Hoofdcategorieėn
Home » Harry Potter » Prophecy » 1 [Night Stroll]
Prophecy
1 [Night Stroll]
“Lumos!”¯ Een klein lichtpuntje schoot uit mijn toverstok maar het was niet erg overdonderend naast dat van Hermelien. Haar toverstok gloeide en ik was er zeker van dat hij ons ’s nachts door het kasteel zou kunnen leiden. Dolgraag wilde ik in het donker alle gangen van Zweinstein ontdekken, om vervolgens weg te vluchten achter het dichtstbijzijnde standbeeld van een of andere bekende tovenaar als ik Vilder’s voetstappen hoorde. Afgelopen nacht was ik weggekomen met het excuus dat ik ‘slaapwandelde’, al betwijfelde ik of Vilder dat echt geloofde. Het was dat Sneep net aan kwam lopen, anders had Vilder me vast en zeker aan de duimschroeven gezet. Waarom Sneep me heeft gered van die marteling is me ook nog steeds een wonder, waarover ik al de hele dag nadacht. Al in de eerste les kon je de diepe haat voelen, en toen vroeg ik me af waarom hij me wel haatte, terwijl ik me nu niet meer kon inbeelden hoe hij me niet kon haten.
Maar ik was gered, en daar ging het om.
Waarom ik precies door de gangen wilde dwalen om de volgende dag doodmoe tegen Sneep’s boze gezicht aan te moeten kijken, wist ik ook niet precies. Sommige mensen zeiden dat het in mijn genen zat. Mijn vader was ook een hele goede ‘slaapwandelaar’ volgens Sneep. Dat had hij me de vorige nacht nog meegedeeld, zoals gewoonlijk met zijn monotone stem gepaard met zijn norse blik, waardoor ik me nog sterker begon af te vragen waarom hij mij precies van de duimschroeven weg wilde houden.
“Potter! Kom op, probeer het nog een keer. Zwaai en - Lumos!”¯
Banning deed het nog een keer voor en uit zijn toverstok kwam een licht dat de zon kon evenaren.
“Nox,”¯ mompelde hij en het licht doofde weer. Ik bedacht dat ik me dat moest onthouden voor als ik ’s nachts weer betrapt werd. Ik kon moeilijk aankomen met hetzelfde excuus, als aan het eind van mijn toverstok een groot licht brandde.
“Lumos!”¯ probeerde ik het nog een keer en deze keer lukte het me om het licht te laten blijven branden. Ik kon een glimlach van trots niet inhouden tot ik naast me weer een nieuw licht zag dat het mijne meteen overtrof. Ik hield mijn hand voor mijn gezicht om niet verblind te worden en mompelde “nox”¯ om mijn eigen licht te doven.
Banning begon Hermelien te overladen met complimentjes en toen ze het licht had uitgedaan keek ik opzij om de enorme glimlach op haar gezicht aan te treffen. Het is dezelfde glimlach van trots die een paar seconden daarvoor mijn gezicht nog sierde. Ik bedacht me dat het maar goed was dat ik een klein licht had, omdat een groter licht ’s nachts meer op zou vallen.
“Lumos!”¯ fluisterde ik en het zwakke licht in mijn stok begon weer te schijnen. Zachtjes liep ik over de marmeren vloer richting de deur. Toen ik de leerlingenkamer uit was begon de Dikke Dame commentaar te leveren op het tijdstip waarop ik de kamer verliet. Ik stapt naar beneden en dwaalde een tijdje doelloos rond door de gangen. Ik kwam zelfs op plaatsten die ik nog nooit eerder had gezien en werd verbaasd door nieuwe beelden en schilderijen van andere bekende tovenaars.
