Hoofdcategorieėn
Home » A-Team » Gemekker in de dubbeldekker » Gemekker in de dubbeldekker 3
Gemekker in de dubbeldekker
Gemekker in de dubbeldekker 3
Hoofdstuk 3
Een week later komt Joe met een voorstel. Hij wil een open dag organiseren om de mensen uit het dorp en de wijde omgeving kennis te laten maken met zijn bedrijf. Daarmee hoopt hij eventuele vijandigheid ten opzichte van geiten weg te nemen en de aanleiding tot de dreigbrieven en pesterijen.
Zijn personeel reageert enthousiast.
De dagen die volgen wordt er hard gewerkt om de farm schoon en netjes te maken. Na het dagelijkse werk worden alle schoonmaakspullen tevoorschijn gehaald en heerst er een ander soort bedrijvigheid op The Goathill dan anders. Ray loopt uren met een ragebol door de stallen, waarna hij grijs van de spinnenwebben naar buiten komt. Catalina schrobt de lammerenhokken schoon. Don spuit alle machines af tot ze blinkend in de loods staan. Nelly poetst de veranda en verzorgt alle perkjes en plantenbakken. Lizzy moet minibekertjes inslaan voor de melkproeverij en verse koekjes en cake bakken. En Joe ten slotte probeert al zijn geiten te borstelen om ze mooi wit te maken. Als alles piekfijn in orde is, roept hij z’n personeel bij elkaar en nodigt hen uit voor een heerlijke maaltijd. Hij heeft de Chinees een rijsttafel laten bezorgen, zodat Nelly en Lizzy niet nog eens een halve avond in de keuken hoeven te staan. De sfeer is opperbest en iedereen is de zorgen van vorige week vergeten.
Rond een uur of 10 gaan Catalina, Ray en Lizzy naar huis en Nelly trekt zich terug in haar huisje op het erf. Don geeft nog even wat papieren aan zijn baas, en gaat ook naar huis. Op weg naar zijn auto doet hij alvast de buitenlampen aan voor Joe die ‘s avonds altijd nog een ronde maakt over zijn bedrijf.
Als binnen alles is opgeruimd, kijkt de jonge boer tevreden zijn lege woonkeuken rond.
“Wat een heerlijke week en wat een fantastische avond hebben we achter de rug. Als morgen de open dag ook zo verloopt, hebben we eer van ons werk,”¯ mijmert hij halfluid.
Joe trekt zijn bodywarmer aan, pakt een grote zaklamp van de kapstok en loopt naar buiten. Als hij de eerste stal heeft gecontroleerd en de deur achter zich dicht trekt, ruikt hij iets verontrustends. Brandlucht! Hij kijkt geschrokken om zich heen en ziet tegen het huis flikkerend oranje licht. Met z’n hart in zijn keel rent hij terug. Net om de hoek ziet hij al vlammen. Het gereedschaphok staat in lichterlaaie. Hij grist de poederblusser van de veranda, rent terug naar het hok en spuit tot de blusser leeg is. Gelukkig is het genoeg om de vlammen te doven. Hij rent naar binnen en roept de brandweer op. Ook belt hij Don. Zijn vrouw neemt vanwege het late uur geschrokken de telefoon op. Don is nog niet eens thuis, maar ze belooft om hem terug te sturen zodra ze hem ziet.
In een roes ontvangt Joe de brandweermannen op zijn erf. Hij wijst hen de plek waar de brand tien minuten geleden woedde. Ze blussen de nog smeulende resten en met grote zaklampen onderzoeken ze alle hoeken van het gereedschapshok, op zoek naar de oorzaak.
Nelly komt gehuld in haar ochtendjas met natte haren aandribbelen. Ze kwam na het douchen uit de badkamer en zag blauw licht door haar halletje flitsen waar ze behoorlijk van schrok.
“Joe? Joe! Wat is er aan de hand? Wat is er gebeurd?”¯
De jonge boer staat roerloos naast de brandweerwagen en staart wezenloos voor zich uit. Ze gaat naast hem staan en legt haar handen op zijn arm. Met zachte, moederlijke stem probeert ze hem tot leven te wekken. “Joe, ik ben het: Nelly. Toe, zeg eens wat. Vertel eens wat er is gebeurd.”¯
Als hij haar na enkele minuten eindelijk aankijkt maar blijft zwijgen, neemt ze hem mee naar het bankje op de veranda. Daar slaat ze een arm om hem heen en trekt hem tegen zich aan. Hij zucht diep voor hij begint te spreken.
