Hoofdcategorien
Home » Tokio Hotel » ûÃâFantastic TwoÃâë » Not my hair !!
ûÃâFantastic TwoÃâë
Not my hair !!
Hij noemt dat dus een kracht? Nooit echt bij stilgestaan.
Wat voor een kracht zal ik dan hebben?
Weet ik toch niet? Jij deed het, antwoord hij snugger en haalt nonchalant zijn schouders op.
Maar wat doen we dan met mijn haar? Typisch mijn broertje, altijd naar alle aandacht grijpen, niet geïnteresseerd in een ander.
Zal ik het eens bijknippen?
Wí¡í¡t! Ben je geschift? Ik laat je écht niet mijn trots aanraken en dan hélemaal niet met een schaar! gilt hij panisch en dondert zowat van het bed af van zijn eigen opvlieger.
Chill, wie zegt dat ik het met een schaar zal doen? lach ik spottend om hem te plagen. Zijn pupillen vergroten en het lijkt dat hij me op mijn woord geloofd.
Bill, komaan! Je moet echt eens stoppen met í¡lles te geloven wat er maar uit mijn mond rolt. Als ik zeg dat eigenlijk een vagina heb, zal je nog ja knikken, gier ik nu uit en doe moeite om mijn lachtranen te bedwingen, maar het lukt. Zijn blik veranderd van verbazing naar onweer en ik zie al bijna de donderwolk boven zijn hoofd hangen. Klootzak! Roept hij nog en staat razend op.
Bill, het was maar een-
Ja ja, een geintje zeker? Ik geloof niet alles! roept hij beledigend door en kruist zijn armen voor zijn borst.
Doe eens rustig, ik wil je alleen maar helpen met je haar! verhef ik nu ook mijn stem, ik laat het niet toe hoe hij allemaal scheldwoorden naar mijn hoofd slingert.
Je kan niet eens recht knippen in een papiertje, laat staan in mijn haar!
Hoe weet jij dat zo zeker? En zeg niet dat jij je haar kaarsrecht wilt?! Die woorden laten hem denken, dat laat hij zien aan zijn houding. Yes, ik win. Een grijns van triomf siert mijn lippen en wacht af wat hij hierop te zeggen heeft.
Meen je het serieus? piept hij een beetje bang. Ja, broertje lief. Wees gerust, het komt goed. Nerveus begint hij aan zijn vingers te frunniken en laat zijn ringen zo langs elkaar rinkelen, maar knikt dan toestemmend. Wow, dat kind vertrouwd mij gewoon? Laat zijn haren, wat alles voor hem is, aan mij over?! Cool. Grijnzend sta ik op en duw Bill de badkamer in.
Zeker? zeg ik plagend om hem nóg zenuwachtiger te maken dan hij al is.
Tom, over één half uur moeten we op school zijn! Het werkt blijkbaar, grinnik in mijn gedachtes. Uit een lade haal ik een klein schaartje te voorschijn. Via het spiegelbeeld zie ik hoe mijn broertje bang op zijn onderlip knaagt.
Shht, komt goed. Gefocust bekijk ik zijn afgebroken haarlok en bekijk dan de rest. Okay, ik weet nu ongeveer hoe het zal gaan worden. Geconcentreerd begin ik voorzichtig te knippen. Bill laat een hoorbaar kreetje vrij bij het zien van een lok die langs zijn gezicht valt. Ik let niet meer op hem en ga druk verder met zijn kapsel in orde te krijgen. Kleine zwarte plukjes dwarrelen naar beneden en bedekken de witte tegels van de badkamervloer. Ziezo, klaar. Kritisch bekijkt ik het resultaat en kom tot de conclusie dat ik het nog niet zo slecht heb gedaan?
En? vraag ik nieuwsgierig naar zijn antwoord. Het topje van zijn neus raakt de spiegel aan en zijn ogen kijken op en neer om alles goed in beeld te krijgen.
Tomi, fluistert hij en gaat wat van zijn spiegelbeeld vandaan.
Ja? Gott, straks vliegt hij om mijn keel om me te wurgen omdat het verschrikkelijk is!
