Hoofdcategorien
Home » Tokio Hotel » Humanoid » Humanoid
Humanoid
Humanoid
Ik vind het niet zon geweldig idee, mompelde Ven terwijl ze een losse lok haar achter haar oor stak. De hele dag had Ven achter de spiegel gestaan omdat Bill eiste dat ze eruitzag als iemand die wérkelijk van het feest wilde genieten. Haar haren, die vroeger tot haar middel gingen, hingen nu krampachtig tot haar schouders, en ze had Bill en Gustav horen zeggen dat ze nog korter moesten als het plan vandaag mislukte. Eén herkenning, en ze moest een nieuw uiterlijk hebben. Uiteindelijk konden ze maar blijven knippen tot ze geen haar meer overhad. Wat gingen ze dan doen? Haar verkleden tot man?
Bill, die zijn zwarte dreadlocks in een staart naar achteren had gedaan, negeerde haar maar. Ze waren om zes uur vertrokken, en hadden een taxi genomen. Gustav ging de brommer later daarnaartoe brengn voor het geval ze moesten ontsnappen. Ven snapte eerst niet waar die show voor diende, maar het lag tenslotte voor de hand. Ze gingen daar aankomen met een taxi, waar iedereen kon zien dat ze geen rebelse motorrijders waren maar effectief mensen die wilden genieten van het bal. Eens iedereen binnen was, werd de brommer niet zo ver van de ingang geplaatst.
En trouwens, als ze met de brommer waren gegaan, waren alle uren achter de spiegel voor niets geweest. Dan zouden Vens haren niet meer naar achteren gedaan zijn, maar zouden ze onnatuurlijk in de lucht blijven steken. Ven probeerde zich het maar niet in te beelden.
Bill keek voor zich uit, zijn handen lagen rustig op zijn benen. Hij bewoog amper, en Ven begreep niet hoe dat mogelijk was. De taxi reed over een bobbel. Bill had een beetje moeilijk gedaan toen Ven weigerde om in vliegstand met de auto te rijden, maar uiteindelijk begreep hij wel waarom. Ze waren ruim op tijd.
Bills stem doorbrak de ijselijke stilte. Hoelang nog? vroeg hij, zonder enig teken van ongeduldigheid in zijn stem. Ven keek hem even aan, probeerde zijn kalmte over te nemen.
Nog vijf minuten, zei de chauffeur, en hij glimlachte naar de man die mijn echtgenoot moest voorstellen vanavond. Ik kreeg een rilling op mijn lichaam van dat woord. Hoe lang geleden had ze het woord echtgenoot nog gebruikt?
Bill knikte vriendelijk, keek even naar het luikje tussen de chauffeur en de passagier, en trok deze dicht. Misschien wilt hij het plan nog een keer bespreken, dacht Ven.
Vanaf nu reageer je op de naam Heidi Thönis, begrepen? vroeg hij. Ven knikte schokkerig, wachtte op meer. Bill keek haar doordringerig aan, wachtte tot ze iets zou zeggen. Ven zuchtte luid.
En jij bent Jonathan Thönis, wij zijn intussen vijf jaar getrouwd, hebben twee kinderen die nu bij de schoonbroer zit en we werken allebei in een restaurant, ging ze onwillig verder. Bill glimlachte niet, maar liet een knik van goedkeuring zien waarna hij in zijn broekzak begon te zoeken naar iets.
Pas nu lette Ven op de kleren die Bill aan had. Een zwarte smoking dat perfect op zijn gespierd lichaam paste, met een wit hemd onder zijn jasje. Hij had een zwarte strik aan zijn kraag. Aan zijn voeten waren er glanzende zwarte schoenen. Als Ven het goed bekeek, kwam hij perfect over als een gast van een bal. Ven probeerde er maar niet aan te denken hoe ze met haar simpele uitstraling zou staan naast die perfectheid.
