Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Secrets [S] » Ordinary Day
Secrets [S]
Ordinary Day
Het begon donker te worden op de Duitse wegen, wat gepaard ging met afname van de drukte. Een toename van kunstmatig licht gaf de steden vanaf de snelweg een prachtig uiterlijk. Het waren net duizenden sterretjes. De verzamelingen van lichtjes werden met elkaar verbonden door honderden, misschien wel duizenden wegen. Van snelwegen tot grindpaadjes, die samen een netwerk vormden. Een netwerk dat door duizenden voertuigen tegelijk gebruikt werd. Voertuigen die stuk voor stuk een individueel lichtpuntje vormden.
Eén ervan was een donkere Audi R8. Van buitenaf was de auto niet heel speciaal, buiten dat hij uitstraalde dat hij meer gekost had dan de gemiddelde auto. Toch was er waarschijnlijk niemand op de weg die zich bijster voor het uiterlijk van de auto zou interesseren.
Tot ze wisten wie erin zaten. Vier jongens, die eigenlijk net zo normaal waren als de auto waar ze in zaten. Een beetje teveel geld en een onschuldig luxe leventje. Vier artiesten, die intens van hun rust genoten na anderhalve maand op tour te zijn geweest. Een gitarist, een drummer, een basgitarist en een zanger. Niets bijzonders; waarschijnlijk zou bijna niemand hen herkennen. Zeker niet nu de zanger geen make-up droeg en zijn haar niet omhoog had gezet.
Tot de naam van de band die ze samen vormden genoemd werd. Dan veranderde alles.
Maar daar hadden de jongens tijdelijk geen last van. Niet zolang ze samen in de Audi zaten. In die auto waren ze gewoon een groep vrienden die op vakantie ging.
Tom zat achter het stuur. Ze gingen met zijn auto, omdat die het grootst was. Desondanks was Tom als de dood dat er iets met zijn eigendom zou gebeuren - hij beschouwde het voertuig een beetje als zijn kind. De andere jongens maakten er regelmatig grapjes over en op die momenten grapte Tom mee, maar eigenlijk was de auto wel degelijk belangrijk voor hem. Zijn vrienden erin laten rijden was in dit geval redelijk onvermijdelijk, maar dat hield niet weg dat hij het niet prettig vond.
De jongens hadden afgesproken om een maximaal tweeënhalf uur achterelkaar te rijden, alvorens elkaar af te wisselen. De eerste negen kwartieren van de reis zaten erop, wat voor Tom betekende dat hij ergens een parkeerplaats moest gaan zoeken, waar hij het stuur uit handen zou kunnen geven. Met tegenzin deed hij dat, hopend dat het nog even zou duren voor hij er daadwerkelijk één zou vinden. Zijn vrienden zouden het misschien wel niet eens merken als hij opzettelijk gewoon doorreed. Gustav zat met Bill op de achterbank en was tegen diens schouder in slaap gevallen. Bill speelde afwezig met de haartjes van de jongen naast zich, zonder ook maar enige aandacht aan iets anders te besteden.
Georg zat naast Tom, op de passagiersstoel. Het was moeilijk te zeggen of hij er volledig met zijn hoofd bij was, omdat hij wezenloos uit het raam staarde. Niemand wist of hij überhaupt iets zag. Af en toe bewogen zijn ogen mee met het donkere landschap, andere momenten bewogen ze helemaal niet - dan knipperde hij zelfs bijna niet.
Plots werd Tom overvallen door een gevoel van eenzaamheid. Zijn vrienden waren dan wel bij hem, en daar was hij heel blij mee, maar ze negeerden hem gewoon. Natuurlijk deden ze het niet opzettelijk, dat wist Tom ook wel, ze waren gewoon in hun eigen gedachten verzonken. In gedachten waren ze vertrokken naar andere werelden, hun eigen werelden, waarin zoiets als Tom niet bestond. Toch probeerde de jongen zich naar die werelden te verplaatsen. Hij wilde weten hoe het was; een wereld zonder zichzelf. Hij wilde weten waar zijn vrienden aan dachten, over droomden en fantaseerden.
Zelfs van Bill wist hij dat niet. Niet meer. Hij leek steeds aan het meisje uit Parijs te denken. Tom was van plan geweest hem erover uit te horen, maar het was er niet van gekomen. Eén ding was wel zeker: er was iets aan haar wat Bill behoorlijk bezighield. En er was nog iets, of eigenlijk iemand, waar Bill bovengemiddeld veel aandacht aan besteedde. Dat was Gustav. Tom zou op sommige momenten kunnen zweren dat er tussen die twee meer was dan vriendschap, maar op andere momenten was er niets wat daarop duidde. En als Bill homo was, waarom hield dat ene meisje hem dan zo bezig?
‘Over enkele meters een afslag naar een parkeerterrein,’ onderbrak Georg Toms gedachten, net op het moment dat hij besloot zijn broer zo snel mogelijk uit te horen.
‘Waar?’ reageerde de chauffeur op paniekerige toon, die te wijten was aan het besef dat hij met zijn hoofd niet bij het autorijden was geweest. Hij moest zich inhouden om geen abrupte ruk aan het stuur te geven, als een reflex van de schrik.
