Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Harry Potter » Unexpected Friendship » 50. I need some vacation

Unexpected Friendship

2 aug 2010 - 23:49

2196

0

346



50. I need some vacation

Dit hoofdstuk is geschreven door Monika (Moonzzz) en het volgende hoofdstuk wordt geschreven door Leona (SusieSimon).

Monika's P.O.V.

Het was Stella, ik wist niet wat ik moest doen. Ik raakte een beetje in paniek en was de kluts kwijt. Ik keek om me heen en hoorde een zware stem. "Heb jij hier meer mee te maken!?" Vroeg iemand. Ik dacht dat hij het tegen mij had. Voordat ik nee wilde zeggen zag ik wie het waren. Het waren Yvonne en Vilder. Ik zag dat Yvonne pijn had, Vilder had haar stevig vast aan haar oor. Ik werd boos, want ik wist zeker dat Yvonne hier niks mee te maken zou hebben. Yvonne kreeg denk ik meer pijn. Ik wou dat hij haar los hield. "Vilder, laat haar los! Ze zou zoiets nooit doen!" Zei ik smekend. Opeens hoorde ik een stem achter me. "Argus, laat haar gaan." Ik keek Anderling aan en ik kreeg tranen in mijn ogen. Wie zou dit hebben gedaan? Ik weet dat Stella irritant kan zijn, maar zelfs zij verdient dit niet. Ik wist niet meer wat ik moest doen. Ik keek om me heen, het werd er drukker er kwam een groepje aan. Ik zag Carlo wat zeggen, maar ik was de kluts echt kwijt. De tijd ging snel voorbij en voor ik het wist liep ik samen met Carlo. Hij zei wat. Ik keek verward naar hem. "Monika hoor je me wel!" "Sorry, ik ben er niet bij met mijn hoofd." Antwoordde ik hem. "Weet je wie dit heeft gedaan." Vroeg hij aan me. "Nee, ik had haar alleen gevonden." Antwoordde ik alweer. Ik zag de beelden voor me, en Stella kwam echt de hele tijd voorbij. Ik werd een beetje duizelig, maar probeerde het van me af te schudden. Gelukkig merkte niemand, dat ik bijna omviel. En als ik omviel kon ik zo naar de ziekenzaal, want we stonden er recht voor. De beelden kwamen maar de hele tijd voor me. Ik werd er niet zo goed van. Ik kreeg het koud, en keek maar een beetje naar de grond. Ik hoorde twee bekende stemmen, maar negeerde het. "Hé Monika, wat is er?" Vroeg hij. Ik keek op. "Niets...Ik denk dat ik naar de leerlingenkamer ga." Zei ik. Ik draaide me om en liep weg. Ik moest heel even alleen zijn. Ik had lucht nodig. Ik liep meteen naar mijn kamer toe. Alle leerlingen keken me aan. Ik ging toen meteen naar mijn kamer. Ik deed snel mijn raam open en ging daarna snel op bed liggen. Ik was zo moe dat ik snel in slaap viel.

Ik liep door de gangen en zag allemaal leerlingen liggen op de grond. Ze zaten allemaal onder het bloed. Ik probeerde weg te rennen maar het lukte maar niet. Ik viel over een paar lichamen, maar stond snel op. Ik zat nu ook helemaal onder het bloed. Ik raakte in paniek en stortte neer van de pijn. Nu zag ik dat ik ook leeg bloedde, ik leek net een kraan die open werd gedraaid. Het bloed was zo ranzig dat ik snel mijn ogen dicht deed. Toen ik weer mijn ogen open deed. Stond er iemand voor me. Ik kon niet zien wie het was, hij of zij had een masker op. Ik keek om me heen en de lichamen waren verdwenen. Het bloed was nu alleen van mij afkomstig. Ik schrok me een hoedje, want de schim kwam op mij af.

Ik schrok me wakker. Ik ging hijgend overeind zitten. "Wat een nachtmerrie." Zei ik zachtjes maar geschrokken tegen mezelf. Ik stond op en ging even een hele lange douche nemen. Toen ik de badkamer schoon verlaten had. Ging ik heel even op mijn bed liggen om na te denken. Ik had twee vragen voor mezelf, natuurlijk had ik er meer. Maar er waren twee specifieke vragen voor me zelf. Een… Wie had Stella aangevallen. En twee, waarom? Als Perkamentus hier niks aan gaat doen, dan moet ik het zelf wel doen. Misschien weet Yvonne wel meer, of Leona. Want Yvonne gaat met de jonge om die ook een slachtoffer was. En Leona was vals beschuldigt. Oh nee, wat nou als ik ook word beschuldigt. Ik was wel degene die haar had gevonden. Nee Monika, zo mag ik niet denken. Ik denk dat ik gek word. Ik praat tegen mezelf. Ik stond op en ging naar de eetzaal. Het was half 8. Ik ging zitten en at wat. Er werd al een beetje naar me gestaard, wat ik snel negeerde.

