Hoofdcategorieën
Home » Harry Potter » A Malfoy Isn't Always Evil » Chapter 3: Een warm ontvangst
A Malfoy Isn't Always Evil
Chapter 3: Een warm ontvangst
Chapter 3: Een warm ontvangst
Dolf was al wakker en zag dat het rond acht uur was, zoals gewoonlijk stond hij op en maakte zich klaar. Nog zes dagen voor naar Zweinstein, ging het door hem heen. Hij liep naar beneden waar zijn vader hem al stond op te wachten. Tenminste, zo leek het. Dolf negeerde hem maar het beeld van gisteravond kreeg hij nog steeds niet uit zijn hoofd. Hij wilde naar de woonkamer lopen maar zijn vader hield hem tegen.’’Blijf staan’’! Sprak zijn vader kwaad. Dolf draaide zich om en keek recht in het gezicht van zijn vader, die nog steeds vol met wonden en schrammen was. ‘’Wat nu weer’’? Vroeg hij zacht met een zucht. ‘’Sla niet zo een toon aan tegen mij! Ik ben je vader, leer respect voor me te hebben’’! Dolf had geen idee wat zijn vader nu weer van hem wilde, het zou wel te maken hebben met gisteren. Dolf zweeg nog altijd en draaide zich om. ‘’Jij zielig stuk vreten’’. Sprak zijn vader langzaam, woord voor woord, maar helder. Dolf negeerde hem en wilde verder lopen naar de woonkamer. ‘’Blijf staan’’! Riep zijn vader. Zijn vader pakte zijn arm vast. Dolf wilde zich lostrekken, maar dat had geen nut, zijn vader was sterker dan hem. Dolf draaide zijn gezicht kwaad naar hem toe.’’Laat me los’’! Riep hij. Hij vroeg zich af waar zijn moeder was, normaal zou zij altijd nu komen.’’Jij gaat altijd een potje janken, steeds naar je moeder toe en je hoopt dat ze ook tegen me gaat zijn. Of is het niet?’’. Voordat Dolf daar antwoord op kon geven, ging zijn vader weer door, en zijn hand kneep vaster om zijn arm. ‘’Janken,klikken, watjesgedrag, verrader. Ik kan zo wel doorgaan, maar het zijn allemaal feiten’’. Zijn vader grijnsde. Dolf wilde zijn toverstaf pakken, maar besefte toen dat hij die boven had liggen. Dolf stond het huilen dichter bij dan het lachen, maar hij hield zich sterk, het laatste dat hij wilde was dat zijn vader hem zag huilen, daar zou hij zeker van genieten. ‘’Zwart schaap van de familie. Abraxas had toch altijd gelijk gehad, als ik ooit een zoon zou krijgen moest hij precies als mij zijn, dat zei mijn vader ook altijd’’. Dolf voelde nu totaal geen medelijden meer met zijn vader, wat gisteravond was gebeurd.
‘’Vader kijkt me niet meer aan als jij niet verandert’’. Draco keek hem nijdig aan. ‘’En als jij dat wilt dan zorg ik er voor dat je leven tot een regelrechte hel wordt’’. Zijn vader keek hem aan met een grijns. Dolf was het nu spuugzat, en wilde niet meer zwijgen.’’Dat is het nu ook al’’! Riep Dolf kwaad. Draco verhief zijn stem nu. ‘’Durf mij niet tegen te spreken’’! Draco pakte zijn toverstaf en richtte die op de arm van Dolf. ‘’Ik zal je leven een regelrechte ramp maken’’! Grijnsde Draco. Dolf sloot zijn ogen, zijn ogen vulde zich met tranen. ‘’Crucio’’! Dolf voelde pijn in zich. ‘’Laat dat’’! Riep een stem, de huisdeur vloog open en er stond iemand in de deuropening.
