Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Harry Potter » Unexpected Friendship » 11. Ashamed

Unexpected Friendship

20 mei 2010 - 22:13

993

1

480



11. Ashamed

Dit hoofdstuk heb ik (Leona/SusieSimon) geschreven. Het volgende wordt door Mateusz (Teysz) geschreven

Leona’s P.O.V.

De trein begon langzamer te rijden en ik schoot woedend overeind om Yvonne een klap in haar gezicht te geven. Ze keek even verbaasd en sloeg toen terug. Hard. Tranen begonnen zich in mijn ogen te vormen en ik voelde hoe Fred me bij mijn arm greep en me terug op mijn plaats trok waar hij me nog wat steviger vast greep.
“Waarom vechten jullie?”¯ Vroeg Percy half verbaasd, half in paniek. Het was toch overduidelijk waarom we aan het vechten waren? Jongens!
“Ze zei ‘God! het is toch overduidelijk dat jullie elkaar leuk vinden?! Sukkels.’ Alleen omdat ik tegen Fred aan lag.”¯ Zo gauw ik uitgepraat was greep ik naar mijn buik, waar Yvonne’s vuist me had geraakt. Fred stond op en trok me met hem mee de coupé uit, waarna we zwijgend door de trein liepen. O nee. Nu zou hij nooit meer met me praten! Die gedachte zorgde er voor dat de tranen nu echt over mijn wangen begonnen te stromen. Plots stond hij stil en draaide me zo dat ik hem aan kon kijken.
“Hé, is alles goed?”¯ Ik schudde mijn hoofd en begon nog harder te huilen. Ik leek net een klein kind.
“Leona, alles goed?”¯ Het was Monika. Ik wilde haar niet ongerust maken, dus zei ik:
“Ja, alles is prima. Maar ik heb nog een beetje pijn.”¯
“Ja, Leona en Yvonne hadden ruzie. Ik snap echt niet waarom jij haar begon te slaan. Het was alleen maar een grapje.”¯ Alleen maar en grapje? Mooi niet. Ik wist zeker dat die Yvonne me heel wat moeilijkheden zou bezorgen dat jaar. Ik had mijn mond open gedaan om wat terug te zeggen, maar bedacht me en klapte hem weer dicht. Ik begon weg te lopen en Fred volgde me, hij was waarschijnlijk bang dat ik Yvonne weer aan zou vallen als ik haar zag.

Ik liep snel, ik wist niet waarom, maar ik probeerde Fred kwijt te raken. Ik hoorde of zag hem niet meer, dus begon ik langzamer te lopen, om op adem te komen. Mijn moment van rust was maar kort. Ik voelde een hand zich om mijn pols sluiten en ik werd met een ruk de schaduw in getrokken.
“Waarom probeer je me nou kwijt te raken?”¯ Hij klonk gekwetst. Ik wilde antwoorden dat ik dat niet probeerde, maar ik kreeg de woorden er niet uit. In plaats daarvan begon ik weer te huilen. Dit was niet te geloven! Ik huilde nooit veel, maar nu kon ik er niet meer ophouden. Hij aarzelde even en trok me naar zich toe, waarna hij zachtjes op mijn rug klopte. Na een tijdje hield ik op met huilen.
“Dank je.”¯ Hij haalde zijn schouders op.
“Zo troost ik Ginny ook altijd.”¯ Ik maakte een klein geluidje. Fijn, ik werd met zijn kleine zusje vergeleken. Ik rolde met mijn ogen en begon naar een grote man te lopen, van wie ik vermoedde dat het Hagrid was. We volgden hem naar de bootjes en Fred en ik namen plaats in het bootje naast dat van Monika, George en nog een paar anderen. Na een tijdje merkten we dat in het bootje naast ons werd geruzied en er klonken vlak na elkaar twee luide plonzen. We draaiden ons om, om te zien dat Monika in het water lag en dat George achter haar aan was gesprongen. George kwam proestend weer boven en we hielpen hem om Monika aan boord van ons bootje te hijsen, waar Fred haar ademhaling controleerde, terwijl ik George aan boord hielp. Ik George naar zijn toverstok grijpen en trok hem snel uit zijn handen. Hij keek me even boos aan en boog zich daarna snel over Monika heen, Fred aan de kant duwend. Zo gauw de bootjes aan de kant stopten, tilde George Monika op en begon met haar naar de ziekenzaal te lopen. Fred keek me aan.
“Ga Carlo halen.”¯ Ik knikte. Ik wist wie hij bedoelde. Carlo Kannewasser woonde bij ons in de buurt en was een begaafde tovenaar. Ik draaide me om en rende terug naar de bootjes.
“Carlo!”¯ Hij keek op om te zien wie hem riep.
“Hé, jij bent die nieuwe heks uit mijn buurt, toch?”¯ Ik knikte en legde zo snel als ik kon de situatie uit, waarna we zo snel als we konden naar de ziekenzaal renden.

“Gaat alles goed met haar?”¯ Vroeg Carlo op het moment dat hij de ziekenzaal binnenstormde. “Wat mankeert haar, ik kan het wel beter maken.”¯ George gaf hem antwoord en ik zag dat Carlo zijn toverstok tevoorschijn haalde en hoorde hem een aantal spreuken mompelen. Na Monika beterschap gewenst te hebben, liep hij weer weg. Ik stond nog steeds bij de deur en durfde niet dichterbij te komen. Ik schaamde me nog steeds voor wat ik in de trein had gedaan. Normaal gebruik ik geen geweld, maar dat vervelende kind had een zwakke plek geraakt. Er kwam een oudere vrouw aanlopen. Na Monika’s toestand te hebben bekeken begon ze ons naar de grote zaal te jagen. Zo snel als ik kon draaide ik me om, klaar om naar de grote zaal te rennen. Er was alleen één probleempje. Welke kant moest ik op? Op dat moment renden George en Monika me voorbij. Fred kwam vlak achter ze aan en greep mijn hand. Ik probeerde hem bij te houden, wat niet makkelijk was, aangezien hij een stuk langer dan mij was. Hij paste zijn tempo een beetje aan en samen renden we door de gangen.
“George! De vechtende trollen!”¯ Ik snapte er niks van en Monika volgens mij ook niet. Tot we bij een wandtapijt met vechtende bostrollen aankwamen. George duwde het wandtapijt opzij en liet Fred, Monika en mij voor gaan. Achter het wandtapijt bevond zich een soort glijbaan. Ik kwam aan het einde van de glijbaan vrij hard op mijn achterwerk terecht en Fred hielp me snel overeind, zodat ik niet geplet zou worden door George. We renden door en stormden met z’n vieren de grote zaal in.


Reacties:


realMe
realMe zei op 20 mei 2010 - 16:14:
oh
ook snel verder voor hier
wil weten wat er gebeurt in de grote zaal