Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » De Elementen - De aardleerling - » Hoofdstuk 24: De terugkeer

De Elementen - De aardleerling -

12 sep 2010 - 19:32

1515

0

319



Hoofdstuk 24: De terugkeer

Kuro wordt door de beste verpleegsters en helers van Troyana verzorgt in de zoekenboeg van het kasteel. Het is voor iedereen nog altijd een raadsel hoe hij de erge wonden heeft kunnen overleven. De dagen gaan voorbij terwijl Kuro in een coma ligt. Jenna blijft trouw aan zijn rechterzijde waken tot het moment is aangebroken dat hij wakker komt. Jako komt ongerust de kamer binnen.
‘Hoe gaat het met hem?’
‘Zijn koorts is gezakt.’
‘Jenna, is het niet eens tijd dat je wat anders doet dan bij hem blijven?’
‘Nee! Ik hou van hem. Toen wij alleen waren heeft hij zich opgeoffert voor mij. En nu doe ik hetzelfde.’

Wanneer Jenna ’s nachts in slaap zit voor Kuro’s bed gebeurt er iets onverwachts.
‘...Nu doe ik hetzelfde... Hetzelfde....zelfde...zelfde....’
Met een ruk zit Kuro recht. Hij staat met grote ogen naar een kale muur. Meteen voelt hij de pijn in zijn rug en zijn armen. Met een kleine kreet probeert hij om hulp te roepen. Hij moet uit dit bed. Weg van deze plek. Hij moet zijn moeder helpen. Hij mag niet te laat zijn. Hij moet het Kwaad voor zijn. Wanneer Jenna de kreet van Kuro hoort is ze eerst angstig maar dan blij. Ze springt recht uit haar stoel en omarmt hem vurig.
‘Ik moet weg. Ik moet mijn moeder helpen! Ze is in gevaar.’
Angstig gooit Kuro Jenna van zich af. Door de kreet die in heel het kasteel te horen is, is ook Jako gealarmeerd. Hij rent de kamer binnen en duwt Kuro tegen het bed. Meteen begint Kuro gevig te spartelen.
‘Ik moet weg! Mijn moeder!’
‘Je moeder is ver weg. Ze is veilig. Ze zit in Bah’Kar.’
‘Is ze niet! Het kwaad! Hij heeft mensen gestuurd. Ze gaan haar doden! Ze volgen me al vanaf ik Marcus vond. Door mij is hij ook gestorven!’
‘Wie is Marcus? Kuro wat is er aan de hand?’
Na een tijd is Kuro gekalmeerd en maakt hij iedereen duidelijk wat er gebeurd is met Vako en wat die allemaal aan Kuro heeft vertelt. Meteen roept de Koning de serveuzes samen en zorgt ervoor dat de twee paarden, Liria en Emilia klaarstaan om te vertrekken. Beiden zijn ze voorzien van een stevig zadel en een tas waarin wat voedsel zit voor de terugweg. De koning heeft er ook voor gezorgt dat ze een groot deel van de reis in een boot kunnen doorbrengen waardoor ze binnen twee dagen al weer in Bah’Kar zijn. De groep staat klaar om te vertrekken wanneer Kuro door twee serveuzes al ondersteunend naar Liria gebracht word. Kuro laat de serveuzes los en vergeet even zijn pijn die door de helers de laatste uren nog eens is geminimaliseerd. Hij richt zich naar de koning en omhelst hem.
‘Bedankt voor alle hulp.’
Daarna laat hij hem los en kruipt met wat hulp op Liria. Jenna heeft haar vader een hevige knuffel en gaat dan plaats nemen achter Kuro. Jako en Bella zwaaien even kort naar de koning terwijl ze op Emilia zitten. En dan zet Kuro Liria in gallop.
De reis op de boot is voor Kuro een vermoeiende en pijnlijke toch geweest. Zijn blauwe plekken begint hij opnieuw wat beter te voelen en ook de diepe snedes in zijn arm bloeden wat door de abrupte bewegingen en de ijzige koude. Maar mentaal is het voor Kuro en ook Jenna een hel geweest. Elke avond kwam Kuro wakker al gillend met dezelfde woorden die hij steeds maar herhaalt:
‘Je moeder zal sterven! ’
Wanneer de hoorn van de boot tweemaal blaast beseft Kuro dat ze het rijk van aarde aan het naderen zijn. Hij rept zich naar Jako en Bella. Met vlugge woorden maakt hij hen duidelijk dat ze nu moeten vlug zijn. Kuro wil zo vlug mogelijk zijn huis bereiken.