‘Zoals de bordjes aangeven,’ antwoordde Georg rustig, ‘en volgens mij werd het tijd ook.’
Tom knikte en probeerde zich weer op de weg te concentreren. Het kostte hem de nodige moeite, maar hij wist de auto toch veilig te parkeren.
‘Wil iemand misschien even zijn bennen strekken of naar het toilet?’ vroeg Tom. Hij kreeg geen verbale antwoorden, dus nam hij aan van niet.
‘Bill, het is jouw beurt om te rijden,’ sprak de jongen dapper verder. Een protesterende kreun, die vanaf de achterbank kwam, was het enige antwoord Bill gaf.
‘Je hebt het beloofd!’ jammerde Tom. Bill reageerde met een antwoord dat identiek was aan dat van enkele tellen eerder.
‘Bill, alsjeblieft,’ smeekte Tom. Hij voelde zowel een drift- als een woedeaanval opkomen.
‘Ik wil anders ook wel rijden,’ stelde Georg zich beschikbaar.
‘Nee,’ snauwde Tom, botter dan de bedoeling was.
‘Waarom niet?’ Georg was overdonderd door Toms reactie.
‘Omdat,’ de jongen achter het stuur voelde dat zijn handen begonnen te trillen, ‘ik dat niet wil.’ Hij klemde zijn kaken op elkaar, in een poging zijn emoties onder controle te houden.’
‘Waarom niet?’
‘Gewoon niet. Doe toch niet zo bijdehand.’ De woede weerklonk steeds duidelijker in zijn stem.
‘Tom? Ik denk dat we even frisse lucht moeten opzoeken.’ Georg verwachtte heftig protest, maar dat kwam niet. Tom stemde timide in, dus verlieten de twee jongens de auto.
‘Man, wat is er aan de hand?’ vroeg Georg, toen beide jongens samen op vaste grond stonden. ‘En zeg niet niets, want dat is een leugen.’
‘Ik vind het lullig om te vertellen.’ Tom haalde diep adem, om zijn tranen van woede binnen te houden.
‘Zeg het maar gewoon.’ Tom reageerde niet.
‘Alsjeblieft?’ smeekte Georg, terwijl hij probeerde Toms blik te vangen. Die verhinderde dit door naar de grond te staren.
‘Onder één voorwaarde.’
‘Zeg het maar,’ zei Georg rustig.
‘Je mag me niet uitlachen.’
‘Beloofd.’
Tom snoof ongelovig, maar begon aan zijn uitleg, al was het met een vraag: ‘Heb je enig idee wat mijn auto voor me betekend?’
‘Niet precies, maar in elk geval heel veel.’
‘Klopt. Ik heb het ding nog nooit uit handen gegeven. En ik vertrouw Bill gewoon het meest, dus ik wil dat hij bewijst dat andere mensen ook met mijn autootje om kunnen gaan.’
Georg reageerde in een impuls, door Tom dicht tegen zich aan te drukken. Dat was voor Tom de reden dat hij zijn tranen niet langer binnen kon houden. Eerst stroomden ze rustig over zijn wangen, toen steeds sneller en gepaard met wanhopige, moeilijke ademhaling.
‘Het is goed, Tom. We zorgen ervoor dat Bill verder rijdt,’ stelde Georg Tom gerust, om hem vervolgens in zijn armen uit te laten huilen.
Het duurde een hele poos voor Tom tot rust was gekomen, en het feit dat Bill niet naar buiten was gekomen om te kijken waarom het zolang duurde, zat hem flink dwars.
‘Georg?’ vroeg hij zachtjes, bijna fluisterend.
‘Ja?’ De stem klonk nog altijd kalm.
‘Kunnen we dit alsjeblieft tussen ons houden?’ Georg antwoordde door te knikken, terwijl een glimlach op zijn gezicht tevoorschijn kwam.
Hun geheimpje, van Tom en hem alleen.
Zelfs Bill wist het niet.
Thank you so much for your love,
for your support,
for everything you do,
every single day.
I'm so sorry for everything I've done.
I'm sorry for taking me so long.
I'm sorry for writing crap.
Reacties:
oh lieve hemel
kijk dan wil je heel blij reageren
en dan zie je dat kleine roze stukje tekst
en dan hoor Bill gwoon praten in je hoofd
en
ja
dat kwam weer in mn dagschema
want ik kreeg een lachstuip
maar
ehm
ik zat toen ik dit verhaal aan het lezen was
gewoon te bedenken
hoe de fock
jij dat had kunnen verzinnen en zoo mooi op papier heb kunnen zetten
dus daar wil ik graag antwoord op (:
en je laat me alweer lachen
door het grijze stukje tekst
'i'm sorry for taking me so long' <- ja dat klopt
'I'm sorry for writing crap.' <- lachstuip
je mag best trots op jezelf zijn hoor.
én als jij dat niet bent
dan ben ik t wel =D
-tering veelste lange reactie -
Dit is echt zo mooi
En Tom is denk ik een beetje over-obsessed
Snel verder!
<33