Hoofdcategorieën
Home » Harry Potter » Unexpected Friendship » 54. Confused, It's al good and laughing
Unexpected Friendship
54. Confused, It's al good and laughing
Monika's P.O.V.
"Monika, Monika." Ik draaide me om en zag dat het Lili was. Ik liep snel naar haar toe en gaf haar een knuffel. "Gaat alles goed met je." Begon ze. "Nou, niet echt. Ik heb me officieel voor gek verklaard." Zei ik met een trilling in mijn stem. Ik keek naar de grond. "Monika, waarom dat nou weer." "Nou, toen je me de glazen bol had gegeven. Toen zag ik verschrikkelijke beelden. Nu krijg ik ze ook niet meer uit mijn hoofd." Ik ging zitten en Lili ging naast me zitten. "En ik zag Stella ook de hele tijd voor me, hoe ze onder het bloed zat. En mezelf ook opeens. Maar het gekke is… Stella is nu in orde." Lili zat voor zich uit te staren, ze keek me toen aan en het leek erop of ze een idee had. "Dan gaan we toch zometeen even naar de ziekenzaal. Vragen we aan mevrouw Plijster, hoe Stella zo snel beter is. "Ja, misschien is dat goed." Zei ik starend naar het Zwarte meer. "Lili?" "Ja." "Wil je alsjeblieft niet meer in de buurt komen van Thomas en zeker niet in de buurt van Elke zijn." Vroeg ik bang. "Waarom niet?" Vroeg ze onzeker. "Nou ik denk dat zij achter de aanvallen zit." "WAT!" Zei Lili geschrokken. "Ik hoorde ze gister erover ruziën. "Weet je dat wel zeker?" Aarzelde ze nu. "Ja, geloof je me niet?" Vroeg ik onzeker. "Jawel, ik geloof je wel." "Gelukkig, want ik ben ook al bij professor Perkamentus geweest." Zei ik snel. "Wat zei hij?" Vroeg ze snel. "Hij zei dat hij met ze zal praten en misschien van school afsturen." Zei ik blij. "Oeh, we kunnen ook naar professor Zwamdrift gaan." Zei Lili Enthousiast. "Dat is een goed idee." Zei ik blij. Na een tijdje hebben gepraat over van alles. Besloot ik om naar de lucht te staren. Toen keek ik naar de wilg, ik dacht dat ik iemand zag. Vast me verbeeld. Opeens zag ik wat glinsteren. Ik stond op en liep er naar toe. "Hé, wat is dit?" Zei ik verward. "Wat doet de oorbel van Leona hier?" Zei ik verward. Lili stond nu naast me. "Ik zou het niet weten." Antwoordde ze me. We keken allebei omhoog, maar zagen niks. Maar het leek er echt op of iemand daar zat. Ik keek Lili weer aan. Ik keek weer naar de oorbel van Leona. "Vast laten vallen toen ze met Fred en George aan het stoeien was. Ik zal het haar wel teruggeven." Zei ik rustig. "Krak" "Wat was dat?" Vroeg Lili me. We keken weer naar boven. Nu zag ik echt iemand. Er zat echt iemand in de boom, ik zal maar niks tegen Lili zeggen. "Vast een vogel. Je ziet spoken." Zei ik snel. "Dat moet jij nodig zeggen." Lachte ze. "Eeh, spot niet met mij." Zei ik lachend. We liepen rustig weg. Ik keek een keer om naar de boom. Maar zag dit keer niemand meer.
