Hoofdcategorieën
Home » Overige » Schrijfwedstrijden » International free hugs-day
Schrijfwedstrijden
International free hugs-day
Een grote zonnebril prijkte op Doriens neus en haar haren wapperden wild om haar gezicht, door de wind die door het openstaande raampje naar binnen kwam. Luid zong ze mee met 1979 van Good Charlotte, evenals de meisjes die achterin zaten. Ondertussen zoefde ze met ruim 120 kilometer per uur de Nederlandse grens over. ‘En we zijn in Nederland!’ deelde ze opgewekt mee, wat voor gejuich vanaf de achterbank zorgde.
Ongeveer een uur later reed ze haar trouwe Citroën C2 Ozzy de parkeerplaats van Rotterdam Centraal op. Alledrie de meiden spongen uit de auto en haalden drie grote, kartonnen borden uit de kofferbak. Daarna liepen ze de parkeerplaats af naar een enorme bouwput.
'Do, weet je zeker dat het hier is?' vroeg Ariane wat onzeker.
Dorien schudde haar hoofd. 'Nee, ja, nee, vast wel. Bo heeft tig keer gezegd dat het midden in een bouwput is, dus we zitten vast goed.'
'Ja, maar dit is niet de enige bouwput hier,' zei Sofie, die het liefst Zoef genoemd werd.
'Ach, het komt wel goed,' verzuchtte de bestuurster, 'het komt altijd goed, zelfs als het niet goed komt, dan komt het ook goed.'
'Hé, dat is een quote van Kol, toch?' vroeg Zoef, die een uitspraak van één van haar favoriete gesprekspartners had herkend.
Dorien knikte en liep op de man die hen wil passeren af. 'Sorry, meneer, maar weet u misschien waar de Free Record Shop is?' vroeg ze. De man schudde geïrriteerd zijn hoofd en liep vervolgens verder. De meisjes liepen door en na de bocht zagen ze een aardig grote mensenmassa verschijnen. Een paar keer stelde Dorien dezelfde vraag aan nog wat passanten, maar niemand wist waar de winkel was. Daarom besloten ze zich op te splitsen en bestookten ze voorbijgangers met de vraag of ze wisten waar de Free Record Shop was, en toen dat niet werkte met de vraag of ze toevallig een onsamenhangende groep tienermeisjes voor een winkel hadden zien staan. Uiteindelijk kwamen ze een vrouw tegen die deze groep had gezien en sprintten ze met hun bordjes in de richting die hen net gewezen was.
Al snel zagen ze de groep voor zich opdoemen. Met haar "Free hugs!" bord omhoog sprintte Dorien de laatste metertjes, voor ze Yasmine een killerhug verkocht, om vervolgens al haar FanFic-kuikentjes een knuffel te geven, terwijl ze iedereen een fijne internationale free hugs dag wenste. Daarna knoopte ze een gesprek aan met Yas, terwijl ze haar ogen over de mensen die gekomen waren liet glijden. Het waren er in totaal negentien: Zij, Yasmine, Ariane, Zoef, Kayley, Nadezhda, Rianne, Tosca, Kol, Tessa, Daniëlle, Bodine, Julia, Elisa, Suki, Jess, Emma, Danique en Marscha.
Ongeveer tien minuten later besloten ze dat ze compleet waren en begaven zich naar het centrum, terwijl iedereen wat met iedereen praatte, doordat de rij steeds weer verschoof. Het was een prachtige warme dag, zo’n typische julidag met een dragelijke temperatuur.
Eenmaal in het centrum ging de groep uiteen in kleinere groepjes. De meeste mensen stonden met z’n tweeën of drieën op het plein of in een zijstraatje daarvan, een enkeling stond alleen, maar altijd dicht genoeg bij een ander om het gezellig te hebben. Ze hielden hun borden hoog in de lucht en knuffelden hier en daar iemand. Veel mensen hadden verbaasd naar de groep gestaard en een clubje agenten had het tafereel van een afstandje bekeken, maar besloten al gauw dat het niets bijzonders was.
Die middag werden er vele gratis knuffels uitgedeeld in de warme zon. Rond drie uur besloten de FanFic’ers om een terrasje te bestormen en daar wat te drinken en traditiegetrouw T-shirts te betekenen. Een uur later stond iedereen weer op zijn plek in haar prachtige gekleurde shirts, waar minstens één keer gigantisch ‘FREE HUGS’ op stond.