Ik zag dat Leona binnen kwam, ik liep snel naar haar toe. "He, weet je wat er gister is gebeurt?" Want ik wist niet of ze het wist van gister. "Wat dan? Is er wat ergs gebeurt?" Ze kon van mijn gezicht lezen dat er degelijk iets ergs gebeurt was. "Ja…" Ik kon mijn zin niet afmaken, want ik zag Stella kerngezond rondlopen. "Ik denk dat ik echt gek ben geworden." Zei ik tegen mezelf. "Monika? Monika, gaat alles wel goed?" Vroeg Leona aan me. Ik ging heel even bij de Griffoendor tafel zitten. Er keken een paar leerlingen van griffoendor raar naar me, waar ik toch niet opletten. "Moet ik mevrouw Plijster voor je halen?" Vroeg ze nog steeds bezorgd. "Nee! Nee, dat hoeft niet." Ik had echt geen zin om echt de hele tijd naar de ziekenzaal te gaan. Ik zag dit keer Yvonne lopen, dus daar liep ik snel naar toe. Ik liet een verwarde Leona achter. Dat was best wel onbeleefd van me, om zomaar weg te lopen van Leona. Maar ik had weinig tijd, ik liep snel naar Yvonne. "Ehm, Yvonne kan ik met je praten over gister?" "Nee, ga weg. Door jou moet ik nablijven." Zei ze kwaad. Ik was in de war, wat had ik gedaan? "Hoezo door mij." Zei ik nu ook boos. Maar voordat ik antwoord kreeg liep ze boos weg. Wat heb ik dan gedaan. Hoezo door mij. Ik liep verward de gangen op. "Heb ik dagen lang zitten slapen of zo? Heb ik dagen gemist. Is de wereld gek geworden of alleen ik. Ik had het mis net. Ik heb niet alleen twee vragen nu heb ik er wel duizend. Okee Monika niet zo overdrijven. Oh nee, ik praat weer tegen mezelf." Ik ging op de vensterbank zitten en keek maar heel even naar buiten. Ik moest even rusten. Ik maakte mezelf als een balletje en keek toen rustig weer op. Ik moet echt op vakantie*.

Na een tijdje hebben gezeten keek ik op mijn horloge en zag dat ik te laat zou komen voor de les. Ik rende heel erg snel naar de les toe. We hadden les van Banning, dus hij was niet boos dat ik te laat was. Dus ik ging rustig zitten. De les ging goed, ik had al twee bezweringen geleerd. De rest was een beetje jaloers. Er waren al een paar die tegen me zaten te zeuren. Ik trok het me niks aan, want ik wist gewoon zeker. Dat ze dachten dat ik Stella had pijn gedaan. Na de les was ik moe en ik wilde eerlijk gezegd gaan slapen. Ook al had ik nog lessen. Na de andere lessen, was ik echt vermoeid. Ik liep een gang op om naar de eetzaal te gaan. Ik had geen honger, maar ik wou met Stella praten. Ik liet per ongeluk iets vallen, maar liep per ongeluk door. Ik liep terug om het op te rapen. Ik merkte het niet maar ik liet weer iets vallen dus ik liep de hele tijd heen en weer. Opeen schoof er een deur open. Ik schrok me dood. Wat is dit? Een geheime plek? Ik liep langs de gigantische deuren naar binnen. Er waren heel veel spiegels. Wat is dit voor een plek? Ik legde mijn tas neer op de grond en liep de kamer rond. Het was er rustig en fijn.