Ik was vergeten dit te geven, maar dit moeten we eigenlijk ook omdoen, zei hij, terwijl hij een klein doosje uit zijn broekzak haalde. Ven schrok even, en ze besefte dat haar hart meteen enkele versnellingen hoger ging. Bill liet onverschillig een gouden ring om haar vinger schuiven. Toen Ven naar zijn hand boven de hare keek, zag ze dat hij precies dezelfde ring rond zijn vinger had. Ven had geen zin om te begrijpen waarom al deze voorzorgsmaatregelen nodig waren. Alsof ze werkelijk naar hun handen zouden kijken om te zien of ze effectief wel getrouwd waren. Bill draaide zich weer naar voren, trok het luik terug open, en zei niets meer. Ven keek naar buiten, maar het was te donker om iets te zien. Ze had niet de fut om te vragen of ze er bijna waren. Ze greep de kanten van haar zilveren jurkje, en friemelde ermee - tot Bills grote irritatie. Na een klein tijdje hoorde Ven tanden tegen elkaar knarsen, maar na een klein tijdje besefte ze dat ze het zelf was. Nog voor ze kon stoppen ging Bill zijn hand richting de hare om haar gerust te stellen. Ven voelde zijn koude huid van zijn rechterhand op die van haar, en huiverde toch even. Ze keek Bill aan me grote ogen.
Kalmeer een beetje, het gaat niet helpen als je heel de tijd als een hyperventilerende kalkoen gaat zitten rondspringen, zei hij, en Ven voelde zich er wel beledigd mee. Kon hij geen ander dier kiezen dan kalkoen?
Uiteindleijk stopte de taxi, en Bill betaalde de chauffeur zijn geld. Hij gebaarde Ven te blijven zitten, stapte uit en rende naar haar portier. Met een ietwat onrustige uitstraling op zijn geforceerde glimlach deed hij haar deur open.
Kom maar, lieverd, zei hij luider dan nodig was. Hij stak zijn hand naar haar uit en Ven legde de hare erin. Haar hart klopte weer als een gek. Ven begon zich af te vragen waarom ze steeds zo zenuwachtig werd als hij haar aanraakte.
Zonder enig gesukkel van haar pas geöpereerde voet stapte ze uit, legde ze haar naaldhakken handiger dan ze gewoon was op de platte grond. De frisse lucht verraste haar toch nog. Ven keek in Bill zijn ogen, en glimlachte.
Dankje, schat, zei ze, ook luider dan ze eigenlijk had gewild. Bill liet zijn mondhoeken omhoog krullen. Hij legde zijn linkerarm rond haar middel, en begeleidde haar naar de ingang. Daar lieten ze hun uitnodiging, die Bill verdomd goed had weten te vervalsen, zien. Ze mochten meteen naar binnen zonder vragen. Ven voelde zich vreemd genoeg goed met Bill zijn hand op haar heup. Even vroeg ze zich af of het niet gepast was om hem af te slaan, maar dan zou ze zowieso niet goed in haar rol overkomen. Ze liet Bill maar doen en glimlachte in zichzelf.
Er waren al mensen aan het dansen in de zaal, wat Ven toch afschrok. Ze besloot om zelf tegen zichzelf te beloven dat ze een van de velen ging zijn die aan de kant bleef staan en wat dronk uit haar glaasje wijn. Hopelijk dacht Bill hetzelfde. Hij begeleidde haar naar het volle zaaltje. Ven bekeek de ruimte rondom zich. De muren waren van hout en hadden een gouden glans in het licht van de kroonluchters. Die waren van glas, maar kwamen qua uiterlijk dichter in de buurt van kristal. De vloer waar iedereen op danste was ook van hout, en een beetje donkerder dan de muren. De zaal zelf was groot, hoewel hij zonder alle mensen erin dubbel zo groot zou lijken. Ven merkte pas toen Bill zijn hand onder haar kin zette en haar mond dichtklapte, dat die opengevallen was. Hij trok haar gezicht naar hem toe, en keek haar in de ogen aan. Ven zag iets blauwigs in Bill zijn rechteroog dat haar nog nooit was opgevallen. Ook nu zag ze pas dat zijn irissen echt identiek waren als die van Thomas. Even dacht ze dat ze hem voor haar had. Ze beeldde zich in dat Willy naast haar stond, en dat ze een gezinsknuffel aan het geven waren.