Gelukkig had ik les met Griffoendor vandaag, dan kon ik makkelijk de oorbel aan Leona geven. Ik nam afscheid van Lili, die aan de Zwadderich tafel ging zitten. Ik ging aan de Huffelpuf tafel zitten. Naast Tom en naast een meisje die ik al een paar keer had gezien. "He, ik ben Monika." Zei ik blij. "Oh, he. Ik ben Samantha, maar zeg maar Sam." Zei ze glimlachend. "Oke Sam, zit je in de tweede?" Vroeg ik. "Ja, ik heb een slaapkamer verder dan jij, denk ik?" Zei ze tegen me. "Oh ja, nu je het zegt." Ik mocht haar meteen. Daarna liet ik nog een paar tekeningen laten zien aan Tom, hij vond ze goed. Gelukkig. "Monika, laat die ene eens zien waar ik op sta." Zei Tom enthousiast. Ik pakte het en liet het zien. "Wow die lijkt sprekend." Zei Sam. "Wat lijkt sprekend?" Zei een stem die voor ons stond. Het was Carlo. "Deze tekening, waar ik op sta." En Tom liet de tekening zien aan Carlo. "Je hebt gelijk Sam." Zei Carlo. "Je bent echt goed, Monika." "Dankje, Carlo." Ik keek weer naar de tafel, ik had niet echt veel zin om met hem te praten. Ik keek op mijn horloge en moest over 10 min bij de les zijn, dus ik wilde hier maar weg van Carlo. "Ik ehm, ik ga." Ik raapte mijn tekeningen bij elkaar en liep weg. "Doei." En ik liep van ze weg. Op de gang werd ik door Carlo gestopt. "Wat is er?" Zei Carlo verward. "Oh Eh, wil je de waarheid of moet ik gewoon iets verzinnen." Zei ik boos. Ik liep verder. "Monika, wat heb jij?" "Je bedoelt waarom doe je mij na." Zei ik kwaad. "Mij nadoen, waar heb je het…" Het leek erop dat hij snapte wat ik bedoelde. "Monika sorry, het was een impuls." "Ik dacht dat je eerlijk zou zijn tegen Stella." "Dat wou ik ook, maar ze was zo geschrokken dat ze was aangevallen. En ik wou de pijn verminderen zodat ze wat blijer was." Zei hij rustig. "En waarom maak jij je daar zo druk over." Zei hij met een glimlach. "Nou, omdat ik…" Eh ik wist niks te zeggen. "Ik wil gewoon dat je eerlijk tegen je zelf bent." Zei ik snel. "Nee, dat is het niet hè." Zei hij blij. Ik keek weer op mijn horloge. "Eh, ik moet gaan." Zei ik snel en liep snel verder. Ik hoorde hem lachen. Ik lachte nu ook een beetje in mezelf. "Is nu alles weer goed?" Riep hij nog. Ik draaide me om. "Zijn we weer vriendjes?" Riep hij weer. Ik knikte en liep weer verder.
Aangekomen bij Bezweringen liep ik naar Leona. Ik had les samen met Griffoendor. Dus dat kwam goed uit. "He Leona, ik heb net je oorbel gevonden. Hier." Ik gaf haar de oorbel. "Dankje, ik was hem al kwijt. Waar heb je hem gevonden?" "Oh, bij het Zwarte meer. Bij de wilg." Ik draaide me om, om ergens te gaan zitten. Ik ging naast Alexz zitten een kamergenootje. "He Alexz." He Monika." Weet je misschien wat we moeten doen." Vroeg ik aan haar. "Oh, ik zou het niet weten. Professor Banning is er even niet." Na een paar minuten kwam hij het lokaal binnen. Hij was uitgeput. "Ik heb een paar leerlingen nodig." Zei hij hijgend. Jij, jij, jij en uh jij. Hij wees mij als laatste aan. Hij had Leona ook aangewezen. We liepen naar hem toe. "Jullie gaan heel even deze spullen halen bij professor Sneep. Oh nee niet bij hem. Maarja, we moeten wel. We kregen een lijstje met de spullen die we moesten halen. We klopte aan de grote deur van het lokaal van Toverdranken. "Binnen!" Riep een stem, het was professor Sneep. In het lokaal zag ik Mateusz zitten. Jack gaf de lijst, hij was een andere huffelpuffer. We bleven toen staan. Sneep liep al naar achter. "Waar blijven jullie." Werd er geschreeuwd, vlug liepen we naar achter. Ik hield een paar dingen vast. Ik keek naar de klas. Opeens zag ik professor Perkamentus in het lokaal. "Severus!" Hoorde ik hem roepen. "Ik kom al. Wat is er Albus." "Kan ik twee leerlingen meenemen?" "Ga je gang." En sneep ging weer naar achter. "Meneer Lockhood en Jufrouw Guessmacher willen jullie mij volgen. Ze keken elkaar aan en daarna volgde ze professor Perkamentus. Gelukkig, ze worden nu van school afgestuurd.
We liepen met de spullen het lokaal uit. We liepen terug met z'n vieren naar de les. Tijdens de les schreef ik al een briefje naar Lili.
Lieve Lili,
Ik denk dat Thomas en Elke van school worden afgestuurd. Ik zie je om 2 uur in de eetzaal.
Van je weet wel.M.
Ik vouwde het op als een vogeltje en betoverde het zodat het naar Lili toe vloog. Ik keek naar rechts en zag Leona staren. "Hoe deed je dat nou weer?" Fluisterde ze vragend. "Staat in het boek. Bladzijde 243." Fluisterde ik terug. "Maar daar zijn we nog helemaal niet." Vroeg ze nu wat harder. "Dat weet ik, maar ik verveelde me een keer. En toen zocht ik naar leuke en handige toverspreuk." Ze begreep me, en begon meteen iets op te zoeken.
