Hoofdcategorieën
Home » Twilight » Take a risk, Take a chance, Make a change {afgewerkt} » 17. The end of just the beginning
Take a risk, Take a chance, Make a change {afgewerkt}
17. The end of just the beginning
Ik vecht om mijn oogleden open te houden, hoewel de pijn het haast onmogelijk maakt. De kamer om me heen draait en is wazig, ik probeer mijn hoofd te draaien als ik voel hoe mijn armen opgetild worden. Links zie ik Emma zitten, haar uitdrukking wanhopig en tranen rollen over haar wangen terwijl haar lippen een woord blijven vormen, ik kan het niet verstaan. Ik wil zeggen dat ze harder moet praten hoewel ik kan zien dat ze schreeuwt maar ik hoor niks en kan niks zeggen. Het enige dat ik hoor is de zachte stem van Embry. Als een flashback hoor ik alle dingen die hij ooit tegen me gezegd heeft. Ik draai mijn hoofd naar rechts als ik iets kouds in mijn arm voel en zie net hoe Victoria haar tanden in mijn arm zet, ik probeer mijn hoofd weer naar Emma te draaien. Die in paniek aan mijn arm trekt en blijft gillen. ‘Ren,’ mijn lippen vormen het woordgeluidloos. Ze snapt me niet. ‘Ren,’ ik probeer het nog een keer, maar er komt geen geluid over mijn lippen. ‘Ren,’ herhaal ik wat meer in paniek, hoewel ik nog steeds niks kan zeggen. Ze snapt me, springt struikelend overeind en probeert naar de deur te komen. Alleen zie ik dat niet meer want op dat moment voel ik hoe brandende pijn zich razendsnel door mijn lichaam verspreidt.
Ik hol mijn rug en gil het uit van de pijn, nu opeens komt er wel geluid over mijn lippen. Ik rol me op mijn zij, trek mijn knieën op en blijf gillen van de pijn. Ik rol terug op mijn rug en blijf stuiptrekken. Ik weet niet hoelang dat zo doorgaat, maar ik voel hoe ik verplaatst wordt, terwijl ik maar blijf gillen dat ze me dood moeten maken, dat het allemaal teveel is.
Dat er teveel brand is, dat het niet meer gaat, maar niemand haalt me uit deze hel en ik besluit dat dit dan de straf is voor alle keren dat ik iemand onrecht aangedaan heb.
Of misschien ben ik in mijn vorige leven wel verschrikkelijk geweest dat ik nu zoveel te lijden heb, in dat geval zal ik het zonder verder te klagen ondergaan, maar ik kan me haast niet voorstellen ik nu kan stoppen met gillen. Na lange tijd voel ik de pijn eindelijk minderen en dan open ik langzaam mijn ogen.
Ik lig op een bed, het plafond is wit en de kamer is fel verlicht door zonlicht. Ik knipper nog wat met mijn ogen en kom dan langzaam overeind.
Ik kijk recht in het gezicht van Carlisle en ben verbaasd hem te zien.
Ik kijk de kamer door, alle andere Cullens die er de afgelopen tijd waren, zijn hier ook, zelfs Jacob is hier, maar ze kijken me allemaal angstig aan, op hun hoede en onderzoekend. Ik snap het niet? Wat is hier aan de hand? Is iedereen dan dood? Kan het dat het in de hemel net zo is als op aarde? Dat je precies hetzelfde verder leeft maar dan een stuk minder kwetsbaar?
Carlisle is degene die een paar stappen dichterbij doet en zacht tegen me begint te praten. Het valt me op dat hij heel zacht praat maar ik hem toch kan verstaan.
Ik vraag me alleen af of ik hem ook begrijp, want wat hij me nu probeert wijs te maken is niet geloofwaardig.
Vampier.
Ik.
Kan dus niet, concludeer ik.
Ik schud mijn hoofd. ‘Ik kan geen vampier zijn,’ het is het eerste dat ik gezegd heb en het valt me op hoe helder en fluweelzacht mijn stem is nu. Haast als tinkelende belletjes in de wind, als de mooiste muziek met het liefste melodietje, het liedje dat lang in je hoofd blijft hangen maar je niet irriteert omdat je de pure schoonheid ervan ervaart.
Alice komt langzaam aanlopen en houdt me een spiegel voor. Ik kijk naar mezelf, maar het meisje dat ik in de spiegel zie lijkt niet op mij. In de spiegel zie ik ronduit het mooiste meisje dat ik ooit gezien heb, en dat terwijl ik normaal gesproken een minderwaardigheidscomplex heb. Twee helderrode ogen kijken me aan, en glijden over mijn eigen, nieuwe gezicht. Volgen de nu volmaakte vormen en ik voel langzaam aan mijn huid. Het voelt anders. Ik laat mijn hand over mijn lichaam strijken en bij mijn hart aangekomen stop ik even. Geen hartslag.
