Hoofdcategorieën
Home » Twilight » Hush » Fourth
Hush
Fourth
"Nee, auw! Niet doen!!" gilde ik geschrokken naar het ding in mijn armen. Hij had me gebeten, in mijn hand. Ik trok mijn linkerarm weg van hem, hield hem zo ver als mogelijk van me weg. Hij keek me berouwvol aan, stomverbaasd staarde ik naar het monster dat na enkele mintuten al in staat was gevoelens uit te drukken.
"He...Heb je... spijt?" vroeg ik wantrouwend aan hem. Hij knikte langzaam. Toen pas voelde ik de brandende pijn die mijn huid verschroeide. Tranen sprongen in mijn ogen en ik legde de baby voorzichtig op de grond. Mijn eigen pijn kon me echter niet afleiden van Catharina, hoe vreselijk het ook was.
Ze lag daar, opengescheurd als het avondmaal van de man die haar dit had aangedaan. Maar haar gezicht, het schokte me, ik moest kokhalzen.
Haar ogen staarden glazig voor zich uit, bevroren in de moedergevoelens die ze uitstraalden. Onder het bloed en de modder, zag ik een kleine, dolgelukkige glimlach. Ik huilde, van angst, pijn en droefenis.
Achter me hoorde ik ene zacht geluid, en het duurde even voor ik besefte dat het de kleine duivel was. Ik draaide me om, mijn hand voelde inmiddels aan als de beet van een slang.
Ik was missleijk geworden bij het zien van Catharina, maar het gezicht van haar kind brak mijn hart. Hij huilde kleine, geluidloze tranen en keek me smekend aan. Ik stak mijn handen naar hem uit, en ik wist dat mijn zus hetzelfde gevoeld moet hebben voor hem. De drang om het te beschermen, tegen alle natuurwetten en beterweten in, met gevaar voor mijn eigen leven. Ik moest en zou hem groot brengen, al zou het me mijn leven kosten. En dat zou wel eens kunnen kloppen. Paniekerig bedacht ik me wat zijn vader was, en dat hij me gebeten had.
"Neeee!!" Ik gilde mijn onmacht uit, voelde het minimonster in elkaar krimpen. Meteen laaiden de schuldgevoelens in me op, sterker dan het hellevuur dat zich nu door mijn hele arm verspreidde.
"Sorry, kleintje. Jij beseft natuurlijk niet wat je hebt gedaan." Hij keek me aan, zijn ogen nog vochtig van de tranen. Ik begreep hem, hij mij. We hadden beiden een zeer dierbaar iemand verloren, de enige die we hadden was de ander. Hij liet een jammerige kreet horen.
"Ssst, stil maar, ik ben bij je. En ik laat je niet alleen, nooit van mijn leven niet." Ook al besefte ik dat mijn leven wel eens veel langer zou kunnen duren dan ik eerst dacht...
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.