“We hebben zo’n prachtige week achter de rug. Zo’n fijne avond. En nu gebeurt er zoiets,”¯ brengt hij verslagen uit.
Er lopen tranen over zijn wangen. Nelly wrijft over zijn rug, waardoor hij langzaam tot zichzelf komt. De vrouw schudt haar hoofd. Op haar gezicht staat te lezen dat hij dit niet verdient. Joe is als een zoon voor haar sinds hij de farm kocht en zij, al een paar jaar weduwe, op de farm mocht blijven wonen. Ze vindt het verschrikkelijk wat er de laatste weken is gebeurd. Eerst die ontsnapte geiten, toen die brieven, gevolgd door de stank bij de weide en nu deze brand!
Eén van de brandweermannen komt naar hen toelopen. Joe gaat met hem mee naar het geblakerde gereedschapshok. Nelly kijkt hen na.
“Het hoeft natuurlijk geen opzet te zijn, maar het is wel heel erg toevallig dat er juist nu, nèt voor de open dag, brand uitbreekt,”¯ mompelt ze in gedachte.
De commandant wijst de boer aan waar de brand is ontstaan. “Meneer, we vermoeden dat kortsluiting de oorzaak was.”¯
Dat gaat er bij hem niet in.
“We hebben de afgelopen week de hele farm onderhanden gehad ter voorbereiding van de open dag. Alles was in orde. Dus hoe kan dat nou?!”¯
Het volgende moment komt Don het erf op scheuren. Hij springt de auto uit en rent naar zijn baas toe.
“Wat is er aan de hand? Waarom moest ik… ?”¯ Hij breekt zijn zin af en haalt diep adem door zijn neus. “Wat ruik ik nou? Brand?!”¯
Pas dan vallen hem de brandweerwagen en -mannen op. Hij kijkt met grote ogen om zich heen.
“Er was brand in het gereedschapshok. Ontstaan door kortsluiting volgens de brandweer,”¯ antwoordt Joe toonloos.
“Het spijt me, ik heb vanavond de lampen aangedaan en ik weet niet hoelang ze al brandden voor jij de avondronde ging doen,”¯ verontschuldigt Don zich geschrokken.
De boer zet een stap dichterbij en pakt zijn schouders vast.
“Lampen horen het gewoon te doen. Je hebt een paar maanden geleden zelf de bedrading vervangen. Deze week is er flink opgeruimd en schoongemaakt in het hok en al die tijd was er niets aan de hand. Voel je niet schuldig, volgens mij valt jou niets te verwijten,”¯ stelt hij zijn knecht gerust.
Don werpt hem een dankbare blik toe. Een moment later draait hij zich om met de bedoeling bij het door brand getroffen stuk stal te gaan kijken, maar staat ineens stil en vloekt een keer binnensmonds. Hij balt zijn vuisten en krijgt een vastberaden trek op zijn gezicht.
“Dit zal toch niet ook een streek van die brievenplakker zijn? Als ik er toch achterkom wie dit allemaal op zijn geweten heeft!”¯
De ogen van de anders zo serene knecht beloven niet veel goeds voor de eventuele dader.
Joe knikt met pijn in z’n blik. “Ik ben bang dat je gelijk hebt. De timing is wel heel erg toevallig.”¯
Vervolgens vraagt hij aan de brandweercommandant of hij een rapport wil maken.
“Don, geef jij de mannen wat te drinken. Ik bel de sheriff. ’t Maakt me niet uit hoe laat het is, ik ben die rotstreken beu.”¯
“Goede avond, Sheriff, u spreekt met Joe Westwind van The Goathill. Kunt u vanavond nog naar de farm toekomen of kan ik u spreken op uw kantoor?”¯
“Goede avond, Joe. Het is bijna middernacht, dus het kantoor is al dicht, maar ik ben nog wakker, dus zeg het maar. Waarmee kan ik je helpen?”¯
Joe vertelt in het kort wat hij de laatste tijd heeft meegemaakt en dat de maat wat hem betreft, na de brand van vanavond, vol is.
