Hoofdcategorieën
Home » Overige » Schrijfwedstrijden » 3 - Don't Let Me Get Me
Schrijfwedstrijden
3 - Don't Let Me Get Me
Duizenden scherven liggen op de grond, staan symbool voor mijn ziel die in duizend stukjes is gespleten, omdat ik niet bij hem kan zijn. De pijn de het doet, wordt prachtig weerspiegeld in de stukjes kapotte spiegel. De pijn die is veroorzaakt door de liefde, die door mijn aderen stroomt en voor het leven net zo belangrijk is als het bloed. Bloed, dat met zijn rode kleur symbool staat voor liefde. Bloed dat nu uit mijn opengehaalde hand stroomt, om zich bij de stukjes van mijn ziel op de grond te voegen. Het bloed druppelt ritmisch mijn lichaam uit, maar de liefde niet. Die gaat niet weg, die zal ook nooit weggaan. De liefde zal eeuwig pijn blijven doen. Want nooit zal ik bij hem kunnen zijn. En ook al heb ik de spiegel kapot geslagen, wordt alles nog steeds weerspiegeld. Dat was waarom ik uitgehaald had. Want als ik in de spiegel naar mijn neus keek, zag ik die van hem. Als ik naar mijn ogen keek , zag ik die van hem betekenisvol twinkelen. Als ik naar mijn ingevallen wangen keek, zag ik bij hem kuiltjes ontstaan omdat hij lachte. Als ik naar mijn haar keek, bedacht ik dat hij de reden is dat ik het zwart heb geverfd. En keek ik naar mijn lippen, vroeg ik me af hoe de zijne zouden smaken.
Dat was de druppel geweest.
Vanaf dat moment was ik de spiegel als mijn grootste vijand gaan beschouwen, en had hem in stukjes geslagen, enkel en alleen opdat ik niet meer naar zijn spiegelbeeld hoefde te kijken.
Nu ligt hij op de grond, in duizend stukjes. Duizend maal zie ik nu mijn eigen spiegelbeeld, en tegelijkertijd het zijne. Duizend maal zie ik een eenzame traan over mijn wang rollen, zich mengen met de pijn en liefde in de vorm van bloed, om zich vervolgens te storten op mijn ziel in de vorm van scherven.
En terwijl dat gebeurt, weet ik dat hij één of ander meisje heeft gescoord, en dat hij niet eens denkt aan huilen. Dat hij zich niet eens herinnert dat hij dat ook nog kan, of dat ik dat kan. Dat ik dat misschien wel doe. Hij denkt niet aan mij, dat weet ik. Hij weet ook niet dat ik wel aan hem denk.
Dat is beter zo, heb ik mezelf altijd wijsgemaakt. Hij hoeft niet te weten dat ik van hem hou. Hij wil het ook helemaal niet weten. Dat ik wil dat hij het weet, maakt niet uit. Het gaat niet om mij, het gaat om hem.
En eigenlijk wil ik ook helemaal niet dat hij weet dat ik van hem hou. Niet als hij niet van mij houdt, en dat doet hij niet. Het enige dat ik wil is dat hij, ooit, tegen me zegt dat hij van me houdt. Maar dat zal hij nooit doen. Hij leeft in zijn eigen wereld, een wereld waar ik geen deel van uitmaak. Een wereld waarin ik alleen welkom ben als hij me ergens voor kan gebruiken, daarna niet meer. En hij heeft me al verbazingwekkend lang niet nodig gehad.
Gek genoeg ga ik daardoor alleen maar meer van hem houden. Hoe meer hij me afstoot, hoe meer hij vergeet dat ik besta, hoe meer ik naar hem verlang. Hoe meer meisjes hij verslijt, hoe meer ik ernaar snak om ooit ook op dat lijstje te mogen staan. Om de laatste naam erop te zijn, en die altijd te blijven, omdat hij na mij niemand meer wil. Omdat wij samen altijd gelukkig kunnen zijn, zo gelukkig dat hij niemand anders meer nodig heeft. Dat wordt hem niet. Het zal simpelweg nooit gebeuren. Hij zal mij nooit nodig hebben en ik… hem wel.
Het liefst wil ik nu gaan slapen, deze ravage achterlaten en wachten tot hij me vindt. Zo. Onder het bloed, de tranen, en omringt door scherven van de kapotte spiegel. Dan ziet hij eindelijk wat hij met me doet, dat dit allemaal door hem komt. Dan voelt hij zich schuldig en krijgt hij medelijden met me.
Maar hij zal mijn kamer nooit inkomen, hij heeft het te druk met zichzelf.
Toch heb ik geen zin om te douchen, alle pijn van me af te spoelen, te doen alsof er niets gebeurd is.
Maar als ik het niet doe, moet ik zoveel moeite doen om mijn lakens schoon te krijgen. En als mijn wond gaat ontsteken, en ik mijn vingers daardoor misschien niet meer normaal kan bewegen, dan kan ik geen gitaar meer spelen, voor hem, want voor mezelf hoeft dat niet. Voor hem wel, en het is fijn om mezelf wijs te maken dat hij het erg zou vinden als ik ermee stop.
Dus stap ik toch maar onder de douche. De wond in mijn hand prikt verschrikkelijk als het water hem schoonspoelt en de tranen stromen over mijn wangen. Ik betwijfel of die daarvan komen, of gewoon omdat ik eindelijk aan mezelf toegegeven heb dat ik nooit bij hem zal zijn.
En met gesloten ogen geef ik me over aan de pijn.
Reacties:
Damn, kind, dit is ook al zo goed geschreven. Het is zo zielig en mooi enenen.
Ja. Het is niet raar meer dat jouw schrijfsels zorgen dat ik sprakeloos ben. Nouja. Aan de ene kant wel, want like, het blijft me verbazen hoe mooi je schrijft. -niet ontkennen. Just don't. Ookal ben je het er niet mee eens.-
I love your stories.
And I love you <3
Waaauw,
Dit is echt net zo mooi.
Wow
Het is echt zo prachtig gemaakt Bo, wauw hé.
-is sprakeloos-
- leest nog eens over-
Echt een zwaar verhaal, maar zo ontzettend mooi.
~
Ohgosh.
O__o
Hij is mooi <3