Ze werd door Bill zijn stem terug in de realiteit gebracht. Even keek ze hem verdwaasd aan, half afwezig. Bill begreep meteen dat ze hem niet gehoord had.
Wil je iets drinken? vroeg hij opnieuw, een beetje geïrriteerd. Ven voelde haar droge keel, en besefte dat ze meer dorst had dan gedacht. Langzaam knikte ze.
Ja, maar doe iets simpels, zei ze met een schrale stem. Bill glimlachte even, draaide zich naar de barman, en vroeg een simpele champagne. Ven besefte dat hij nog steeds zijn hand op haar middel had. Hij haalde hem er langzaam af om de aangegeven drankjes aan te pakken, en keerde zich terug tot Ven.
Ze zeiden niets, stapten terug naar de menigte, en hielden zich afzijdig van de mensen. Ven begreep dat Bill niet té veel contacten wilde maken. Even keek ze naar de gouden ring om haar vinger, en zuchtte ze. Bill hoorde het. Hij ging terug voor haar staan, dichterbij dan hij ooit had gedaan. Als Ven lichtjes naar voren leunde, kon ze met haar voorhoofd tegen zijn borstkas aanzitten. Niet dat ze dat van plan was natuurlijk. Naast hun stond een vrouw, lichtjes geïrriteerd van Bill. Ven wist dat de vrouw maar wenste dat haar date half zo mooi was als Bill. Ven zag de dikke kale man naast haar, babbelend met een andere oude man.
We zullen niet te lang blijven, zei Bill zachtjes, zodat niemand ze kon horen. Zijn lippen raakten bijna Vens oor toen hij alles fluisterde.
Giechel een beetje, doe alsof ik een grapje vertel in je oor, en leg je handen in mijn nek, fluisterde hij. Ven gehoorzaamde. Ze legde eerst haar hand in zijn nek, en giechelde zachtjes en oprecht; Bills adem blies in haar oor wat haar deed lachen.
Jij zegt straks dat je naar het toilet moet, ik begeleid je er naartoe, en dan proberen we in te breken in hun bureau, ging hij verder. Knik nu heel zachtjes, lach nog en beetje, en leg je hand in mijn haar.
Weer gehoorzaamde ze. Deze keer giechelde ze eerst, terwijl ze knikte. Haar gezicht raakte zijn borstkas perongeluk tijdens het knikken. Haar hart klopte weer als een gek vanwege de aanraking.
Bill keek zachtjes op, en Ven zag dat hij een grote glimlach op zijn gezicht had. Deze hoorde waarschijnlijk bij de grap die hij zogezegd verteld had. Zijn rechterhand wreef langzaam over haar gezicht terwijl hij afwachtte dat ze haar zin zei. Ven was even afgeleid van zijn oogverblindende glimlach. Ze zuchtte even, keek weer naar de mensen rondom zich om weg te kunnen kijken van Bill en zei:
Lieverd, ik moet naar het toilet.
Bill reageerde meteen. Hij sloeg zijn arm rond haar schouder, en duwde haar terug uit de menigte. De jaloerse vrouw keek hen nog na, en ging dan weer terug in het gesprek van haar vriend en de andere man. Langzaam waren ze nog alleen, en stonden ze voor de deur van het damestoilet. Ven vroeg zich af of ze naar binnen moest, en wachtte tot hij weer iets liet blijken. Zijn gezichtsuitdrukkingen stonden scherp, alsof hij iets hoorde.
En juist op dat moment kwam er een vrouw uit de deur gelopen. Ze keek hen niet eens aan, maar verdween meteen terug in de menigte. Ven draaide zich terug naar Bill, en schrok omdat hij zo dichtbij stond.
Kom mee, beet hij haar toe. Ven raakte geïrriteerd nu zijn ongevoellige toon terug was. Ze raakte opeens weer terecht in de wereld waar ze al de laatste twee dagen in terecht was gekomen. Ze had deze wildvreemde man beloofd dat ze hem altijd zou gehoorzamen wanneer hij haar iets beval. Ze had het enkel gedaan om haar leven te redden. Ze herinnerde zich weer dat ze een bloedhekel aan de man had. Zijn hand die haar naar voren trok deed haar niets meer.