Na een tijdje in de kamer gezeten te hebben. besloot ik om naar buiten te gaan. Maar ik kreeg de deuren niet open. Hoe ben ik ook al weer naar binnen gegaan. Na een tijdje nagedacht te hebben. Probeerde ik van alles uit. Niks lukte. Toen begon ik heen en weer te lopen. Ik raakte een beetje in paniek. Maar plotseling ging de deur open. Ik schrok weer, maar ging snel uit de kamer. Ik was opgelucht, eindelijk die kamer uit. Nou eindelijk misschien een plekje voor mezelf. Ik liep snel naar de zaal toe, waar ik Stella zocht. Ik zag haar zitten, ze zat te kletsen. "He Stella, kan ik met je praten?" Vroeg ik kalm. "Ja maar natuurlijk Moontje." Stella was iets te blij, tenminste zo deed ze. "Ehm, weet je wie jou heeft aangevallen?" Vroeg ik aarzelend. "Wat? Oh dat, nee." Zei ze dromerig. "Mag ik vragen waarom je zo vrolijk bent." Vroeg ik een beetje blij, ik mocht de nieuwe Stella wel. Ze was niet zo luidruchtig, ze was alleen blij. "Ja, Tuurlijk mag je dat weten." En ze tikte op mijn neus. Ik vond het een beetje vreemd maar luisterde daarna aandachtig. "Carlo die gaat met mij nog een keer op een date. Maar nu alleen." Ik wou niet laten zien dat ik het niet zo leuk vond, maar ik keek blij voor haar. Ik wou niet dat ze wist dat ik hem leuk vond. Want anders kwam misschien de gemene Stella weer tevoorschijn. "Wat leuk!" Zei ik iets te blij, wat eigenlijk wel goed was. Ik had genoeg gehoord van Stella, dus ik nam afscheid en liep de zaal uit. Ik dacht dat er nog mensen raar naar me keken, maar nu bedankte ze me dat ik bij Stella bleef toen ze gewond was. Wat kunnen mensen toch snel van gedachte veranderen. Ik zag Carlo langslopen. Hij zei hoi, ik zei hoi terug maar liep snel door. Ik had niet zo'n zin om met hem over Stella te praten. Hij zou toch tegen Stella zeggen, dat hij haar niet leuk vind? Maar nu gaan ze opeens op een tweede date. Ik schudde de gedachtes weg en liep door naar de gang.

Ik besloot maar om naar mijn kamer te lopen. Ik zag twee mensen ruziën, het waren Thomas en het meisje die gemeen was. Ik geloof dat ze Elke heette. Ik weet dat het niet zo goed van me was, maar ik moest ze afluisteren. Ik vertrouwde ze gewoon niet. "Waarom niet!" Zei ze kwaad. "Waarom zou ik. Jij kan het ook doen. Ik ben je slaafje niet!" Zei hij kwaad. "Nou dat ben je wel!" Zei ze kwaad. "Wat! Jij bent echt gek. Ik heb niks aan jou." Zei hij kwaad. "Ach. Zonder mij, ben je niks!" Zei ze nu spottend. "Weet je wat dat zullen we wel zien. Ik maak het uit!" Zei hij kwaad. "Je doet maar. Ik luis je er toch wel in." Zei ze dreigend. "Dat doe je niet." Zei hij kwaad. "We zullen wel zien, of ga je anders naar professor Perkamentus." Zei ze weer spottend. "Ja! Dat ga ik zeker doen. Ik hoop dat je een slechte reis naar huis krijgt." Zei hij kwaad. "We zullen wel zien, wie hier naar huis gaat." Zei ze spottend. "Ga weg kreng." Zei thomas nu nog kwader. "Ga zelf weg mietje. Je kan niet eens iemand laten creperen van de pijn." Ze liep toen weg. Thomas liep mijn richting op, ik deed maar onopvallend en liep zijn richting op. Ik neuriede in mezelf zodat het niet opviel dat ik had meegeluisterd. Hij keek me woedend aan maar liep snel verder.

Ik realiseerde me eerst niet wat ik had gehoord. Maar daarna werd alles duidelijk. Het was Elke, zij had Cas en Stella pijn gedaan. Ik moest hiermee naar Perkamentus. Tenslotte moet hij hier wel iets aan doen. Ik liep naar zijn kantoor. Gelukkig liep hij net voorbij. "Professor Perkamentus ik moet met u praten." Drong ik aan. "Ja, juffrouw Haex. Dat had ik al verwacht. Kom maar mee naar boven." Boven aangekomen ging ik zitten op een stoel en vertelde mijn verhaal. Over gister met Stella. En wat ik ook had gehoord van Elke en Thomas. Hij wees er eerst op dat afluisteren heel onbeleefd was, maar dat hij het verder ging onderzoeken. Ik had mijn gevoel al wat meer onder controle. Toen Perkamentus mij een beetje gerust had gesteld, zei hij ook nog dat hij met Thomas en Elke zou praten. En dat hij ze zelfs misschien van school ging sturen.

Ik liep rustig naar mijn kamer toe. Ik ging rustig zitten op bed en merkte dat er een briefje onder me lag. Ik was zo moe dat ik het niet had gemerkt. Ik pakte het op en maakte het open.

Lieve Monika,

Kom naar het zwarte meer. Morgen om 7:00.

Liefs je weet wel.


"Nou ik weet niet wie je bent, Je weet wel." Ik dacht na wat er vandaag was gebeurt. Het word me een beetje teveel. Ik heb mijn nacht rust hard nodig.

Ik werd nu rustig wakker. Gelukkig geen nachtmerrie. Ik kleedde me om en liep naar het Zwarte meer. Het was tien over zeven, maar ik denk niet dat hij of zij weg gaat na tien minuutjes. Ik liep rond het Zwarte meer maar zag niemand. Totdat ik iemand mijn naam hoorde roepen.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.