Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Nena » The Story of a Dying Angel » 18. Sweet dreams Simeon

The Story of a Dying Angel

30 sep 2008 - 22:32

1969

0

433



18. Sweet dreams Simeon

Tegen de tijd dat ik bij Sakias en Larissa kom die onder stonden te wachten zijn mijn tranen alweer opgedroogd. ‘Klaar om te gaan?’ Vraagt Larissa dan vrolijk. Ik knik en met zijn drieen lopen we naar ‘huize Kerner’.. Ik heb wel medelijden met Bill. Het deed gewoon zo’n pijn hem zo to horen huilen. Die allerliefste Bill. Dit had hij niet verdient!

We staan voor de deur van het grote witte huis en Simeon opent de deur. Hij begroet ons vrolijk maar als hij mij ziet valt hij stil. Hij zegt niets.. maar kijkt me alleen verdrietig aan. Dan loopt hij ineens weg en vragend kijk ik Larissa en Sakias aan die hun schouders ophalen en naar binnen lopen. ‘Dag dames en heer’ Hoor ik een vriendelijke o zo vertrouwde stem zeggen. ‘Dag mama..’ Mompelt de tweeling in koor terwijl ze de woonkamer in lopen. Ik blijf halverwege die gang staan en ik kijk naar de trap. Simeon zit halverwege de trap.. te huilen. Ik kijk even naar de keuken deur en ik zie hoe Larissa en Sakias al aan de keukentafel zitten. Als ik denk dat er verder niemand is buiten Simeon en mij loop ik langzaam de trap op en ga ik langs hem zitten.

Zachtjes fluister ik:’Waarom huil je Simeon..’ Hij tilt zijn hoofdje op en kijkt me met zijn waterige oogjes aan. ‘Je mag niet weg.. Je mag niet.. en hij laat zich snikkend op mijn hoofd vallen. Even aai ik hem over zijn kruin en moet ik mijn best doen zelf ook niet te gaan huilen. ‘Maar Sim.. luister is. Ik ben nooit weggeweest.. ik zal ook nooit meer gaan.’ Hij tilt zijn hoofd op en kijkt me verdrietig aan. ‘Geloof me nu maar..’ En ik druk hem een kus op zijn wang. Even blijft hij me aankijken en dan staat hij op. Hij veegt zijn tranen weg en loopt verder de trap op zonder nog iets te zeggen. Hij gaat even wat ruimte opzoeken, om even tot zichzelf te komen.

En als ik door de trapspijlen naar beneden kijk schrik ik me te pletter. Ik zie Nena in de hoek van de gang staan. Waar ze waarschijnlijk al die tijd al stond. Dus ze had alles gehoord! Jezus.. hoe kan deze dag nog ondraagzamer worden! Ik loop de trap af en zonder haar verder aan te kijken passeer ik haar richting de keuken. Larissa en Sakias eten beide wat fruit en vragen of ik ook wilt. Ik schud even mijn hoofd en ga tegen over ze zitten terwijl ik met wat noten begint te spelen die op de notenschaal liggen. ‘Dus.. vertel is.. was het gezellig’ Hoor ik Nena vragen terwijl ze met een hand over mijn schouder strijkt. Als reflex trekt ik geschrokken mijn schouder een stukje terug waarop zij mijn schouder weer iets steviger vastpakt. Ik draai me voorzichtig om en ik kijk haar voor het eerst sinds ik binnen ben echt langdurig in haar ogen. ‘Alles wel oké lieverd?’ Mompelt ze dan terwijl ze me bezorgd aankijkt. Ik schud zachtjes mijn hoofd. ‘Niet echt..’ Fluister ik zodat alleen Nena het hoort.