Toen gebeurde het. De knuffel die Dorien zich nog jaren later kon herinneren. Ze liep daar, zo alleen, zo ongelukkig. Haar hoofd was gebogen, haar tred langzaam. Zag ze dat goed? Was dat een traan die op de grond spatte? Dorien wist het niet zeker, ze is er nooit achter gekomen. Een gevoel van medelijden spoelde over haar heen als een golf. Ze wist niet waarom, maar ze wilde de vrouw helpen. Langzaam haalde ze het bord naar beneden en nog langzamer liep ze naar de vrouw toe. Bedachtzaam. Ze wist niet wat ze moest zeggen. Ze wist alleen dat dit waarschijnlijk verschrikkelijk debiel over zou komen, vreemd. Want wie bemoeide zich tegenwoordig nog met onbekenden? Wie gaf om een onbekend gezicht, om één uit al die miljarden mensen op aarde, gewoon een willekeurige voorbijganger? Nee, dat deed niemand meer, dat was niet meer vanzelfsprekend.
Daardoor keek de vrouw ook verschrikt op toen Dorien naast haar kwam lopen en zachtjes ‘Hey,’ zei.
‘Oh, hoi,’ zei ze zachtjes terug, terwijl ze vocht tegen de tranen. Waarom bemoeide dat mens zich nu met haar, waarom juist nu? Ze wilde alleen zijn met haar eigen verdriet, ze wilde niet dat iemand haar zo zag, zelfs geen onbekende.
‘Wat is er aan de hand?’ vroeg de jonge vrouw aan haar.
Ze zweeg. Wat ging haar dat aan?
‘Weet je wat voor dag het vandaag is?’ De vrouw haalde een kartonnen bord tevoorschijn waar met stift ‘Free hugs’ op geschreven was. ‘Internationale free hugs dag, oftewijl: gratis knuffels. Het maakt niet uit wat er met je is, er is iets, dat kan ik zien. Je hoeft me niet te vertellen wat, waarom zou je? maar misschien lucht een knuffel heel erg op, al is het maar van een willekeurige voorbijganger.’
De vrouw stopte, waardoor Dorien dat ook deed. Die laatste strekte haar armen uit en sloeg ze om die van de andere vrouw heen. Na enkele seconden barstte die in huilen uit.
‘I…i…ik be..be…’ Veel verder kwam ze niet door een nieuwe brul. Dorien probeerde haar te sussen en voelde met één hand in haar broekzak terwijl ze de andere nog steeds om de vroeg geslagen had. Gelukkig vond ze een pakje tissues in haar zak, ze was heel blij dat ze die had ingepakt. Snel liet ze de vrouw los en overhandigde haar een zakdoekje. De vrouw veegde de tranen en ergste sporen van haar uitgelopen make-up weg, terwijl ze zichzelf weer bijeen raapte. Opnieuw sloeg Dorien haar armen om de vrouw heen. ‘Rustig maar, het is al goed.’
Dat toverde een glimlach op het gezicht van de vrouw. Niet alleen dat, het hele gebaar. Het feit dat een vreemde zag dat zij zich niet goed voelde en er iets probeerde te doen, gewoon, omdat het kon. Het bezorgde haar een straaltje puur geluk in haar binnenste, ondanks het zwarte gebied waar ze zich in bevond. ‘Ik ben ontslagen.’ Het kwam er uit als een zucht en daarna ontsnapte er weer een snik uit de mond van de vrouw, maar ze wist zich te beheersen.
‘Dat is vreselijk,’ antwoordde de jonge vrouw.
‘Ik ben zo bang,’ fluisterde de vrouw, ‘mijn zoontje, mijn kind, ik had al bijna niets en nu wordt dat alleen maar minder.’
Dorien zuchtte. Ze wilde dat ze meer kon doen, dat ze de vrouw echt kon helpen.
‘Dat is echt vreselijk,’ was het enige antwoord dat ze kon verzinnen. ‘Maar,’ bedacht ze al snel, ‘alles komt goed, dat doet het altijd, zelfs als het niet goed komt komt het nog goed.’
Dat toverde een glimlach op het gezicht van de vrouw. ‘Ja, je hebt gelijk. Ik moet vechten en zal het niet makkelijk hebben, maar het komt goed.’
Nog een laatste keer knuffelde Dorien de vrouw, voor ze de overige zakdoekjes ook aan haar gaf. ‘Bedankt,’ zei de vrouw zacht, ‘dit zal ik nooit vergeten.’
Daarna scheidden hun wegen zich weer en hebben de vrouwen elkaar nooit meer gezien, maar zo nu en dan eens aan elkaar gedacht. Want Doriens woorden hadden de vrouw kracht gegeven en Dorien had door het voorval ontdekt hoe zulke kleine gebaren zoveel kunnen betekenen.
Dus onthoudt: een klein gebaar kan zo veel voor een ander betekenen. Denk eens aan iemand anders, want dat tovert een glimlach op jullie gezichten en het voelt zo goed. Een kleine daad kan precies de goede hoeveelheid geluk veroorzaken en hoop geven als iemand dat nodig heeft. Dan is de wereld toch veel mooier voor iedereen?
heel mooi