Dit is P-R-A-C-H-T-I-G !! gilt hij opgewonden en springt van het krukje, waar ik hem op had geplaatst, en vliegt rond mijn hals. Een voldane glimlach plaats zich op mijn gezicht en onarm hem ook stevig, ben blij dat hij het ook mooi vindt.
Zullen we maar snel een broodje naar binnenwerken? Er zijn alweer twintig minuten afgedropen van onze kleine halfuur. Bill knikt instemmend.
Met Bill, die een opgelucht hart heeft, loop ik naar beneden, terwijl ik met mijn gedachtes nog steeds aan die ontplofte wekker zit. Ik schrok al mijn cornflakes naar binnen en maak wat boterhammen klaar voor de nieuwe, saaie schooldag. Als we nou niet zo gepest werden, dan had ik misschien méér zin in school. Nu ga ik al dood aan het woord alleen al!
Kom! Ik trek mijn broertje weg van de eettafel, anders gaat hij daar never weg! Die kan eten, ongelofelijk! En dan vraag ik me af waar hij het laat want aan zijn tengere lichaampje is het niet te zien.
We belanden op de fiets en hebben nog een kleine vijf minuten om in ons lokaal aan te komen en het ergste van í¡l is dat we wiskunde hebben op een Maandagochtend! Dat is heuse marteling, zoiets doe je een van je grootste vijanden niet aan! Over vijanden gesproken, die lopen hier genoeg rond in dit grauwe gebouw genaamd school. Geen van ons beide heeft erom gevraagd om gepest te worden, toch gebeurd het. Er is géén enkele acceptatie uit hun lege ogen te lezen! Zelfingenomen zakken zijn het. Hun reputatie hoog houden en dus de opvallende mensen neer halen, Bill dus. Hij valt iets meer op dan ik, door zijn zwarte haren en de donker omlijnde ogen. Het is niet dat ik niet gepest wordt, zeker wel, maar ik kan er beter mee omgaan of eerder gezegd: beter negeren. Bill heeft daar moeite mee en voelt zich snel aangevallen. Hij is één en al emotie die jongen, hij hoort gewoon zachtaardig aangepakt te worden net zoals hij met de andere om zou gaan, als hij de kans er voor kreeg. Goed gehoord. Paar grote jongens pesten hem, zogezegd ons, en dan keert de héle school hun rug naar ons toe, zwak is het!
Een beetje nabriesend over de laatste vreselijke gebeurtenissen op school, kom ik aan bij het bijhorende fietsenrek van school en dump daar mijn fiets met een harde knal. Gaat het? hoor ik mijn broertje fluisteren, die achter mij aan struikelt om zo mijn 'stoom afblazende tempo' bij te houden.
Prima, antwoord ik geprikkeld. Het liefst zou ik í¡l die mensen neerknallen met hun miezerige leventje die iets bij Bill hebben uitgevoerd, en dan heb ik het niet alleen over geestelijke kwelling, maar óók over lichamelijke. Via late nachten ben ik erachter gekomen, want gewoon in mijn gezicht vertellen heeft hij never en nooit gedaan! Tijdens zijn kwetsbaarste moment, had ik door dat Bill zowat aangerand werd door die mensjes die zichzelf populair noemen. Het was tijdens zijn slapen, waar het leven voor hem wat minder zwaar lijkt en de druk op zijn schouders eens weggleden. Ik heb het zo met hem, gebeden om wat pijn van hem weg te nemen en zelf te dragen, maar ik weet dat het niet kan.
Bill, komaan! Je moet echt eens stoppen met í¡lles te geloven wat er maar uit mijn mond rolt. Als ik zeg dat eigenlijk een vagina heb, zal je nog ja knikken, gier ik nu uit en doe moeite om mijn lachtranen te bedwingen, maar het lukt. Zijn blik veranderd van verbazing naar onweer en ik zie al bijna de donderwolk boven zijn hoofd hangen. Klootzak! Roept hij nog en staat razend op.
zucht..
tomi tomi toch.
^^
he's superman.