Bill keek op zijn klok en wachtte af. Gustav zou de deur openen om half acht, en als Ven het goed kon zien was het nu zeven uur negenentwintig. Nog even wachten.
En toen klonk er een klik in de deur voor hun. Het was Gustav gelukt om de elektrische deur te openen met zijn hacksysteem. Ven vroeg zich af waarom hij niet gewoon ook in hun computer kon hacken. Maar ze besefte wel dat de gebroeders Frans niet zo dom waren als eigenlijk handig zou zijn.
Bill trok de deur in een ruk open, en trok Ven mee naar binnen. Nu voelde Ven de stress die haar hart steeds sneller deed kloppen. Ze probeerde de stappen te tellen die ze maakte om zich te kalmere, en voelde hoe Bill zijn hand uit de hare haalde.
Let op! beval hij haar. Ven keek weer op van de vloer, en zag Bill zijn bijtende blik. Ze zuchtte luid. Toen Bill zich tegen de grijze stenen muur drukte, deed Ven hem na. De muur voelde koud aan tegen haar blote schouders, en ze huiverde even. Oftewel had Bill haar niet gehoord - wat niet normaal was met zijn uitstekend gehoor - oftewel negeerde hij haar simpelweg. Hoe dan ook, met de twee voor de hand liggende redenen voelde ze zich er toch nog geïrriteerd door. Ze vroeg zich af wanneer er een dag ging komen zonder irritatie.
In de gang klonken er voetstappen. Het was een bewaker, dacht Ven. Gustav had haar al uitgelegd dat ze die daar hadden. Hij had ze al gezien toen hij ze allemaal moest onderhouden. De bewakers waren robots, hoewel ze er menselijk uitzagen op het eerste zicht. Ze hadden een plastieke huid over zich gekregen, die er werkelijk echt uitzag. Gustav had Ven al fotos laten zien opdat ze wist hoe ze eruitzagen. Ven stond niet bepaald te popelen om er een in het echt te zien.
Stil, fluisterde Bill, amper hoorbaar. Hij reikte met zijn arm richting Vens borstkas, en Ven begreep dat ze zich nog dichter tegen de muur moest drukken. Ze wilde tegelijk ook nog aanraking met Bill vermijden.
Ze waren met twee. Ze hadden allebei een blauwe uniform aan, en allebei korte zwarte haren die er werkelijk echt uitzagen. Ven begreep wat Gustav bedoelde. Ze hield haar adem in, probeerde haar hart te doen kalmeren. Toen ze zachtjes haar hoofd in Bill zijn richting zette, zag ze dat hij haar aankeek. De blik in zijn ogen waren verontrustend. Ze kon niet uitmaken wat ze betekenden.
Toen de bewakers weg waren gingen ze verder, stiller dan daarjuist. Ven ademde bijna nooit, bang dat dat geluid hun ging verraden. Bill leek er minder last van te hebben. Bill zijn hand stond in een vreemde positie naar achteren gericht, met zijn vingers lichtjes gekruld. Ven besefte pas later dat hij zich gereed hield om haar vast te grijpen wanneer het nodig was. Dat zorgde ervoor dat Ven weer stresskriebels kreeg in haar lichaam.
Een scheurend geluid dat toch zacht genoeg was zodat het in de balzaal niet hoorbaar was, verstoorde Bill zijn overpeinsingen. Hij keek in één ruk op, en Ven merkte achter hun twee bewakers die verkrampt naar hun toe stapten. De robots waren duidelijk niet zo perfect als de bedoeling was. Nu kon Ven de lichte glanzing zien op hun uitdrukkingsloze gezichten. Ven verafschuwde ze meteen.