‘’Expelliarmus’’! De toverstaf van Draco vloog uit zijn hand, en de spreuk werd meteen verbroken. Dolf viel op de grond neer. Draco wilde naar zijn toverstaf krabbelen, maar de persoon pakte de toverstaf al voor hem op. ‘’Dat zou ik maar laten’’. Ze schudde met een grijns haar hoofd. Het was Sanny Vilijn. ‘’Dit kan zo niet langer hoe jij je zoon behandelt’’. Sanny liep met nog steeds de toverstaf van Draco in haar hand naar Dolf toe en hielp hem overeind. ‘’Gaat het’’’? Vroeg ze. Dolf knikte huiverend. ‘’J..ja’’. Stamelde hij. ‘’Ik zei toch dat ik langs zou komen’’. Grijnsde ze. Ze keek Draco aan.’’En gelukkig maar net op tijd, geen minuut te laat’’. Haar ogen waren vol met woede gevuld. Draco keek nijdig naar Sanny. ‘’Geef me mijn toverstaf terug’’! Riep hij kwaad. Sanny schudde lachend haar hoofd.’’Wat zou ik ook met je toverstaf moeten? Hij is toch nutteloos’’. Ze gooide Draco’s toverstaf terug. Draco pakte zijn toverstok en liet die zakken in zijn broekzak. ‘’Wat wil jij tegen mij doen dan’’? Vroeg Draco spottend tegen Sanny. Sanny begon te lachen. ‘’Ik geef je een hint, dochter van Hem. Weet je genoeg’’? Vroeg ze uitdagend. Draco zuchtte en keek haar aan, maar zei niks. ‘’Want als jij maar een vinger naar mij uithaalt, dan komt mijn vader dat te weten, dat wil jij niet geloof ik, of was het gister niet erg genoeg’’? Draco zweeg, alleen zijn ademhaling hoorde je nog. Dolf stond op, het deed hem wel pijn, maar de vloek was gelukkig niet al te lang geweest. ‘’Dan zorg je maar dat hij hier wegkomt, dan heb ik tenminste geen lastpak rondom mij’’! Sanny keek hem aan.’’Voor het eerst in je leven, heb je eens een goed idee, dan kun jij hem tenminste ook niet lastigvallen’’. Ze pakte Dolf bij zijn arm, waar Draco hem had gemarteld. ‘’Vulnera Sanentur’’. Sprak Sanny zacht waarbij ze haar toverstaf op zijn arm liet gaan, de wonden heelden langzaam.’’Morgen zal het wel weg zijn’’. Zei ze met een glimlach. ‘’Pak jij je spullen dan blijf ik even bij Draakje’’. Grijnsde ze.
Dolf liet dat zich geen twee keer zeggen en liep de trap naar boven toe. Hij vroeg zich nu nog steeds af waar zijn moeder was, het deed hem wel pijn om haar zo achter te laten, maar er was geen andere keus, zijn vader zou hem nog afmaken als hij hier langer bleef. Dolf pakte zijn hutkoffer waar hij zijn kleding, toverstaf, schoolboeken en andere benodigdheden in dumpte. Hij sloot zijn koffer en liep met zijn koffer de trap naar beneden, waar hij Sanny leunend tegen de muur zag staan. Zijn vader daarentegen zat op een stoel aan de tafel, waar die nog steeds zwijgend zat. Draco keek om toen hij Dolf hoorde, maar keek hem niet nijdig of niks aan, maar gewoon neutraal. Hij draaide zich meteen weer om. ‘’Ben je zover’’? Vroeg Sanny aan Dolf. Dolf knikte, van binnen was hij wel erg blij dat hij nu eindelijk weg kon, weg van zijn vader. Sanny liep naar buiten, de deur stond nog steeds open van de binnenval, en Dolf liep haar achterna.