Dan herinner ik me plotseling iets. ‘Waar is Emma?’ vraag ik. Mijn lippen gaan zo snel dat het me verbaasd dat Jasper op rustige toon antwoord. ‘Ze is nu bij Jared en Kim, die zorgen voorlopig voor haar, jij kan nu niet bij haar in de buurt komen.’
Ik frons. ‘Waarom kan ik niet naar mijn eigen dochter?’
Jasper zucht licht. ‘Je kan nog niet goed tegen mensenbloed. Dan krijg je oncontroleerbare dorst en wie weet wat je dan met je dochter zal doen.’
Ik knik. ‘Maar waarom is Jacob dan hier? Voor zover ik weet heeft hij ook bloed.’ Jasper knikt. ‘Het verbaasd me ook dat je zo rustig kan blijven onder het feit dat je in dezelfde kamer staat als iemand met stromend bloed.’
‘Het kan hetzelfde zijn als Bella,’ zegt Alice die naast Jasper gaat staan. ‘Zou kunnen, ze is weerwolven gewend,’ grijnst Emmett. ‘En aangezien de meeste honden iet echt lekker ruiken,’ snuift Rosalie, en haar blik glijdt even naar Jacob. Die tegen de muur, naast de deur geleund staat.
‘Ik wil naar Emma,’ zeg ik, de woorden van de anderen interesseren me weinig. ‘En naar Embry,’ glimlacht Edward die binnenkomt. Ik kijk hem met grote ogen aan, mijn wenkbrauwen gefronst. Hoe kan hij weten dat ik eraan dacht om naar Embry te gaan? ‘Gedachtelezen,’ antwoord Edward de vraag in mijn gedachten.
Mijn mond zakt een stukje open en ik knipper verbaasd. ‘O,’ stoot ik stomverbaasd uit. ‘Misschien heb jij ook wel een gave,’ glimlacht Carlisle. Ik knipper nog wat sneller. ‘Gave? Wacht even, dit gaat te snel. Ik ben blond ja,’ blaas ik.
De anderen grinniken. ‘Een die wel toegeeft dat ze blond is,’ grinnikt Jacob, en werpt Rosalie een veel betekende blik toe.
Ik gooi een kussen naar zijn hoofd en het verbaast me dat het kussen zo’n hoge snelheid heeft, gelukkig vangt Jacob het kussen vlak voordat het tegen zijn hoofd kan knallen. Ik sla geschrokken mijn hand voor mijn mond. ‘Sorry!’ piep ik. Jacob lacht. ‘Fijn is dat, nou kan een van mijn beste vriendinnen me nog uitmoorden ook!’ Ik lach ook, een zacht, maar prettig geluid.
‘Ik denk dat ze het wel aan kan om naar Emma te gaan,’ zegt een meisje dat naar binnen komt lopen, dat moet dan vast Bella zijn. Dankbaar kijk ik haar aan. ‘Ik weet zeker dat ik mijn dochter niets zal doen!’ Ik kan het wel schreeuwen, zo graag wil ik naar haar toe, maar Carlisle schudt beslist zijn hoofd. ‘Geen sprake van, je zou er kapot van zijn als je haar wat aandoet.’ Ik buig mijn hoofd, omdat ik weet dat de woorden die hij spreekt de waarheid zijn. ‘Het komende halfjaar zal je rustig aan, aan mensen moeten gaan wennen. En dan kan je beter eerst bij mensen in de buurt komen die je minder veel doen.’ Ik knik. ‘Maar wees niet bang, we zullen er alles aan doen om jou nog geen druppel mensenbloed te laten drinken,’ belooft Edward, en ik geloof hem. ‘Emma is toch wel gezond? De laatste keer dat ik haar zag was met Victoria,’ zeg ik plotseling angstig.
Reacties:
Jij. Gaat. Als. De. Bliksem. Verder.
dit verhaal is echt awesome en dit stukje was ook weer geweldig!
en @ Reactiongirl: ik was haar al aan het dwingen
Snel verder!
xxx
OMG, nu moet jij heeeeeeeeeel snel verder van mij!!! Anders ga ik tegen Jeanine zeggen dat ze je moet gaan dwingen
Ze is een vampier. Die had ik niet echt zien aankomen..
SNEL VERDER!!! Melding?
xxx
snel meer!!
xx