Na de les liep ik naar de eetzaal. Daar zag ik Lili. Ik seinde dat ze naar me toe moest komen. Ze nam afscheid van de mensen van haar tafel. Ik liep alvast een stuk naar voren. Ze haalde me in en we liepen door. Ik wou haar de plek laten zien, waar ik een paar dagen geleden was. We waren de trappen op gegaan, we kwamen eindelijk bij de zevende verdieping. Daarna liep ik snel naar de muur. "Wat doen we hier?" Vroeg Lili zich af. "Oh, wacht maar even." Ik liep een paar keer heen en weer. En de muur opende zich. "Wat is… Dit." Ze was denk ik verbaast. "Kom, anders ziet iemand ons." We liepen snel naar binnen. Ik liet mijn tas vallen en zocht een bank of stoel. Er stond nu een bankstel. Waar ik me op neer plofte. "Wat is dit voor kamer?" Vroeg Lili. "Nou vorige keer was het anders ingericht. Toen stond er een kleine bank en nu een kei grote bank. Misschien luistert de kamer naar je ofzo als je het nodig hebt. De vorige keer dat ik hier was, moest ik even alleen zijn." Legde ik uit. "Oh ja. Vandaag zag ik tijdens de les dat Thomas en Elke met Perkamentus mee moesten. Misschien worden ze nu van school afgestuurd." Legde ik weer uit. Lili liet zich ook op de bank ploffen. "Echt, maar dat is geweldig nieuws. Kan dit onze geheime plek worden?" Vroeg Lili. "Dat is best wel een goed idee. Maar vertel dit alsjeblieft niet door." Zei ik snel. "Nee, dat zou ik nooit doen. Ik ben niet zoals alle andere Zwadderaars, ik verraad geen beste vriendin." We gaven elkaar een knuffel en gingen over wat anders praten. Na een tijdje in de kamer rond hebben gehangen. Gingen we uit de kamer. We liepen weer helemaal naar beneden, beneden aangekomen gingen we naar de eetzaal. Onderweg naar de eetzaal zagen we opeens Elke en Thomas lopen. "Wat! Ze zijn hier nog. Lili wil je alsjeblieft vragen waarom ze met perkamentus meegingen." Lili knikte en liep naar ze toe. Ik liep snel naar de eetzaal, om te gaan zitten. Want ik werd niet goed. Ik dacht dat ze van schoolgestuurd zouden worden. Maar ze lopen nog steeds hier rond. "Monika, wat zie je wit." Ik hoorde het vaag, toen keek ik op. Het was Tom. "Oh, dat kan best. Ik ben nu echt mijn verstand verloren." Zei ik geshocked. "Gaat het wel?" "Ja, ik ben alleen in de war." "Misschien moet je wat eten, dan voel je je vast veel beter." Zei Tom bezorgd. "Ja, dat is misschien een goed idee." Ik schepte mijn bord vol en at de helft op, want ik had geen honger meer. Ik pakte een boek om een leuke of handige spreuk te zoeken. Toen vond ik een spreuk dat misschien mij wel helpt. Amnesia: Wist een gedeelte van je geheugen. "Dit is perfect." Zei ik hard op. Tom keek me raar aan. "Oh, sorry. Ik had wat geweldigs gevonden voor me." "Wat dan?" Vroeg Tom nieuwsgierig. "Dat is voor mij en niet voor jou." Zei ik serieus met een lach. "Doe niet zo flauw Monika." "Oh okee, maar voor een voorwaarde." Zei ik glimlachend "En dat is?" Vroeg hij achterdochtig. "Ik mag het op jou uitoefenen." Hij twijfelde en dacht na. "Deal." Ik besloot niet de geheugenspreuk uit te voeren, dus ik bladerde stiekem verder. "Perfect." Ik zwaaide mijn toverstaf. "Gniffel." Hij begon opeens de hele tijd te lachen. "Jeee ha ha he he ebt ha ha he he lemaal ge ge lijk. Echt een een spr spreuk ha ha voor jouhou. Stohop Stop, pleahease." Zei hij de hele tijd lachend. "Oeps, hier staat geen tegenspreuk." Ik bladerde snel. Tom bleef de hele tijd lachen, mensen begonnen hem raar aan te staren. Toen begon ik ook te lachen, want het werd gewoon te grappig. "Oeps er is geen tegenspreuk." Zei ik schamend maar lachend. "Wahat." Hij probeerde boos te zijn, maar dat lukte niet makkelijk. Want hij lachtte de hele tijd. "Ehm, het verdwijnt pas over een paar uur. Sorry." Hij bleef maar lachen. Toen begon ik weer. Toen zag ik Lili naar me seinen. "Sorry Tom, maar ik moet gaan." "Wahat laahaat haha je me hier achter." "Jahaha." Ik lachtte hem een beetje uit.
Aangekomen bij Lili, liepen we snel door de gangen. "En? Wat zei Elke of Thomas?" Vroeg ik snel aan Lili. "Ehm…" Begon ze.
leuk
heb niet veel om op te merken^^