“Sheriff, iemand heeft het op m’n farm voorzien. Tot nu toe was er alleen maar materiële schade, maar wie weet wanneer wij doelwit worden.”¯
“Joe, vanavond kan ik weinig meer voor je doen. Kom morgen naar het kantoor en vertel daar alles wat er tot nu toe is gebeurd. Tot morgen, Joe welterusten.”¯
Joe krijgt niet de kans om de sheriff meer te vragen of vertellen. Hij staart verbouwereerd naar de hoorn van de telefoon.
“Good night, sheriff,”¯ mompelt hij en legt op.
De volgende morgen wacht Joe Catalina, Ray en Lizzy op bij de poort. Don komt wat later, omdat hij gisteravond nog terug is gekomen. Als ze naar het huis lopen vertelt Joe over de brand in het gereedschapshok en dat hij de open dag niet door wil laten gaan.
“Daar ben ik het niet mee eens. Dat is precies wat “ze”¯ willen bereiken met die brieven! Dat je stukje bij beetje opgeeft, bang wordt en straks nog je farm verkoopt ook!”¯ Catalina kijkt haar baas strijdvaardig aan. “Daar heb je toch niet zo hard voor gewerkt? En wij trouwens ook niet!”¯
Ray komt naast haar staan en knikt heftig, hij is het helemaal met haar eens. “Lizzy, zeg jij ook eens wat! Jij vindt toch ook dat de open dag door moet gaan?”¯
De kokkin trekt haar schouders op. Ze kijkt met een twijfelend gezicht naar haar collega’s en baas. “Volgens mij is het verstandiger om die…eh… brieven en…eh… gebeurtenissen serieus te nemen, hoor,”¯ zegt ze onzeker.
Onder de indruk van de brand vervolgen ze hun weg naar de woonkeuken. Aan de grote tafel, waar ze op andere dagen druk met elkaar zitten te babbelen, staart het boerengezelschap nu stil voor zich uit. Joe beseft dat Catalina gelijk heeft en neemt een besluit.
“Weet je wat we doen? We zetten een bord bij de poort dat we wegens omstandigheden alleen vanmiddag open zijn. Dan hebben we de tijd om nog wat op te ruimen en kunnen we ons vanmiddag concentreren op de rondleidingen. Ik bel de groep die vroeg zou komen wel even op.”¯
Joe krijgt er weer zin in. Hij staat op en wil de keuken uitlopen, maar draait zich bij de deur om.
“Oh, ik moet naar de sheriff toe, maar wacht wel tot Don er is.”¯
Anderhalf uur later keert Joe met een gezicht als een donderwolk terug op de farm. Het gesprek met de sheriff is hem in het verkeerde keelgat geschoten en om stoom af te blazen loopt hij met grote passen naar de stapel autobanden achter de loods waarin de landbouwmachines staan. Daar begint hij tegen de rubberen banden te schoppen. Tegelijkertijd schreeuwt hij verwensingen aan het adres van sheriff Paul Pointer. De minachtende woorden van hem klinken nog na in zijn oren. Hoe durft hij zulke belachelijke dingen te zeggen?!
“Ja, Joe, wat wil je,”¯ aapt de boer de sheriff na, “een bedrijf met geiten in een land vol runderen en paarden. En met zo’n bont gezelschap als jouw personeel? Een oude negerin, een jong gastje dat net van school komt, een vrouw als stalknecht en dan ook nog die halve Indiaan! Alleen Lizzy is een gewone meid hier uit de streek, bij haar thuis hebben ze een rundveebedrijf!”¯
De boze geitenboer ziet nog voor zich hoe Paul zijn hoofd schudde na die opsomming en hoe hij zijn betoog sloot met de conclusie dat hij om die reden zelf om problemen vraagt. Woedend praat hij tegen zichzelf terwijl hij tegen de banden schopt.