Weet je wat? Wij twee gaan samen het vuur aanmaken en dan gaan Sakias en Larissa het deeg maken voor de broodjes en dan gaan we zelf broodjes bakken..’ Ik haal mijn schouders op. ‘Ik vind het goed.’ ‘Nou.. mooi zo!’ En Nena pakt mijn hand vast en trekt me mee de tuin in. We passeren grote vijver met daarnaast de reusachtige eik. Daarachter ik een zwarte vlek op de grond te zien met wat nog smeulend brandhout. Daar om heen staan bankjes en stoeltjes gemaakt uit boomstronken en halve bomen.
Ik ga rustig op een boomstam zitten terwijl ik toekijk hoe Nena het hout versleept naar de juiste plek. Uiteindelijk heeft ze alles op de juiste plek en steekt ze het vuur aan met wat aanmaakblokjes en lucifers. Ze komt naast me zitten en kijkt me glimlachend aan. ‘Nou vertel is.. wat is er dan?’ En ze legt haar hand op mijn bovenbeen. Ik haal even mijn schouders op en ik kijk naar het vuur wat inmiddels steeds groter word. ‘Ik denk dat ik bang ben..’ Fluister ik zachtjes. ‘Waarvoor dan meisje. Je hoeft toch nergens bang voor te zijn?’ Ik kijk haar even verdrietig aan met de tranen in mijn ogen. ‘Hoe kun je me nu zeggen dat ik niet bang kan zijn voor de dood?’ Nena slikt even en kijkt me medelevend aan. Dan kijkt ze weer even naar het vuur. Ze lijkt na te denken.. over wat ze mij nu moet zeggen.
‘Dood wil niet altijd zeggen einde..’ Mompelt ze dan naar een tijdje. ‘Dood betekent ook het herboren worden, het opnieuw opbouwen.’ ‘Maar hoe moet ik nu weten dat er hier na nog iets komt.. misschien komt er wel helemaal niets meer.. gewoon helemaal niets.’ Nena kijkt me glimlachend aan. ‘Maar meisje toch.. Jij weet toch als geen ander dat er wel iets komt.. dat het niet zomaar niets is. En het is gewoon je angst die je doet geloven dat er niets meer is. Maar je laat je toch niet overmeesteren door je angst? Je angst is jou niet de baas. Jij bent jezelf de baas!’ Even blijf ik haar verstard aankijken. Daar heeft ze natuurlijk meer dan gelijk in, dat weet ik ook wel. Maar ik snap die loze seinen niet meer, wat weet ze wel.. wat weet ze niet?

Dan komen Simeon en Samuel naar buiten gelopen met houten pinnen, borden en een grote kom met deeg balletjes. ‘Hmm.. het avond eten.’ Mompelt Nena verheerlijkt terwijl ze in haar handen wrijft. Samuel komt rechts van ons zitten en Simeon gaat aan de andere kant van het vuur zitten. Op een veilige afstand. Het doet me ontzettend veel pijn om te zien dat hij nu al op deze manier afscheid van me neemt. Ik wil hem niet aandoen wat ik Bill aan heb moeten doen. Nena reigt ondertussen de deegballetjes aan de stokjes en geeft ieder er een. ‘Waar is papa eigenlijk?’ Hoor ik Simeon dan uit het niets vragen. ‘Die moet vanavond en morgen werken. Dat wist je toch lieverd?’ Hij valt weer stil en het vuur tussen ons flakkert af en toe zo op en neer dat ik hem even in zijn ogen kan kijken. Hij kijkt verslagen.. verdrietig.
Ondertussen zijn Sakias en Larissa er ook bij komen zitten en zijn we met zijn alleen de broodjes aan het bakken en iedereen kletst er gezellig op los. Behalve Simeon en ik. Larissa gaat even naast Simeon zitten. ‘Voel je, je wel goed?’ Hij kijkt zijn grotere zus aan en schud zachtjes zijn hoofd. ‘Heb je het koud?’ Hij knikt weer en ze geeft hem haar stokje en staat dan op. ‘Ben zo terug.’ Roept ze over haar schouders naar ons toe. Na een paar minuten komt ze terug gelopen met een fleecedeken en slaat ze het om de inmiddels bibberende Simeon heen. Het mag dan wel zomer zijn, maar ‘s avonds koelt het toch wel flink af. En het vuur geeft wel warmte af.. maar niet genoeg. Hij kijkt haar dankbaar aan en ze gaat weer naast hem zitten terwijl ze haar broodje weer aanneemt. Simeon laat zich tegen Larissa aanleunen en eet ondertussen langzaam het eigen gebakken broodje op.