Bill greep Vens hand vast, en trok haar meteen mee. Ven had niet door dat ze op topsnelheid aan het rennen waren tot ze het piepend geluid van robotbenen achter zich hoorde. Even draaide ze haar gezicht om, maar wenstte dat ze dat niet gedaan had. De robots kwamen steeds dichterbij, en Ven wist dat ze haar gingen inhalen. Ze beende een beetje bij, en probeerde Bill bij te houden. Bill schreeuwde iets, maar Ven kon niet verstaan wat hij zei. Zijn pols stond voor zijn mond terwijl hij zijn bevel uitblafte. Pas toen Ven naast hem rende, verstond ze hem.
GA NU NAAR HUIS GUSTAV, DAT IS EEN BEVEL! riep hij nog luider. Er volgde een stilte, waarna Gustav zijn stem weer door de kleine luidspreker op Bill zijn kraag sprak.
Okidokie... bí¡í¡s, mompelde hij. Ven zou het niet verstaan moeten hebben, maar nu leek haar gehoor zo scherp dat het niet normaal was. Bill pakte Vens hand nog strakker vast, en rende naar een raam. Ven besefte dat ze wel twee trappen op hadden gelopen daarjuis. Was Bill werkelijk van plan om vanuit de tweede verdieping naar buiten te springen?
Eh, Bill? protesteerde ze, maar niet in staat om te stoppen met rennen. In tegendeel, ze rende weer een beetje sneller.
Vertrouw me, Ven, was zijn antwoord. Hij leek helemaal niet buiten adem. Toen ze nog maar een meter van het raam stonden greep zijn rechterarm Ven terug bij de middel, en drukte hij haar stevig tegen zich aan. Vlak daarna brak het glas. Ven drukte haar gezicht tegen Bill zijn schouder, en durfde niet meer te kijken. Ze voelde hoe ze in de lucht zweefden.
Maar toen bleven ze steken, en werd Ven ergens opgezet. Ze keek langzaam op, en zag hoe ze in de lucht vlogen. Haar hart begon weer als een gek te kloppen toen ze besefte dat ze op Bill zijn brommer zaten... in vliegstand. Bill voor haar draaide zich langzaam naar haar toe terwijl hij verder naar voren raasde.
Alles ok? vroeg hij luid. Ven schudde haar hoofd.
Ga alsjeblieft terug op de grond! smeekte ze. Bill zuchtte.
Pas wanneer we hier weg zijn, was zijn antwoord. Hij liet het toe dat Ven haar armen terug rond zijn buik sloeg. Ze drukte haar gezicht tegen zijn rug, maar merkte opeens dat hij toch veel té hard aanvoelde. Even liet ze een hand los van haar greep, en liet ze haar vinger over de grote oppervlakte waar ze tegenaan lag glijden. Hij voelde hard aan. Toen gleed ze naar de linkerknt van zijn rug, waar ze duidelijk in zijn vlees drukte met haar vinger. Wat was dat nou?
Bill keek spijtig voor zich uit, en Ven wist niet of dat was omdat hun plan mislukt was, of omdat ze zonet iets ontdekt had dat hij niet had willen zeggen. Ze begon er maar beter niet over. Weer maakte ze haar greep rond Bill sterker, en drukte ze tegen de linkerkant van Bill zijn rug.
Bij de tweede helft van de rit waren ze ver genoeg om terug op rijstand te gaan, en was Bill even aan de kant gaan staan omdat Ven een huilbui had gekregen.
Ven schaamde zich dood dat ze zo zwak was dankzij haar permanente trauma aan vliegstand. Bill had haar zijn jasje gegeven zodat ze het niet koud ging krijgen, en zijn witte hemd was helemaal nat van haar tranen. Hij had niet veel gezegd, maar haar enkel gekalmeerd door te sussen op de gepaste momenten, haar troostend te omhelzen en rustig over haar armen te wrijven.
