Hoofdcategorieën
Home » Harry Potter » Unexpected Friendship » 46. Telling Lies and Telling the Truth
Unexpected Friendship
46. Telling Lies and Telling the Truth
Monika's P.O.V.
Ik opende voorzichtig mijn ogen, het was hier rustig. Dat is vreemd, ik ging rechtop zitten en keek om me heen. Dit is niet mijn kamer, dit is… Dit is de ziekenzaal, oh nee niet alweer. Ik dacht dat ik pas morgen moest komen voor mijn medicijnen. Mevrouw Plijster liep snel naar me toe. "Oh, het spijt me zo erg Juffrouw Haex. Ik heb je maandag een te kleine dosis medicijnen gegeven. Het probleem is, dat dit de eerste keer is dat iemand op Zweinstein is vergiftigd door een inktvis. Dus ik moest een beetje schatten hoeveel ik je moest geven." Zei ze schamend. "Mevrouw dat geeft niks, ik begrijp het." Nu gaf ze me een grotere hoeveelheid medicijnen, zodat ik nu pas weer over een week hoefde te komen. "Mevrouw?" "Ja." Antwoordde ze. "Hoe laat is het?" Vroeg ik snel. "Oh, het is al een beetje laat. Heel even kijken. Oh, daar is een klok. Het is 7 uur." "Is het al zo laat!" Ik stond op en wou gaan weglopen. "Juffrouw waar ga je naar toe?" "Ik moet naar professor Perkamentus toe!" Ik rende snel de ziekenzaal uit, maar ik werd terug gezogen in de ziekenzaal. "Juffrouw je bent te zwak om te lopen. Het drankje moet zijn werk nog doen." Ze beval me om te gaan liggen, dus ik gehoorzaamde haar. Ik mocht pas over een uur gaan. Dat was pas om 8 uur. Ik besloot maar om een beetje vooruit te staren, want als ik inslaap val ben ik misschien te laat.
Na een tijdje zitten te staren naar het plafond, kwamen Tom, Carlo en Stella de ziekenzaal binnen. Ik vond het fijn dat Tom en Carlo waren gekomen, maar wat kwam Stella hier doen. "Hé Monika, alles goed!" Schreeuwde ze. Nou dat jij er bent voel ik me weer vreselijk. "Ja het gaat beter." Mevrouw Plijster liep kwaad naar Stella toe. "Jongedame, in de ziekenzaal hoor je niet te schreeuwen. Ze moeten rust hebben, dus ik wil dat je nu uit de ziekenzaal vertrekt." Stella keek verbaast en liep boos de ziekenzaal uit. "Dank u Mevrouw. Ik heb mijn rust echt hard nodig." Ik probeerde niet te lachen toen ik dat zei. Ik vond het geweldig dat Stella eruit werd gestuurd. Dat had ze vast niet vaak meegemaakt. Ze leek verbaast te zijn.
"En hoe was de date?" Zei ik een beetje lachend. "Ja het was best wel saai. Stella zat de hele tijd over zichzelf te praten." Zei Carlo. "Ja en toen ik wat wou vertellen onderbrak ze me de hele tijd." Zei Tom geïrriteerd. "En ze wil nu al op een tweede date." Zei Carlo verveeld. "En wil je dat ook." Vroeg ik. "Nou ik weet het niet. Ze is niet echt mijn type." Zei hij. "Ben dan eerlijk tegen haar." Antwoordde ik. "Dat wil ik wel, maar daar krijg ik de kans niet voor. "Weet je Tom, zullen we er ook maar mee kappen." Zei ik heel erg rustig. Hij keek eerst verbaast, maar daarna keek hij normaal en knikte. Het was al 8 uur en ik mocht gaan van mevrouw Plijster.