Na een tijdje besloot ik terug te gaan omdat mijn voeten zwakker leken te worden. Ik liep terug richting waar ik vandaan kwam en zag weer nieuwe schilderijen, die ik me niet kon herinneren, en kwam tot het besef dat ik verdwaald was. Hopeloos probeerde ik een weg te vinden die me ook maar ergens zou brengen waar ik het weer herkende, maar het leverde niet veel op. Mijn ogen begonnen langzaam dicht te zakken en mijn voeten begonnen pijn te doen. Even dacht ik dat ik ieder moment op de grond ineen zou kunnen zakken.
Toen ik een klikkend geluid hoorde stonden mijn zintuigen meteen weer op scherp. Het waren voetstappen die naderden en ik keek om me heen op zoek naar een goede verstopplek. Het dichtstbijzijnde beschutte plekje dat ik zag was achter een harnas en ik maakte er zonder te twijfelen meteen gebruik van. Ik voelde mijn hart in mijn keel kloppen terwijl ik wist dat de persoon die bij de voetstappen elk moment om de hoek zou kunnen stappen. Nog twee seconden gokte ik. Ik telde af in mijn hoofd, voor zover er af te tellen viel. Eén…
Een bekende blonde jongen stapte de hoek om en meteen was al mijn angst gevaren. Ik grinnikte zachtjes bij het zien van zijn lijkbleke angstige gezicht. Ik luisterde aandachtig om te horen of er nog meer geluid was en toen ik had besloten van niet stapte ik uit mijn schuilplaats.
“Dus Malfidus, wat doe jij hier in de gangen op dit late tijdstip?”¯
Ik kon mezelf niet geloven. Dit was eerder een actie voor de jongen waar ik het tegen had, maar niet voor mij. Zijn gelaatskleur werd zo goed mogelijk nog iets lichter en ik kon zijn hart hier horen kloppen.
“Potter?”¯ Zijn stem klonk zelfverzekerd. Toen besefte ik dat het niet zijn hart was dat ik hoorde kloppen, maar het mijne.
“Dat heb je goed gezien, Malfidus.”¯ Er liep een rilling over mijn rug maar ik wilde er niets van laten merken en zette, bij wijze van voorzorgsmaatregel, mijn voeten nog wat steviger op de grond.
Een schelle lach vulde de ruimte. Meteen zag ik dat hij er spijt van had, toen hij zijn hand voor zijn mond sloeg. Nu was ik degene met een grijns op het gezicht.
“Bang dat je gehoord wordt?”¯
Malfidus kwam dreigend op me af lopen en ik hoorde de hakken van zijn schoenen op de stenen tikken.
“Pas op, Potter, of ik haal Sneep erbij,”¯ siste hij op tien centimeter van mijn gezicht vandaan.
“En wat heb jij dan voor excuus om midden in de nacht door de gangen te spoken?”¯
Ik keek Draco Malfidus met een woedende blik in zijn ogen, terwijl ik wist dat ik te moe was om echt zo boos te zijn als het leek. Ik zag hoe hij even op een antwoord puzzelde en door de stilte die volgde waren nieuwe voetstappen duidelijk hoorbaar. Ik voelde mijn ogen wijd opensperren.
Stiekem, ergens in mijn achterhoofd, wist ik al dat jij wat op FF had geplaatst.
En vond ik dat jij een goede en lange reactie zou verdienen. En dat kon niet op mijn mobiel.
Dus heb ik heel subtiel de computer ingejat en heb ik zojuist je deel gelezen (kuch, door Pb Q, kuch, als herinnering, kuch). En nu ga ik.. REACTIE'EN!
Je moet ook niet proberen Hermelien te overtreffen bij dit soort dingen *schudt peinzend haar hoofd* Mwahah, hier schoot ik keihard in de lach. Sorry, Harry! (Ja, ik praat tegen personages, nou én?) Haha, hier moest ik weer keihard lachen x]
Waarschijnlijk was hij helemaal niet zo grappig bedoeld, maar hij is 't wel *puh*
En oooh, jij moet heel snel verder, CrazyChicksel<3
Je schrijft echt heel goed
Can't Wait *wenkbrauwwiebel*
xoxo