‘Wat heb ik toch een pracht kinderen..’ Fluistert Nena zachtjes, zodat alleen ik het kan horen. ‘Inderdaad..’Mompel ik terwijl ik vertedert naar Larissa en Simeon kijk. En als ik recht van me kijk zie ik dat Samuel inmiddels ook al tegen zijn grote broer aanleunt. Het begint ook al steeds donkerder te worden.
Na nog een paar broodjes gegeten te hebben en van de rust genoten te hebben is het al donker geworden. Er zijn inmiddels ook al enkele uren verstreken naar mijn idee. Samuel en Simeon zijn al inslaap gevallen en het duurt niet lang voor Sakias besluit in zijn eigen bed te gaan slapen. ‘Ik breng Samuel wel naar bed’ Fluistert hij zachtjes terwijl hij zijn broertje optilt en naar binnen draagt. Larissa slaakt een geeuw. ‘Zullen wij zo ook maar vast gaan slapen?’ Ik gaap ook een keer en ik knik. Larissa wil Simeon optillen en ik gebaar haar dat ze even moet wachten. ‘Wacht maar.. Ik doe het wel.’ En ik sta op en loop om het vuur heen wat inmiddels bijna uit is. Ik til hem voorzichtig om en Larissa wikkelt het deken nog wat beter om hem heen. Nena staat ook op en samen lopen we naar binnen. Als we de trap op lopen zegt Larissa:’Zijn slaapkamer is..’ Maar Nena onderbreekt haar glimlachend terwijl ze alle lichten uitdoet behalve het kleine lampje in de gang. ‘Dat weet ze al lieverd..’

Ik loop de trap op en ik heb geen idee waar ze het over heeft. Ik weet helemaal niet welke slaapkamer van Simeon is. Maar voor ik me verder nog iets kan beseffen sta ik al in zijn slaapkamer en leg ik hem al voorzichtig in zijn bedje. Zijn schoentjes trek ik uit en het deken leg ik over hem heen. Ik weet dat hij boos en teleurgesteld is.. en dat hij niet wil luisteren. Maar ooit heb ik ergens gelezen dat mensen í¡ltijd luisteren als ze slapen. Voorzichtig kniel ik neer langs het bed en strijk ik zijn blonde haartjes uit zijn gezichtje.
‘Dag lieve Simeon, zul je een beetje op iedereen passen?’ Ik blijf even stil.. maar ik besef me al snel genoeg dat hij toch niet antwoord, want hij slaapt. Ik snap ook niet hoe ik die onzin kon geloven.
En net als ik op wil staan fluistert hij zachtjes:’Ich will nicht das du gehst..’ Er rolt een traan over mijn wang. ‘Het spijt me .. Maar ik ben niet weg.. ik zal er altijd zijn..’ Fluister ik zachtjes terwijl ik hem een kusje op zijn wangen geef. Er ontstaat een klein glimlachje op zijn gezicht en dan valt hij weer dieper in slaap. Ik sta op en loop de slaapkamer uit.
‘Welterusten Simeon..’ Fluister ik nog een keer zachtjes terwijl ik de slaapkamer deur achter me dicht trek.
Dan loop ik door naar de slaapkamer waarvan de deur open staat en waardoor het licht de gang op schijnt. Als ik binnen kom zie ik Larissa al in haar bed liggen en Nena zit op de rand. Het is echt een prachtige, heerlijk, rustgevende kamer. ‘Je nachtjapon ligt op het bureau.’ Zegt Larissa dan terwijl ze naar een bureautje wijst dat in de hoek van de slaapkamer staat. Ik pak het van het bureau af en ik trek het aan. Het is een prachtig wit lange satijnen japon. Ik kruip langs Larissa het bed in en Nena kijkt ons beide glimlachend aan. Haar ogen worden waterig en ze kijkt ons ontroerd aan. ‘Wat zijn jullie toch een prachtige meisjes.. ik hou van jullie..’ En ze drukt Larissa een kus op haar wang. Dan staat ze op en op het moment dat ik denk dat ze de kamer uit gaat lopen, komt ze aan mijn kant zitten en drukt ze mij een kus op mijn wang. ‘Slaap lekker meisjes..’ Mompelt ze dan zachtjes terwijl ze mij net iets te lang aanblijft kijken. Alsof ze iets wilt zeggen..

Dan staat ze op, maakt ze het licht uit en loopt ze de kamer uit. ‘Ik hoop dat je het een beetje gezellig vond?’ Fluistert Larissa dan zachtjes. ‘Ja hoor..’ Fluister ik wat zachter terug terwijl ik iets dichter tegen Larissa aan ga liggen. ‘Fijn..’ Mompelt ze, gevolgd door een voldane zucht. ‘Slaap lekker Lorena..’ ‘Welterusten Larissa..’ En als snel hoor ik aan haar ademhaling hoe Larissa in slaap gevallen is. Maar er raast een ontzettende onrust door mijn lichaam. Als of het ieder moment gebeurd kan zijn, ieder moment voorbij kan zijn. Maar dat mag niet! Ik moet nog zoveel doen..


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.