Ik nam afscheid van Tom en Carlo en liep verder naar Perkamentus zijn kantoor. Jammer genoeg was het al bezet dus ik wachtte af tot hij klaar was. Na een halfuur hebben gewacht, kwamen Leona, Yvonne en nog iemand uit het kantoor. De jongen kende ik niet. Dus ik keek ze vragend aan. Ik keek de jongen heel goed aan, maar toen herkende ik hem. Hij was een van de bebloede leerlingen die ik in de glazen bol zag. Ik wou wat tegen hem zeggen, maar professor Perkamentus weerhield me ervan. "Ik weet wat je denkt. Alsjeblieft volg me naar mijn kantoor. Leona en Yvonne keken me verbaast aan. En volgde mijn blik naar de jongen. Ik hoorde Yvonne nog tegen de jongen zeggen. "Ken je Monika?" "Wie?" Antwoordde de jongen. De rest hoorde ik niet meer.
Aangekomen in het kantoor. Begon professor Perkamentus meteen te praten. "Juffrouw Haex, wat denk u over de glazen bol?" Vroeg hij aan me. "Nou, dat u het mis heeft. Er is er niet mee geknoeid, het is echt wat ik had gezien." Zei ik bijna boos. "Tja, daar kan ik niet tegen op. Juffrouw Haex, ik heb de waarheid alleen niet gezegd, omdat ik je wil beschermen. Ik wil niet dat je paniek gaat veroorzaken in Zweinstein, eerlijk gezegd zie ik jou dat niet doen. Maar voor de zekerheid wil ik dat je afstand gaat nemen van de glazen bol. En wat je ook hebt gezien, hou het alsjeblieft een beetje voor je." Ik knikte rustig en wilde weggaan. "Juffrouw Haex, voordat je weggaat. Wil ik nog wel weten hoe je aan de bol bent gekomen." Ik wist eerlijk gezegd niet of ik Lili wel wou verraden. "Het was een verjaardagscadeau." Antwoordde ik snel. "Weet je ook van wie je het kreeg." "Nee, meneer. Dat weet ik niet." Zei ik rustig, ik liet niet merken dat ik net gelogen had. Nadat ik had gelogen, liep ik snel het kantoor uit. Ik voelde me schuldig, maar ik zou nooit een vriendin verraden.
De volgende dag was het maandag, het leek me zo een fijne dag om te rusten, maar nee hoor. We moeten naar de les toe. Na de les liep ik rustig naar de eetzaal en nam een broodje. Ik had een boek bij dus daar begon ik in te lezen. Ik at ondertussen mijn broodje op. "Hé." Ik keek omhoog en zag Tom voor me staan. Ik legde mijn boek even opzij. "Hé." Antwoordde ik en wees op de bank voor me. Hij ging zitten. "Hoe was het gister bij professor Perkamentus?" Vroeg hij. "Oh, alles werd een beetje duidelijker. Oh, nu je het zegt moet ik heel even een briefje naar iemand sturen." Antwoordde ik. Hij keek verbaast. "Naar wie?" "Oh, naar een goede vriendin van me." Hij leek het te begrijpen.
Lieve Lili,
Kom naar het zwarte meer. Om 2 uur.
Groetjes M.