‘’Weet je waar je naar toe kunt’”ť? Vroeg Sanny toen de deur dicht was. ‘’Bij mij kan niet, dat weet je, mijn vader is nog erger dan jouw vader’’. Ze rolde met haar ogen. Dolf zuchtte. Hij had geen idee waar hij naartoe kon. ‘’De enigste bij wie ik kan denken zal wel Luthien zijn.. maar ik weet niet of Sneep dat kan waarderen. En het is al laat, ze weten nog van niks, we kunnen toch niet zomaar binnenvallen’’. Hij slikte en keek richting Sanny, die tot zijn verbazing begon te lachen. Dolf keek haar niet begrijpend aan. ‘’Je bent vergeten wie ik ben’’? Zei ze sarcastisch. ‘’Ik ben Sanny Vilijn en ik kan gewoon overal op welk tijdstip binnenvallen, dat had je toen straks ook gezien’’. Glimlachte ze. Dolf keek haar aan met een grijns. ‘’Waar woont ze’’? vroeg ze over Luthien. ‘’Paar straten verderop. Weverseind 361’’.
Een aantal straten verderop kwamen ze aan bij Weverseind. ‘’’357, 359, 361’’. Sanny liep al naar de huisdeur en wenkte Dolf. Het was een redelijk oud maar toch stabiel huis, er hing een kil sfeertje. Sanny belde aan, niet lang daarna opende Christina de huisdeur. ‘’Ja’’? Vroeg ze op een lieve toon en keek van Sanny naar Dolf. ‘’Nou Draco is weer hartelijk geweest tegen zijn zoon’’. Zei ze op een sarcastische toon. Christina schudde haar hoofd.’’Dus hij is weer bezig’’? Ze zuchtte en zag dat Sanny knikte. Ze keek medelijdend naar Dolf. Ze had het al allemaal van Severus gehoord.’’Ik vind het ook niet normaal wat hij met hem had gedaan, met dat Teken, wat Sev zei’’. Christina merkte dat Luthien kwam aangelopen. Luthien keek met een glimlach en een vragende blik naar haar moeder, Dolf en Sanny. Sanny merkte haar niet op en ging weer verder. ‘’Nou wat ik jouw dus wilde vragen, Christina. Is of Dolf hier de rest van de week bij jullie kan blijven’’. Christina knikte.’’Vanzelfsprekend, natuurlijk ik denk dat Severus daar ook niet echt een probleem van maakt’’. Ze liet Dolf binnen, Dolf liep naar binnen toe en begroette Luthien. ‘’Kom je ook naar binnen’’? Vroeg Christina aan Sanny. ‘’Nee, bedankt, ik moet naar mijn vader’’. Ze rolde met haar ogen. ‘’Bedankt voor Dolf’’. Glimlachte ze.
Christina maakte een wegwerpgebaar.’’Vanzelfsprekend’’. Glimlachte ze. Ze sloot de deur en keek naar Dolf. ‘’Bedankt’’. Zei hij tegen haar gemeend. ‘’Dat zit wel goed’’. Zei ze zacht. ‘’Ga maar naar boven, tweede deur links dat zal jouw kamer worden’’. Dolf knikte even en liep naar boven toe, met zijn hutkoffer. Hij opende de deur, de tweede deur links en kwam aan bij een slaapkamer waar een bed lag met frisse en schone lakens, een hoofdkussen en een bureau met stoel, natuurlijk een kledingkast en een raam. Dolf vond het hier al veel gezelliger dan thuis. Hij ging op zijn knieën zitten en opende zijn hutkoffer, waarna hij de boeken er maar in liet, maar zijn kleren in de kledingla’s legde. Hij pakte zijn toverstaf en legde die op het bureau neer. Hij keek er nog eens na, 25,2 cm, meidoorn en drakenbloed. Hij ging op zijn bed liggen, nadat hij zijn schoenen had uitgedaan en dacht na over de vakken op Zweinstein, zijn favoriete vak bleef nog altijd Toverdranken. Hij sloot even zijn ogen en gaapte, hij was, ook al was het pas middag, erg moe. Er klopte iemand op zijn kamerdeur.’’Dolf’’? Zei een stem.
Aaaargh, ik irriteer me aan Draco! Wat een zak, zo behandel je je zoon toch niet!
En Sanny is lief (: