Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Sing it Out! » 26. Dromen zijn bedrog.
Sing it Out!
Geschreven door:
Onderdeel van:
Laatst bijgewerkt:
10 aug 2010 - 20:03
Aantal woorden:
1045
Aantal reacties:
3
Aantal keer gelezen:
425
26. Dromen zijn bedrog.
Ik ga nog eens een poging doen om wat regelmatiger te schrijven. Al wie dit verhaal nog leest, veel plezier ermee xx Sofie
Zaterdagmorgen. Het openen van gordijnen had nog nooit zo luid geklonken. Een klikje was genoeg om het raam wagenwijd open te zetten. Met gesloten ogen ontmoette de fijne zonnestralen mijn bleke huid. Een zacht briesje speelde door mijn haren. Het geluid van vogels, de geur van verse bloemen. Nadat ik mijn ogen met tegenzin opende, zag ik hoe de zon het water van het meer in een glinsterend tapijt omtoverde. Dat herinnerde me er nog maar eens aan hoe het voorjaar langzamerhand uit zijn ellenlange winterslaap kwam. Het prikte, mijn ogen nog onwennig aan het felle licht dat ik in dagen niet gezien had.
Tegelijkertijd legde dat licht de ravage bloot die ik voordien niet onder ogen wilde komen.
Ik had gehuild, met als gevolg dat er nu overal witte propjes over de vloer verspreid lagen. De hoopjes kleren deden de kamer nog kleiner lijken. Zou er nog iemand in staat zijn om de vloer van de rotzooi te onderscheiden? Toch was die donkere periode niet voor niets. Het gaf me de zee van tijd die ik nodig had om na te denken. Bill was ik al weken niet meer onder ogen gekomen. Niet dat hij het niet probeerde. Iedere seconde dat ik me toch even buiten mijn kamer vertoonde, zag hij als een buitenkans. Die al snel werd afgelast door mijn vriendinnen. Zolang zij er waren zou Bill me dus wel met rust laten. Nadat iedereen van het voorval gehoord had, waren ze erg in hem teleurgesteld geweest. Zelfs Tom, zijn bloedeigen broer, vond dat hij te ver was gegaan. Bill stond er dus voorlopig alleen voor. En ik… ik wilde hem wel haten. Voor een tijdje was ik minstens even boos als de rest. Maar als ik die woede met het gemis en de angst hem te verliezen vergeleek, wogen die laatstgenoemden duidelijk harder door. Ontkennen dat ik hem miste kon ik niet. Elke schakel van mijn lichaam verlangde naar zijn aanrakingen, zijn aanwezigheid. Zoiets kon ik met alle moeite van de wereld niet onderdrukken. Het gevoel verscheurde me vanbinnen. Al wilde ik Bill doodgraag loslaten, dan zou me dat nog maar moeilijk lukken. Net zoals het weer prachtig opklaarde, was dat ook wat ik van mezelf verlangde. Het was me wel duidelijk dat gevoelens niet van de ene op de andere dag konden veranderen. Maar ik moest wel verder.
Ik opende de laden van mijn klerenkast en nam er een vers stapeltje ondergoed uit. Mijn voeten voerden me naar de badkamer waar ik de douchekraan volledig opendraaide. De afgeleefde kledij waar ik de laatste tijd in rondzwierf gleed zo van mijn lichaam. De hete waterstralen waren meer dan welkom. Na een half uur , stapte ik in mijn nieuwe setje ondergoed en liep naar de klerenkast. Ik zocht me een outfit met felle kleurtjes alsof mijn blik daar meteen ook van zou opklaren.
Gepakt en gezakt stond ik voor de wandspiegel tegenover de deur: haren in een staart gebonden, jeans, shirt, gympen en een zonnebril. Achter me waren twee tassen en een grote koffer aanwezig. Ieder jaar waren ze met me meegekomen. Dit was het dan. Tijd voor iets nieuws. Tijd om terug te leven. Het was geen spectaculaire oplossing. Vluchten is voor lafaards, iemand die voor de gemakkelijkste weg koos. Ik wilde mijn koffer van de grond nemen toen ik hoorde hoe achter mijn rug de deur openzwaaide.
‘Noa, ik ben zo blij dat je weer,-’ Het meisje in de deuropening zweeg abrupt toen ze de tassen in de gaten kreeg. ‘uit je bed gekomen bent.’ maakte ze haar zin pijnlijk fluisterend af. De stilte was te snijden. Niet-begrijpend dwaalde haar blik nogmaals over de bagage die achter me stond. Mijn schoenen schuifelden doelloos over de vloerbedekking. Met een krop in mijn keel draaide ik me om zodat ik oog in oog kwam met haar kwam te staan. De blik op haar aangezicht was hartverscheurend.