Dat zullen we nooit meer doen, fluisterde hij zachtjes in haar oor. Ven knikte tijdens het schokken, en pakte hem nog steviger vast, bang dat hij weg ging lopen. Bill zei voor de rest niets meer. Na een halfuur waren ze verder gegaan, en dat deel verliep trager dan de eerste - hoewel het voor Ven al vliegend langer had geleken. Toen ze eindelijk aankwamen, was ook Gustav net aangekomen met een taxi. Hij gaf de man geen fooi, maar rende meteen naar Bill, die een slapende Ven in zijn armen had. Gustav ging deed snel de deur open, en bracht de brommer in de garage terwijl Bill Ven naar boven bracht. In de hoop haar niet wakker te maken, legde hij haar neer in het bed dat in de logeerkamer stond. Zachtjes wreef hij over haar gezicht, en haalde hij haar haar uit haar gezicht. Nu pas zag hij dat blond haar helemaal niet stond. Hij deed stilletjes haar naaldhakken uit, zette ze neer naast het bed, en ging even neerzitten op de rand om zeker te weten dat ze wel sliep of dat ze niet nog een huilbui ging krijgen.
Pas toen Bill lang genoeg had gewacht, en weer wilde weggaan, kneep Ven haar ogen fijn, en haalde ze diep adem.
Bill, fluisterde ze, zeker wetend dat Bill haar hoorde. Bill, die net aan de deur stond, draaide zich om. Bill?
Ja? vroeg hij terwijl hij langzaam terug naar haar toe ging. Hij ging weer op de bedrand zitten, probeerde haar weer een beetje op te tillen zodat hij het deken over haar heen kon smijten, en stopte haar in.
Sorry, mompelde ze. Bill schudde zijn hoofd en suste zachtjes. Hij wreef in haar haar, en keek haar aardig aan.
Het is niet jouw schuld, Ven, zei hij.
Jawel, als ik niet zo bang was van vliegen, hadden we niet moeten stoppen, protesteerde ze stilletjes. Ze probeerde haar ogen te open, en zag dat het donker was in de kamer. Ze hoorde Bill zuchten, voelde zijn hand op haar haar, en voelde dan opeens zijn lippen op haar voorhoofd.
Probeer een beetje te slapen, zei hij voordat hij weer opstond om weg te stappen. Ven viel vrijwel meteen in de duisternis.
Toen ze haar ogen terug open deed, was ze gedesoriënteerd. De kamer waarin ze zich bevond was klein, had groen rustgevend behang, en een raam waar nu donkergroende gordijnen voor geplaatst waren. Het tweepersoonsbed waarin ze zat zat tegen de muur, met een nachtkastje aan beide kanten van het bed. Vlak tegenover haar was er een bruine kleerkast. De kamer zelf was rustgevend, en rook ietwat muf.
Ven stond meteen op, en merkte dat ze nog steeds het kleed van gisteren aan had. Ze deed hem uit, stapte naar de kast, en besefte tot haar verbazing dat er kleren inzaten voor vrouwen. De kleren hadden haar maat, alsof ze speciaal voor haar naar hier waren gebracht.
Ven pakte een simpele joggingsbroek uit de kast met een zwarte t-schirt, en deed ze onhandig dankzij haar ochtendevenwicht aan. Ze besloot om maar eens naar de badkamer te gaan zoeken zodat ze haar haar ook kon ontwarren. Ze was toch een beetje blij; ze moesten nu toch mooi haar haar opnieuw verven, en eigenlijk vond ze bruin nog niet eens zo slecht. Het was een heel neutrale kleur.
Ze zwerfde wat door de gang, hoorde beneden dat er een tafel gedekt werd.
Haar zoektocht naar de badkamer werd abrupt gestaakt doordat ze geluid hoorde in een andere kamer. Ze deed langzaam de deur die op een kiertje stond verder open, en merkte dat Bill net bezig was met zijn hemd uit te doen. Had hij die de hele nacht aangehad? Ven kon zijn blote rug zien omdat hij naar haar toegekeerd was. Ze zag over de hele rechteroppervlakte van zijn rug dat een lichtroze streep van zijn middel tot over zijn schouders reikte, precies hetzelfde lidteken dat op zijn gezicht stond. Precies hetzelfde lidteken als Thomas, merkte ze tot haar ontstelling op.
Bill had pas toen hij zich omdraaide door dat Ven al een tijdje naar hem zat te staren. Nu hij niets aanhad op zijn bovenlichaam, waren zijn spieren nog duidelijker dan voordien. Het lidteken liep vanuit zijn schouder verder door tot aan zijn middel, en zag er angstaanjagend uit. Bill zijn gezicht stond weer droevig nu hij merkte dat Ven doorhad dat hij ook een trauma had opgelopen.