Het is stil als Kuro als eerste met Jenna en Liria het huis van zijn moeder bereikt. Is het muisstil. Te stil. Kuro loopt gevoelloze benen naar binnen. Hij vergeet even al zijn pijn. Hij hoort geen geluid. Alles van de buitenwereld... Alles wat zijn doel is te beschermen... vergeet hij. Even heeft hij wat hoop als hij merkt dat de keuken leeg is. Wanneer hij eenmaal de trap bereikt vervliegt die hoop. Kleine opgedroogde bloedplasjes stapelen zich op elke trap op. Kuro’s hersenen werken op volle toeren en dan. Dan valt zijn wereld stil. Voor hem in de kamer waar hij zijn hele leven heeft geslapen en geleefd ligt zijn moeder. Doodstil. Ze heeft kleine schaafwonden aan haar knieen en handen. Op de plek waar haar hart zit steekt een pijl. Het bloed stroomt in kleine straaltjes naar buiten. Dan beweegt het lichaam dat Kuro zo even voor dood had gewaand. Kleine pareltjes traanvocht rollen over de wangen van Kuro wanneer hij zich neerknielt naast zijn moeder. Hij vergeet zijn pijn in de handen en legt zij arm als steun onder haar hoofd. Mira draait traag haar hoofd naar Kuro ze opent haar ogen. Met een zwakke blik staart ze naar Kuro’s geschaafde gezicht. Ze glimlacht. Ze hoest. Bloed. Zacht sluit ze haar ogen. Voordat ze haar laatste adem uitblaast zegt ze vier woorden:
‘Ik hou van je.’
Kuro legt zijn natte wangen tegen het koele gezicht van zijn moeder. Hij huilt. Even voelt hij zich alleen op de wereld. Dan komt een hand om zijn zei troost geven. Jenna zit geknield naast haar met rode ogen. Ze neemt het hoofd van Kuro en omhelst hem. Ze fluistert hem zachte woorden in. Daar liggen ze samen voor enkele uren. Aan de van de kamer staan Jako en Bella hand in hand droevig te kijken. Wat zich in de kamer heeft afgespeeld moet vreselijk zijn geweest. Kuro kijkt op naar de rechterhand van zijn moeder. Hij merkt dat er een verfrommeld briefje erin vast zit. Hij veegt de warm geworden tranen uit zijn ogen en duwt Jenna van zich af. Langzaam haalt hij het briefje uit de koud geworden handen van Mira en begint het zacht te lezen.
‘Kuro,
Als je dit leest ben ik er waarschijnlijk niet meer. Ik heb met veel liefde voor jouw gezorgt, wel zeventien jaar lang. Soms had ik het even moeilijk maar die tijd ging vlug voorbij. Je bent nu op een leeftijd gekomen dat je voor jezelf zal moeten zorgen. Gelukkig heb je vrienden die je nog kunnen steunen want wat er op jou wacht zal niet gemakkelijk zijn. Ik wil je nu iets vertellen wat je me misschien lang zal kwalijk nemen. Iets waarvan je in jezelf zegt : Waarom heeft ze het me nooit vertelt?
Ik ben je echte moeder niet. Ook al ken je me al heel je leven. Net toen je geboren was verliet je moeder deze wereld. Ze stierf toen jij op deze aarde kwam. Ik heb vanaf die dag beslist om op jou te passen. Nu zit mijn taak er op. Je moet niet huilen Kuro, ik weet namelijk dat je dit momenteel doet. Nu heb ik je nog twee dingen te vertellen voordat ik je de opdracht heef om me te begraven. Nee ik moet geen feestelijke begraving hebben. Ik wil gewoon hier, in ons tuintje achter het huis, begraven worden. En ik hoop dat je me dit gunt want dit is namelijk wat ik wil.
Eerst moet ik je vragen om voorzichtig te zijn. Je bent een jongen met een speciale gave, ja ik weet meer over je krachten dan jij zelf beseft. Hou je vrienden dicht bij je en probeer zo weinig mogelijk vijanden te maken.
Voordat je nu deze brief naast je legt moet ik je nog duidelijk maken dat je een vader hebt. Hij heeft zit in een groep die zich inzetten om de verkozene te vinden en hem alles bij te leren wat hij maar kan weten. Het is jou taak ook om hem te vinden. Vind hem of iemand van de groep. Zij zullen je zeker helpen.
Ik moet je nu laten. God wacht op me. Ik wens je het beste toe. Je bent de zoon die ik altijd al wilde en die ik door een schenking van god heb gekregen.
Hou je sterk,schat. ’
Het duurt niet lang of Kuro toont de brief aan iedereen. Samen met Jako opent hij een put in het kleine tuintje achter het huis terwijl Jenna en Bella er alles aan doen om Mira, Kuro’s pleegmoeder, zo levendig mogelijk er uit te zien voor haar begrafenis. De avond is al gevallen wanneer iederen rondom de put staat waar Mira haar stenen grafkist zo zal voor eeuwig verborgen zijn voor de buitenwereld. Wanneer Jako en Kuro de kist zacht in de put laten neerdalen zingen Jenna en Bella hemelse liederen die gaan over wat Mira allemaal voor deze wereld betekend heeft. Ook Liria staat stil hinnikend haar medeleven te tonen aan Kuro. Opnieuw rolt een traan over zijn wangen. Maar niet van verdriet. Maar van geluk. Wanneer de put gedicht is en Jako het zelf gemaakte stenen kruis op de plek zet lopen zij gedrieën samen met Liria weg. Alleen Kuro blijft achter. Hij legt zijn bloemen op het graf van zijn moeder. Even voelt hij zich gelukkig. Er verschijnt een glimlach op zijn gezicht. Dan draait hij zich om en loopt het huis in.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.