Hoofdcategorieėn
Home » Tokio Hotel » The Eyes of a Stranger » Final journey
The Eyes of a Stranger
Final journey
De tijd was bevroren wanneer ik bij hem was. Hij zat nog steeds op de leuning van zijn bed, ik was op de grond gezakt met mijn rug tegen de voordeur. Zijn ogen hadden mij al die tijd aangekeken en ik was verplicht om het contact niet te verbreken. De tijd die tussen ons in zweefde gaf ons de kans om elkaar beter te bestuderen. Ik vroeg mij alleen af wat hij in mij kon vinden wat interessant was, hij daarentegen bleef elke minuut fascinerend.
Ik had nu de kans om alles wat op mijn hart lag eruit te gooien, het enige wat mij daar nu van tegenhield, was omdat ik niet wist hoe. Telkens wanneer ik hem zag voelde ik mij gedwongen om hem rustig te benaderen. Zijn blik was dan misschien van steen, maar achter die muur stond glas op het punt te breken, de barsten waren in zijn ogen al op te merken, en laat ik niet de persoon zijn die bewust wil pijnigen. Dus, hoe moest ik dit nu aanpakken? De krantenknipsels die ik de vorige keer had gezien op zijn muur lonkte naar mij, baden om naar gevraagd te worden. Allemaal vervaagde gezichten zonder naam wilden van de glimlach af die op camera was gelegd. Ik wist dat het te laat was, maar ik had het gevoel dat ik ze moest helpen, want ik wist dat er niet zomaar een reden was dat zij een plekje hadden gekregen op de muur, omringt door krassen, teksten en zelfs.. bloed.
Mijn adem stokte bij het herkennen van bloed. Handafdrukken, vegen en teksten waren gemaakt met de rode inkt. Enkele onbekende gezichten waren ermee ingekleurd. Het beeld van hem die bibberig met zijn bloederige vingers over een van de foto’s ging, schoot als een kogel door mijn hoofd; het startschot.
“Wil je.”¯ Ik slikte een groot obstakel door in mijn keel. “-Wil je vertellen wie dat zijn?”¯ Mijn ogen flitste van de muur weg naar hem. Hij had voor geen moment zijn blik van mij afgeweken. De kracht die hij bezat in zijn ogen bleef mij versteld staan. Vanaf hier kon ik zien hoe het paarse vuur rond zijn pupillen uitbarstte. Het vertelde mij dat ik alsnog over die onzichtbare lijn was getreden. Ik was buiten mijn boekje gegaan. Maar wanneer wist ik dat ik te ver ging, als ik niet eens wist wat er in dat boekje stond? Hij frustreerde mij, omdat hij niets zei. Niet over zichzelf, niet wat hij van mij moest, helemaal niets!
“Uhm.. mag ik kijken?”¯ Hij verroerde zich niet, het enige wat hij deed was zijn ogen mee laten draaien toen ik voorzichtig opstond om naar de beplakte muur te lopen. Bij het terug zien van de krantenknipsel die ik bij het eerste bezoek had gelezen, kroop het gevoel van toen weer naar boven. Al had ik geen idee wat er precies was gebeurd met deze mensen - ja, ze waren op een gruwelijke wijze vermoord - wist ik wel dat ze verbonden waren met hem. Anders had hij dit vast niet opgeplakt, maar vooral zou hij niet telkens weer zo heftig reageren als ik er iets naar vroeg. Dit was een diepe wond bij hem, en ik wilde dit maar al te graag verzorgen, al vroeg ik mij af of dit ooit te herstellen viel.
Een voor een ging ik de foto’s af. Ik zag oude gezichten, jonge gezichten, mooie gezichten, lachende gezichten, vermoeide gezichten en gezichten met overduidelijke gelijkenissen, zijn familie. Ik beet hard op het puntje van mijn tong om de brandende vraag niet te stellen. De wond die al niet meer te genezen viel zou ik zo alleen maar verder uitgraven. Toch keek ik om naar hem in de hoop de antwoorden uit hem te halen die met doorzichtige inkt in zijn huid zat gekerfd, maar hij was verdwenen.
“Stranger?”¯ fluisterde ik, maakte ondertussen een klein rondje om mijn as. Hij was nergens te bekennen. Door zijn huis lopen om hem te zoeken zag ik niet als een optie, ik voelde mij al zo onbeschoft dat ik zonder te vragen hier naar binnen was gegaan. Zo fixeerde ik mij weer op de muur. Mijn ogen volgde de lijnen van de krassen en het bloed, een zin kwam te voorschijn:
”¯Without the heart we would be machines.”¯
Mijn nekharen schoten overeind. Wanneer ik het zachtjes voorlas werd de huid van mijn nek gestreeld door zijn zachte en zeer koude ademhaling. “Ik heb geen hart,”¯ zei hij kil. Met een snelle draai keek ik hem recht aan, de kou die door merg en been ging negerend. Onderzoekend schoten mijn ogen over zijn gezicht, puur automatisme.
“Je bent geen machine.”¯
“Nee, ik ben een monster,”¯ was zijn weerwoord. Wild schudde ik mijn hoofd. Hij kon geen gelijk hebben. Deze jongen had dan misschien problemen, hij kon geen monster zijn, dat kon gewoon niet!
“Dat is niet waar. Je hebt gewoon mensen nodig die om je geven.”¯ Er viel een stilte. Hij observeerde mij nog beter dan normaal, het liet mij wat nerveus op mijn onderlip bijten en probeerde met alle macht van hem weg te kijken. Ter vergeefs, hij was hier veel te goed in.
Zijn ogen begonnen weer terug te vlammen en zei dan met een lage ondertoon: “De mensen die om mij gaven heb ik vermoord.”¯
Met grote ogen en een haperende ademhaling keek ik nog eens goed in zijn ogen. Nee, nee, nee! De waarheid was er overduidelijk uit te lezen, hij meende dit! Angstig keek van hem weg naar de muur. Alle gezichten draaide voor mijn netvlies. Woorden uit de krantenknipsels flitste voorbij, het nieuws werd door mezelf voor een tweede keer voorgelezen: Moord. Slachtoffers. Berlijn. Afschuwelijk. Spoorloos. De woorden werden aan elkaar gekoppeld met zijn naam ertussen.
Alles was opeens zoveel duidelijker.
You lived your life like a sleeping swan
Your time has come
To go deeper
Girl,
Your final journey has just begun
But destiny chose the reaper
Reacties:
AAAAH, ik hou ook van dit verhaal. ik kreeg bijna hart aanval bij Final Journey. Lol ><! ik had het eigenlijk al geleze voordat het werd aangepast. dus
vond ook weer niet zo erg. maar i love this. je wilt hier echt alles meteen weten. hoe die vampier is geworden, waarom. alles gewoon. ik vind dit echt ongelooflijk sexy. Ja ik zei sexy ! omdat dit een van de mooiste verhalen wat ik tot nu lees.
Wauw ._.
Ik kreeg ook een hartaanval bij 'Final journey', ik dacht dat dit het einde was o.o
Godzijdank niet. Maar het einde komt steeds dichterbij, en dat vind ik dan weer niet zo leuk. :x
& je moet ook van dit verhaal houden. Het is zo geniaal. En dat woord wordt zo vaak gebruikt dat het bijna geen betekenis meer lijkt te hebben, maar ah. Dit ís geniaal. Alle puzzelstukjes horen in elkaar & het is zo duidelijk dat je hier zoveel emotie insteekt.
Ik klets onzin. Maar dat komt door mijn hartaanval. Dit is zo prachtig. <3