Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Tom Will Never Change » Hoofdstuk 3: Londen, Rain And The Girl
Tom Will Never Change
Hoofdstuk 3: Londen, Rain And The Girl
Bill Pov
Ik staarde uit het raam naar de vele gebouwen die ons voorbij flitsten. Londen was prachtig, zeker de vele winkels waar we nu langsreden. De ene na de andere merkwinkel kwam voorbij. Gucci, Dolce & Gabbana, Diesel, ik keek mijn ogen uit. Het was dat ik geen tijd en privacy had, anders had ik al die winkels leeg gekocht.
Buiten de taxi begon het zachtjes te regenen. Als bij toverslag trok iedereen op straat een paraplu tevoorschijn. Genietend keek ik naar het schouwspel. Iedereen was hier blijkbaar op regen voorbereid. Ik hoopte maar dat er iets geregeld was bij het hotel. Een afdakje of een paraplu. Mijn haar mocht absoluut niet nat worden, dan kreeg ik het nooit meer goed voor vanavond.
Ik rukte mijn blik los van de vele winkels en keek de taxi rond. Georg en Gustav zaten tegenover me. Georg staarde verveeld naar buiten en Gustav las de Times die hij van het vliegveld meegenomen had. Tom zat naast me. Zijn hoofd ruste tegen de zitting, zijn IPod pompte het bekende geluid van Sammy Deluxe in zijn hoofd, en de zonnebril die hij op had wekte de illusie dat hij wakker was. Maar ik wist wel beter. Zijn armen drapeerden slap rond zijn lichaam en zijn mond hing ietsje open; mijn broertje sliep als een blok. Vertederd keek ik naar hem. Het was zo fijn dat we vanavond vrij hadden, daar was iedereen erg aan toe.
Intussen was de taxi in de avondspits beland en stonden we muurvast in het verkeer. Ik zuchtte en liet mijn hoofd tegen de ruit van de taxi aanzakken. Hoe lang zou het nog duren voor we er waren?
Er ging een kwartier voorbij zonder dat we erg opschoten. We stonden nu hooguit 5 meter verderop in dezelfde straat, en het was harder gaan regenen. Nu was ook Georg in slaap gevallen en Tom was gaan snurken. Ik verveelde me stierlijk, en verlangde zowat naar de Times van Gustav. Helaas had die hem nog niet uit.
De IPod van Tom stond nog steeds aan, hoewel hij er niet meer naar luisterde. Ik pakte het apparaat uit zijn slappe hand en zette het uit. Bijna direct werd Tom wakker.
‘Bill, blijf van m’n IPod af,’ mompelde hij pissig. Hij ging recht overeind zitten en zette zijn zonnebril af. Zijn ogen waren half gesloten van vermoeidheid.
‘Lekker geslapen?’ mompelde Gustav van achter zijn krant.
‘Nee,’ geeuwde Tom. En daarmee was het gesprek gedaan. Ik zakte weer tegen de ruit van de auto aan en staarde naar de winkel waar we nu voor stilstonden. Opeens zag ik iets wat mijn aandacht trok.
Er liep een meisje de winkel uit. Ze had lang, donker haar, een zonnebril op een taupe kleurige paraplu boven haar hoofd. Ze droeg een trenchcoat in dezelfde kleur als haar paraplu met daaronder een rok tot aan haar knie. Ik stootte Tom aan. Dit moest hij zien.
‘Wat, Bill?’ zei Tom vermoeid. Ik wees naar het meisje. Opeens was Tom één en al aandacht.
‘Wauw, wie is dat?’ zei hij met open mond. ‘Wat een lekker ding.’
Het meisje wandelde uit ons gezichtsveld, verrassend snel op haar hoge hakken. Ze verdween om de hoek, een steegje in. Tom liet zich weer terugzakken in de zitting.
‘Shit, ik hoop dat we haar vanavond tegenkomen,’ zei hij dromerig. Ik hield wijselijk mijn mond dicht. Ik wist wat er aan de binnenkant van Toms ogen afspeelde.
Langzaam aan kwam het verkeer weer in beweging. Bij de eerst volgende rotonde verlieten we het drukke gedeelte en kwamen we via een omweg eindelijk bij het hotel uit. Er stonden al mensen klaar met paraplu’s. Gelukkig.
Bill en zijn haar, het klinkt echt zo typisch.
snel verder,
x Kirsten