“Ga ik om hulp vragen bij de sheriff, blijkt hij allerlei mensen te discrimineren! Bijna heel mijn personeel! En m’n dieren ook nog! Gekker moet het niet worden! Hij zou willen dat hij zulke fijne mensen om zich heen had!”¯
Bij die stelling vliegt een rubberband over de stapel heen. Dat geeft Joe zo’n goed gevoel dat hij tot rust komt. Hij haalt ‘n hand door zijn haar en loopt met opgeheven hoofd naar het huis toe.
“Als de wet niet helpt, dan bescherm ik zelf mijn territorium,”¯ mompelt hij vastberaden als hij bij de deur zijn laarzen uit doet.
Terwijl buiten de eerste bezoekers het erf oplopen en worden verwelkomd door Catalina en Ray, belt hij een paar bedrijven op om offertes te vragen voor het plaatsen van stevig hekwerk rondom zijn farm. Met een beter humeur kleedt de jonge boer zich om.
Opgewekt begroet hij de groep bezoekers voor wie hij de rondleiding naar een later tijdstip had verschoven. In de stal vertelt hij trots over zijn melkgeiten en geeft een demonstratie waarbij hij een, van te voren geselecteerde welwillende, geit melkt. Aan een paar enthousiaste gasten legt hij uit hoe dat met de hand gedaan kan worden, waarna zij het zelf mogen proberen. Hilarische toestanden zijn het gevolg, maar er zijn ook serieuze mannen en vrouwen die met het puntje van hun tong tussen hun lippen geconcentreerd hun vingers om de spenen vouwen om wat melk in de kleine emmer te spuiten.
Ray neemt de groep van zijn baas over en laat de mensen de rest van het bedrijf zien. Bij Catalina kunnen individuele bezoekers zich aanmelden voor een rondleiding en zij brengt een nieuwe groep naar de stal zodra Joe die weer in orde heeft gebracht. De rest van de tijd vult ze door te vertellen over het verzorgen van de lammeren. Ze heeft in de tijd dat ze op The Goathill werkt al heel wat foto’s geschoten van haar witte kroost en bracht haar fotoalbum mee naar de open dag. Pasgeboren of al bijna geslachtsrijp, drinkend bij hun moeder of bokkensprongen makend, geitenlammeren vertederen en dat weet de jonge vrouw met hart en ziel over te brengen.
Op de veranda deelt Nelly bekertjes verse geitenmelk uit en presenteert Lizzy blokjes geitenkaas die bij de melkfabriek gemaakt wordt. Don legt belangstellenden uit waar de diverse landbouwmachines voor worden gebruikt en maakt met menig mannelijk bezoeker een praatje over de techniek van de tractoren.
’s Avonds komen Joe en zijn personeel in de woonkeuken bij elkaar om met een grote schaal frites na te praten. De open dag is een groot succes geworden. Zelfs de buren, een rundveeboer en een paardenhandelaar, kwamen een kijkje nemen en toonden waardering voor de bedrijfsvisie van The Goathill.
Het gaat eigenlijk helemaal tegen zijn principes in, maar Joe besluit een hoog hek om zijn farm heen te zetten. Zodra hun dagelijks werk het toelaat helpen Don en hij de mannen van het gekozen bedrijf met het plaatsen van de palen en spannen van het gaas.
Aan het eind van de week gaat hij op zoek naar een waakhond. Bij een befaamde fokker en trainer van beveiligingshonden vindt hij een Mechelse Herder, een teefje Kyra genaamd, waar hij meteen zijn hart aan verliest.
Op de farm worden zowel baas als hond getraind. Joe leert de commando’s die Kyra kent en hij moet zijn personeel voorstellen, zodat de hond weet wie zij als ‘goed volk’ moet herkennen. Iedereen krijgt bij de kennismaking een vriendelijke begroeting van het dier, behalve Lizzy. Bij haar loopt Kyra achteruit. Ze gaat zitten, staart haar met strakke blik aan en laat haar tanden zien als de kokkin zich beweegt. Niemand besteed er veel aandacht aan, het is hen bekend dat zij niet van honden houdt.
De dagen erna leert Kyra het terrein en de dieren op de farm kennen. Als de training achter de rug is en de oprit van een hek is voorzien, neemt ze ’s nachts de bewaking van de farm op zich.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.