Ik stuurde het briefje met een spreuk zodat het op haar schoot vloog. De leerlingen om haar heen keken haar vreemd aan. Maar Yvonne keek mij meteen aan. Ik draaide me rustig om en ging weer verder met lezen. Tom ging ook wat doen, dus we verveelde ons niet. Na een tijdje gelezen te hebben, besloot ik maar om te tekenen. Ik besloot om Tom te gaan tekenen. Tenslotte had hij mij het toverpapier gegeven. Nadat ik klaar was met hem te tekenen. Keek hij verbaast op. "Leuk hé, en hij is best goed gelukt." "Wat ben ik toch knap." Zei hij lachend. Ik moest ook lachen en gaf een zacht klapje tegen zijn hoofd aan. "Wat ben je toch een grapjas. Wil je hem trouwens hebben?" Vroeg ik aan hem. "Nee, dan kun je altijd aan me denken." Zei hij glimlachend. "Oh, en dan ga ik hem maar eens inlijsten." Zei ik voor de grap. We zaten verder te praten en hadden het best wel gezellig. Toen kwam Leona naar ons toe. Ze was kletsnat. "Waarom ben je kletsnat! Riep ik bijna. "Nou gister hebben Fred en George me in het Zwarte meer gegooid. En vandaag dus weer. Het wordt blijkbaar een gewoonte van ze, om in het Zwarte meer te gooien." Ik keek Fred en George aan, en schudde mijn hoofd. Ze moesten allebei lachen. "Oh, ik heb net toevallig een spreuk gelezen. Het heet Accio." Ik pakte mijn boek en zocht Accio in het boek. Ik las hoe ik het moest gebruiken. "Accio-Handdoek." Zei ik en het lukte me, want er kwam een handdoek voor mijn neus. "Hier een handdoek." Leona keek me blij aan, en pakte de handdoek aan. Toen Leona wat droger was, kwamen de Wemels aan. "Hé Monika." Zeiden ze in koor. "Hoe kom je aan die handdoek?" Vroeg Fred. George wees al naar mij. "Zij was het." Zei hij dramatische, maar begon daarna weer te lachen. Maar toen keek George Tom aan en hij werd weer minder blij. "En zijn Tom jij nog steeds nep met elkaar." Zei hij rustig. "Nee, niet meer." Zei ik rustig. "Weet je ik ga, doei George." Zei ik tegen hem. Ik stond op en pakte mijn spullen op. "Doei Tom, Leona en Fred." Ik liep naar de volgende les. Na de les ging ik rustig naar het Zwarte meer toe. Daar stond Lili al te wachten. "Hé Lili" En ik gaf haar een knuffel. "Hé Monika." Zei ze ook.
Nadat we over een paar dingen hadden gepraat begon ik over de glazen bol. "Over de glazen bol, waar heb je die gekocht?" Vroeg ik. "Oh, die had ik van mijn oma gekregen." Antwoordde ze me. "Ze was altijd een goede heks geweest. En heeft zelfs in de middeleeuwen met haar glazen bol voorspellingen gedaan." Antwoordde ze meer. "Is je oma dan zo oud?" Vroeg ik. "Ja, ze heeft een soort ketting waardoor je heel langzaam ouder wordt. Ze had de ketting al sinds dat ze vijf was. Ze lijkt wel op een oma." Antwoordde ze weer.
We hadden het over nog een paar dingen totdat we werden gestoord. "Kijk, kijk, kijk. Waarom ga jij om met een Huffelpuffer?" Het was hetzelfde meisje dat Mateusz niet mocht. "En wie ben jij?" Vroeg ik boos. "Ik ben Elke." En ik beeldde me in dat er donderschokken achter haar kwamen, ze leek echt op een enge heks. "Lili en ik zitten samen bij Kruidenkunde, en we doen samen huiswerk." Antwoordde ik snel. "Oh, Ja. Lili, dan zie ik je over een kwartier in de meisjeskamer." Zei Elke en ze liep weer weg. "Nou dan zie ik je een andere keer." Zei ik rustig tegen Lili. Daarna liep Lili weg.
Ik liep rustig naar de leerlingenkamer totdat een bloedpas zag. Ik volgde de bloedpas en liep steeds verder naar de bron. Er lag iemand op de grond. Ik kon niet zien wie het was, dus ik draaide hem of haar om. Totdat ik me doodschrok het was…
Reacties:
OOO.. wie is het? Ben ik het? Is het je broer? Is het Yvonne? Nee, nee wacht! ik weet het.. het is... George? Ik hoop het niet.. nou ja. Verras ons maar. Ik ga nu eerst mijn make-up doen en dan ga ik schrijven, voordat yvonne me vermoordt..
xx
Wie is het????
Omg, ik wil het weten!
jullie moeten echt snel snel snel verder!
xx