Hoofdcategorieën
Home » Overige » 21st Century Breakdown » [2.3] Little Girl
21st Century Breakdown
[2.3] Little Girl
Tranen trokken riviertjes over haar wangen. Hard trapte ze tegen de stam van een brede eik, als uiting van haar emoties. Snikken weerklonken door het bos. Waarom deden ze dit, en waarom raakte het haar zo? Ze had zich nog nooit iets aangetrokken van de mening van haar ouders, nog nooit. Altijd was ze haar eigen gang gegaan, omdat ze al op jonge leeftijd doorhad dat het Christendom niets voor haar was. Altijd was ze anders geweest, dat wist iedereen. En iedereen wist ook dat ze het leven in First Heaven haatte.
Nog liever dan ooit te voren wou ze First Heaven verlaten, of in ieder geval het Blessed. Nog meer dan ooit verlangde ze naar vrijheid, en de wereld buiten deze gestructureerde gevangenis. Maar de muur - die kille, grijze, meters hoge muur - isoleerde het stadje van de omgeving. Er waren geen poorten, ze kon er niet doorheen. Er waren geen gaten waar ze door kon kruipen, voor zover ze wist. Ontsnappen was onmogelijk.
Woedend liep ze door, steeds dieper het bos in. De wind streek zachtjes langs haar, alsof hij haar wou kalmeren en troosten. Maar niets of niemand kon dat doen. Ze kende niemand die ze vertrouwde, waar ze haar hart bij kon uitstorten. Enkel de bomen in het bos, die geduldig luisterden, en in stilte antwoordden. Maar toch voelde ze dat ze iets miste. Bomen konden geen arm om haar schouders slaan, haar tegen zich aandrukken, om haar troost te bieden, en te vertellen dat alles beter zou worden. Als het überhaupt beter zou worden, want zoals het er nu uitzag, was dit haar leven, en zou daar weinig verandering in komen.
Het duurde niet lang voor ze aankwam bij de open plek, haar ‘huis’ in het bos. Ze bleef even staan, keek om zich heen en liep toen weer door. Vandaag ging ze verder, nog dieper het bos in. First Heaven besloeg niet de hele wereld, dat wist iedereen in de stad. Achter het water, dat verscholen ging achter de muur, lag een land, waarvan Celine wist dat het Europa heette. Het was een werelddeel waar verschillende landen op lagen, zoals Duitsland, Portugal en Italië. Ten zuiden van Europa, wist Celine, lag Afrika en naast Europa lag Azië. Verder was er nog een continent dat Australië heette, en een grote ijsklomp die Antarctica werd genoemd. Volgens de atlas die Celine ooit doorgebladerd had lag First Heaven in Noord-Amerika, dat met een kleine strook land vastzat aan Zuid-Amerika. In de tijd dat de Atlas gedrukt was woonden op alle continenten mensen, behalve op Antarctica. Ook al was dat lang geleden, in het jaar 2017, Celine geloofde, dat dat nog steeds zo was.
Dat bijna niemand iets wist over al die andere continenten, betekende niet dat de bevolking van het Blessed niet wist dat er andere mensen op aarde leefden. In het district werd niet verzwegen dat er op hetzelfde continent nog meer mensen leefden. ‘Barbaren’, zo werden ze in de stad genoemd, omdat zij niet in het Blessed geboren waren, en God hen dus niet goed genoeg vond om in de Hemel te komen. Geen enkele bewoner van het Blessed had ooit iemand van buiten het district ontmoet, dus alles wat ze over hen wisten, hadden ze van de dominee gehoord. En die was over alles wat geen zier met het geloof te maken had niet erg positief.
Maar Celine was minstens net zo negatief over de mensen binnen de muren van het Blessed, als de dominee over de mensen daarbuiten. Ze wou het niet meer, ze wou daar niet meer leven. Ze kon het niet. Het maakte haar niet uit waar ze terecht zou komen, zolang ze niet terug hoefde, vond ze alles best. Maar om dat voor elkaar te krijgen, moest ze eerst een uitweg vinden. De muur, die vervloekte muur, was het enige dat haar scheidde van de buitenwereld. En als ze die hindernis had overwonnen, was ze al een heel eind op weg.
Ze was vastbesloten om niet meer terug te keren naar de stad. In het bos blijven, was geen optie. Het was te dichtbij, veel te dichtbij.
Als de muur een poort had bevat, was het veel makkelijker geweest. Celine had hem ongetwijfeld open gekregen, en was zo weggeglipt. Maar voor de ‘veiligheid’ zat er geen in de muur. Mensen die uit het Blessed verbannen waren en veiligheidswachten, die in het Cursed gestationeerd waren, werden per helicopter overgezet.