Wat is er gebeurd? vroeg Ven na een tijdje naar elkaar gestaard te hebben. Bill plooide zijn hemd, en legde hem neer op het bed. Hij zag er al minder doods uit dan gisteren, alsof al zijn emoties nu met hem op de loop gingen.
De reden waarom ik ben ondergedoken, mompelde hij. Hij deed en stap in Vens richting, maar bedacht zich op tijd. In een krampachtige houding die Ven helemaal niet gemakkelijk leek stond hij daar met gebalde vuisten.
Wil je het niet zeggen? vroeg ze stil. Bill zuchtte even terwijl hij naar haar keek. Ven begreep daarin dat hij zijn mond stijf dichthield.
Ik heb een ongeluk gehad, was het eerste dat hij zei. Ik ga niet vertellen hoe het is gekomen, maar ik kan wel zeggen dat ik officiëel gezien dood ben.
Ven huiverde even bij het woor dood, maar herpakte zich. Ze ging tegen de deurpost leunen en keek de man strak aan.
Ik had wel enkele ribben verbrijzeld, mijn rechterarm en schouder waren niet meer te redden, mijn long was helemaal naar de vaantjes en mijn hart was ook onherstelbaar.
En toch ben je hier, fluisterde ze.
Bill knikte zachtjes terwijl hij terug naar de kast liep om nieuwe kleren te pakken. Ven keek hem aan.
Dus wat? Ben je humanoïde? vroeg Ven, een beetje geërgerd omdat hij zo weinig zei. Bill glimlachte even.
Humanoïde is wat groot, die bewakers die je zag waren humanoïde.
Wat is het verschil dan?
Bill zuchtte terwijl hij naar woorden zocht.
Kijk, humanoïde... zie je, die fantasieën over buitenaardse wezens enzo, die zon beetje een menselijke vorm hebben... dat zijn humanoïde wezens.
Ven snapte het niet meteen.
Alles wat niet menselijk is, maar toch het figuur heeft van een mens, is humanoïde; zoals die robots, was zijn verklaring. Ven knikte alleen maar.
Dus, wat maakt dat van jou? vroeg ze. Bill keek haar even aan, maar haalde zijn schouders op.
Hetzelfde als jij, een cyborg.
Reacties:
Oh. Oh. Oh.
*sprakeloos*
Bill. Like. Mhii.
- ik ben nog steeds in de ik-weet-niet-wat-ik-moet-zeggen-stand. Jemig. xd
Mhiii!
Het is écht een lang stuk, maar eigenlijk las ik er best snel doorheen, dat komt door de manier waarop je schrijft. Na elke zin wil je meteen de volgende weten en dan, voor je het weet, ben je bij het einde aangeland. En bluh. Dat vind ik niet leuk! x'D
Dus Bill heeft een ongeluk gehad en zou eigenlijk dood moeten zijn, heeft eenzelfde litteken als Thomas, blond haar staat Ven niet, de inbraak in het bureau is mislukt [of heb ik ergens overheen gelezen? :x] en - aaah!
Je maakt me met elk stuk nieuwsgieriger. <3
Wat Nadezh zegt: Oh. Oh. Oh. *sprakeloos*
Serieus. Ik vind de gelijkenissen tussen Thomas en Bill echt niet meer leuk. Is Thomas Tom? Maar jij zei van niet toen ik het eens zei, dus uh. Hoe kí¡n dat dan?
En ik vond het heel schattig dat Ven best wel gefascineerd (Oh god, ik typte gefascistisch, sorry, mijn hersenen hebben teveel Geschiedenis onthouden) was door Bill. En Bill was ook echt wel grappig, met zijn 'en nu lachen, en nu dit en dat'. In mijn hoofd zagen ze er samen heel schattig uit.
En Ven moet weer zwart haar krijgen, maar bruin is ook goed. ^^
Inderdaad een lang stuk! Really thank you!
En dat is echt lief! =3