Hoofdcategorieën
Home » Overige » .. » De ontmoeting
..
De ontmoeting
Ik kijk uit het raampje van het vliegtuig. Volgens mij dalen we. Alle kleine, zwarte stipjes veranderen in iets grotere zwarte stippen. En die stippen veranderen weer in vrachtwagens en auto´s. Tenminste, ik denk dat het vrachtwagens en auto´s zijn. Geen mensen in ieder geval…
Het rode lampje gaat knipperen dus ik doe braaf mijn riem om en wacht tot de wielen van het vliegtuig de grond raken. Dat vind ik altijd het stomste deel van vliegen; het landen. Het geeft me nog meer het gevoel dat ik alleen ben. Vroeger hield ik altijd de hand van mijn moeder naast me vast als we gingen landen. Maar als ik nu naar de stoel naast me kijk, zie ik alles behalve mijn moeder.
Het vliegtuig rijdt de landingsbaan op, waardoor alles trilt. Ik doe mijn ogen dicht en wacht tot het voorbij is.
Als ik merk dat het vliegtuig is gestopt, doe ik mijn ogen weer open en zie dat de mensen allemaal opstaan en hun koffers pakken. Ik doe hetzelfde en loop onhandig het vliegtuig uit. Waarom moeten we zo’n wankel trapje aflopen terwijl bijna alle passagiers koffers bij hun hebben?! Dat gaat toch niet! Ik loop het trapje af en sleep de koffer achter me aan.
Bij de bagageband zie ik een man staan die een beetje zenuwachtig om zich heen kijkt. Hij is best lang en zijn armen zijn ook lang. Daardoor komt hij een beetje slungelig over. Hij heeft donker, warrig haar dat door een blauw petje in bedwang wordt gehouden. Als de man mij ziet, glimlacht hij en komen zijn slungelige armen en benen in beweging. Ja, dat is Jasper. Ome Jasper. Hij doet me een beetje aan mijn vader denken, alleen had mijn vader lichter haar en Jasper heeft een mooiere kaaklijn dan mijn vader had. Heeft… het is moeilijk om in de verledentijd over mijn ouders te denken. Bovendien bestaan ze nog steeds. Mijn vader heeft nog steeds lichter haar dan Jasper. Dat is geen verledentijd.
We staan nu tegenover elkaar. Jasper glimlacht zenuwachtig en er valt een ongemakkelijke stilte.
‘’Hallo Lynn. Hoe was je reis?’’. ‘’ Hmm, ging wel goed. Het was niet zo’n lange reis dus ik heb me niet echt verveeld ofzo..’’. Dit is de eerst keer dat ik Jasper ontmoet. Heel ongemakkelijk. We lopen samen weer terug naar de bagageband en wachten op mijn andere koffers. Jasper is volgens mij niet zo’n prater. Ik ook niet. Daardoor zijn er steeds lange stiltes, maar het maakt mij niet zo veel uit. Misschien moeten we elkaar eerst beter leren kennen.
We lopen met mijn koffers naar de uitgang van het vliegveld en zoeken een karretje om mijn koffers op te leggen. Met het karretje lopen we naar de auto van Jasper. Het is een krakkemikkig klein, rood autootje, maar mijn koffers passen er precies in. Ik ga op de passagiersstoel zitten en Jasper start de auto. Zo zitten we een half uur naast elkaar. Ik kijk uit mijn raampje en kijk naar het mooie, Schotse landschap. Jasper brabbelt wat over mijn school, waar ik over een week naartoe ga. Daar kijk ik echt tegenop. Ik ben niet zo goed in nieuwe vrienden maken enzo…
Na ongeveer 40 minuten in de auto te hebben gezeten, rijden we langs een bordje waarop staat ‘’Welcome in Helmsdale’’’.
Ga verdeeeer : D