Was er dan geen enkele manier om door het betonnen ding te glippen? Misschien wel, de muur moest een zwakke plek bevatten, een gat waar ze zich doorheen kon wringen naar de buitenwereld. Maar waar moest ze beginnen met zoeken? Het leek haar het meest logisch, dat de zwakke plek zich in het bos bevond, aangezien daar normaal geen mensen kwamen, en al helemaal niet diep in het bos. Ze moest dus naar de rand van het bos, en de muur volgen tot ze een plek vond waar ze weg kon uit het Blessed. Maar daar dook het tweede probleem op: ze moest zichzelf in leven zien te houden. Op zich was dat niet zo’n probleem, maar ze had maar één klein flesje dat ze kon vullen met water. Met één flesje zou ze het niet eens een dag uithouden, wat betekende dat ze elke dag weer naar een plek met water zou moeten trekken. Eten daarentegen was niet echt een probleem, in het bos waren genoeg eetbare planten te vinden en anders kon ze nog altijd een wapen maken, om daar haar avondmaal mee te vangen.
Inmiddels zat Celine op de deken van bladeren, takjes, aarde en verschillende planten, die de vloer van het bos vormde. Ze liet haar hoofd op haar handen steunen en dacht na. In haar hoofd stelde ze haar ontsnappingsplan nauwkeurig op.
Vandaag moest ze op zoek gaan naar water, zodat ze een basisstation had, tot ze een betere plek had gevonden. Onderweg zou ze eten kunnen verzamelen, en als ze snel klaar was, kon ze misschien de omgeving nog verkennen, zodat ze wist waar ze de tweede dag naartoe zou gaan.
De dagen daarna zou ze langs de muur gaan lopen, zoekend naar een uitweg. Onderweg moest ze eten verzamelen, en als ze een nieuwe plek met schoon water ontdekte, zou ze vanaf daar vertrekken. Hoe lang ze daarmee door zou gaan wist ze niet. Misschien was ze in enkele dagen weg uit het Blessed, misschien had ze na een week nog niets gevonden. Dan was ze waarschijnlijk aan de andere kant van het bos beland, en zou ze de muur terug volgen, om er zeker van de zijn dat ze geen plekken had overgeslagen.
Ze had een plan, nu moest het alleen nog uitgevoerd worden. Zelfverzekerd stond Celine op. Het ging lukken, ze wist het zeker. Want als je er maar hard genoeg voor vecht, komen je dromen uit. Ze keek om zich heen, om te bepalen welke kant ze op ging, en begon toen in een stevig tempo te lopen.
Avond. Celine zat aan de rand van een klein meertje. Ze had haar avondeten al even achter de kiezen, en genoot nog even van de prachtige avond. In het bos was het nog donkerder dan in de stad, maar dat vond ze niet erg. Integendeel, ze genoot er van, het was alsof de nacht haar nog dieper in zijn armen gesloten had.
Een zucht verliet haar mond. Niet van pijn, verveling of verdriet, maar van geluk. Ze voelde zich gelukkiger dan ze ooit geweest was. Vrij, ondanks het feit, dat die vrijheid beperkt werd door de muur.
Langzaam kroop ze naar het water, om er met haar handen een paar slokjes uit te scheppen. Toen ze haar mond met haar arm had afgeveegd, kroop ze weer naar boven. Daar ging ze liggen op haar geïmproviseerde bed, gemaakt van hostabladeren. Normaal zou ze een hut gebouwd hebben, maar toen ze aankwam bij het meertje was het al aardig donker. Bovendien leefden er, bij haar weten, geen gevaarlijke dieren in het bos, en het leek een droge nacht te worden. Nog even staarde ze naar de takken boven haar, en de stukjes van de heldere hemel, die niet verborgen gingen achter bladeren. Tevreden viel ze in slaap.
I love you <3
Reacties:
I love you too
Weet je, ik wil jou dringend weer eens zien. Ik moet je knuffelen, ja, dat moet echt!
Maar dus. Celine is echt zo'n leuk persoon. Echt zo rebels, en overtuigd van haar mening, en ze vecht voor wat ze wil. Dat vind ik enorm leuk aan haar. Maar ergens overdrijft ze wel een beetje. Maar dat maakt niet uit. ^^
Ik kan niet wachten tot ze
Waarom dacht ik hierbij meteen aan Bill? --'
En wat Kay zegt, Celine is zo cuwl. ^^
Rebels & voor zichzelf opkomend & alles, en tegelijkertijd is ze ook wel echt, want ze is niet alléén maar sterk. Iedereen heeft sterke en zwakke kanten, sterke en zwakke momenten, en iedereen kan af en toe gewoon even nergens meer tegen. [Dat laatste herken ik zo sterk... *zucht*]
Nu vraag ik me af wat haar ouders denken, als ze 's avonds niet thuiskomt... Of zijn ze dat van haar gewend? Hm...
Vertel jij me maar hoe het verder gaat. ^^
Oftewel: HINT HINT, me wants more! <3
iloveyou