‘Merel,’ Mijn ogen keken even terug naar de toppen van mijn gympen. Ik liet de grote, zwarte zonnebril van mijn neus glijden, ademde diep uit en keek haar dan weer aan. ‘ik ga weg.’. De woorden waren nog niet half uitgesproken of ik zag hoe tranen haar prachtige, groene ogen vulden, die normalerwijze altijd zo opgewekt stonden. In nog geen seconde was de afstand die als een spanningsveld tussen ons in hing, overbrugd. Stevig hield ik haar in mijn armen, alsof ze mijn laatste reddingsboei was.
‘Noa, ik,- Waarom?’ snikte ze, en ik voelde hoe mijn shirt geleidelijk aan vochtig werd.
Ik voelde hoe haar vingertoppen de uitgelopen mascara van mijn wallen veegden. Daarbij verscheen er een waterig glimlachje op haar gezicht. De uitdrukking op haar gezicht zei meer dan duizend woorden dat hadden kunnen doen. Ze wilde me niet laten gaan. Ze wist ook dat ik er dag en nacht over had lopen piekeren. Ze wist dat ik niet van gedacht zou veranderen, dat, als dit was wat ik werkelijk wilde, niemand daar verandering in zou brengen. Ergens voelde het aan alsof ze had geweten wat er zou komen en bang wachtte op het moment waarop ik het haar zou zeggen. Toen we tegenover elkaar op bed zaten vertelde ik haar dat ik de allereerste trein naar huis zou nemen. Mijn thuis, dat is toch wat het moest voorstellen. Ik weet niet waar ik me het meest ‘thuis’ voelde, hier in Londen of de stad waar ik geboren en getogen ben, Brighton. In gedachten zag ik mijn moeder al uitbundig de inschrijvingsformulieren van universiteiten als Brighton en Sussex bovenhalen. Alsof mijn laatste jaar nog iets van betekenis zou hebben. ‘De ontnuchtering van het losbollige artiestenleventje’ zou ze het noemen. Merel wist even goed dat ik niet alleen een einde maakte aan mijn problemen. Het betekende meteen ook het einde van de droom die ik jarenlang had nagejaagd. Het einde van mijn leven, maar gelijktijdig een nieuw begin. Misschien was ik niet bestemd om singer/songwriter te worden en wilde het lot me daarop wijzen. Dit plan zou meer lijken op overleven in plaats van leven, maar zo het kon gewoon niet verder. Vluchten was een zwakke oplossing en het maakte me niets meer uit. Het was tijd.
Reacties:
xNadezhda zei op 10 aug 2010 - 11:18:
Ah Noa! ;(
Je moet je droom niet vergooien vanwege een jongen! [Zeker niet vanwege een jongen die eigenlijk niets fout heeft gedaan, behalve lichtelijk naïef zijn. ^^]
Sofie, ik ben oprecht blij dat je nog verder bent gegaan, en ik hoop inderdaad dat je vaker gaat posten. Want dit blijft echt een superleuk verhaal. ;D
De manier waarop je de emoties brengt trekt me echt helemaal de tekst in. Oh, ik hoop dat het goedkomt tussen Noa & Bill <3
Ah Noa! ;(
Je moet je droom niet vergooien vanwege een jongen! [Zeker niet vanwege een jongen die eigenlijk niets fout heeft gedaan, behalve lichtelijk naïef zijn. ^^]
Sofie, ik ben oprecht blij dat je nog verder bent gegaan, en ik hoop inderdaad dat je vaker gaat posten. Want dit blijft echt een superleuk verhaal. ;D
De manier waarop je de emoties brengt trekt me echt helemaal de tekst in. Oh, ik hoop dat het goedkomt tussen Noa & Bill <3
NOESZ! o.o'
NOESZ! o.o'
NOESZ! o.o'
Ze mag niet weg enzo. Ik bedoel, maar, NOU! Ze moet blijven. Het is... En... Bill? Ja, Bill! Die moeten we hebben! Bill! Bill moet achter haar aan, of zo. Zoals toen bij haar thuis, enzo. Jha, dat moet enzo! En ik zeg veel 'enzo' atm, me scusi.
Maar... Blub.
I like it. Serieus, je brengt het echt goed. Oh, en ik ben blij dat je wat vaker wilt gaan posten!