. Ze stond nog steeds in dezelfde houding; haar zijde naar ons gericht en haar ogen staarden door ons heen.
Voorzichtig werd er naar beneden gekeken. Ze had haar zelfde kloffie aan, maar dit keer was haar witte schort besmeurd met een grote, donkerbruine vlek tussen haar benen. En wanneer er nog iets meer naar beneden werd gekeken, waren er rode sporen op haar witte enkels te vinden, haar voeten stonden in haar eigen plas bloed.


Reacties:


MoonRocker zei op 19 mei 2010 - 19:56:
Ik dacht dat Dorien overdreef toen ze zei dat ze misselijk was.
Maar eerlijk gezegd voel ik mijn eten nu ook naar boven komen.
Echt man, ik kreeg hier de rillingen van.
-en ik weet eigenlijk niet waarom ik het nu pas lees-
In ieder geval goed geshockeerd.

xoxo <3


CosmicPurple
CosmicPurple zei op 15 mei 2010 - 20:07:
Oh God.
Nu ben ik misselijk.


Kayley
Kayley zei op 15 mei 2010 - 19:59:
O.O
Niet zo afschrikwekkend als die van Mak, maar alsnog veel te gruwelijk voor mijn inbeeldingsvermogen.
En ik vraag me af waarom en wat vlees ze hebben weggesneden. (Ik ben traag van begrip, sorry )