Hoofdcategorien
Home » Pokémon » Utah Chronicles [Gestopt!] » Hoofdstuk 6: After Impact
Utah Chronicles [Gestopt!]
Hoofdstuk 6: After Impact
Het was rond vier uur s ochtends toen Jayla eindelijk in slaap was gevallen. Haar hoofd rustte op het bed waar Zero op lag, en uit haar mond liep een klein straaltje kwijl. Onder haar gesloten ogen waren diepe wallen te zien, veroorzaakt door haar gebrek aan slaap. Het was inmiddels al tien uur geleden dat ze haar Treecko bij het pokémon center had afgeleverd. Hij was er verschrikkelijk aan toe geweest toen ze hem binnenbracht, en hij was vrijwel meteen aan de medicatie gezet. Hoe krachtig kon een enkele ijzerstaart wel niet zijn? Op het moment was hij stabiel, zoals ze dat noemden, maar mocht hij zijn bed nog niet verlaten, omdat ze niet zeker waren of hij ook stabiel zou blijven. Dat was de reden waarom ze zo lang mogelijk op was gebleven. Om zeker te weten dat hij weer beter zou worden. Ze had niet eens durven denken aan het feit dat ze geen Eevee had kunnen krijgen.
Een zachte aanraking op haar hand zorgde ervoor dat Jayla ontwaakte uit haar slaap. Ze wreef slaperig in haar ogen, om vervolgens de vriendelijke blik van haar Treecko te ontmoeten. Hij glimlachte zachtjes, waardoor Jayla het niet kon laten om zelf ook te glimlachen. Haar blik schoot naar de wekker. Het was negen uur s ochtends. De kamer was echter nog donker, door de weinig licht doorlatende rolluiken. Je voelt je zo te zien al weer een stuk beter, hè? zei Jayla, een opgeluchte zucht slakend. Zero knikte, en duwde de witte lakens van zich af. Zo te zien zijn jullie wakker, klonk de stem van de Zuster Joy. Jayla draaide haar hoofd om naar de deur opening. Je Treecko is volledig genezen, alhoewel ik het je zou adviseren om het de eerste dagen rustig aan te doen. Jayla knikte. Zal ik doen, bedankt voor alles, antwoordde ze. Rustig aan doen dus. Dat viel verschrikkelijk mee, als je naging hoe Zero er aan toe was geweest.
Op het moment dat ze het pokémon center uit was, liep ze zo snel als maar mogelijk was naar een van de meer afgelegen delen van de stad. Mike tegenkomen, of erger, Jamie, was wel het laatste wat ze op het moment wilde. Ze liet haar achterwerk neerzakken op een houten bankje. Fronsend keek ze naar Zero. Het spijt me van gisteren. Kan je het me vergeven? vroeg ze aan haar pokémon. Ze voelde een harde klap tegen haar achterhoofd, hoogstwaarschijnlijk van de staart van Zero. Treecko, treec! Treecko! riep hij uit. Hij keek haar geïrriteerd aan. Hij heeft gelijk, weet je. Geschrokken keek Jayla achterom, om daar recht in de lichte, in dit licht misschien zelfs vrijwel doorzichtige, ogen van Jamie. Niet verwacht hebbend om hem te zien, viel ze achterover, van de bank af. Auw.. kreunde ze, pijnlijk over haar hoofd wrijvend. Pissig keek ze naar Jamie, die enkel met opgetrokken wenkbrauwen naar haar keek. Je hebt verloren, nou en? Als je slim was zou je verder gaan met trainen, zodat het je niet nog een keer overkomt. Een nieuwe pokémon vangen, ofzo. Jamie haalde zijn schouders op, deed zijn mond open alsof hij nog iets wilde zeggen, schudde in plaats van dat afkeurend met zijn hoofd, en liep vervolgens weer weg.
Waar sloeg dat in hemelsnaam op? mompelde Jayla terwijl ze het vuil van haar achterwerk afklopte. Waarom bemoeide hij zich met haar? Was ze niet onwaardig? Vanuit haar ooghoeken keek ze naar Zero. Ergens had Jamie gelijk gehad. Ze zou zich moeten focussen op haar volgende gevecht, al was het maar voor Zero. Dat was precies wat ervaren trainers hadden, terwijl beginners dat nog moesten ontwikkelen. Het vermogen om door te kunnen gaan, zelfs na een verlies. Goed dan, snoof Jayla. Morgen zullen we weer verder gaan met trainen, zei ze, niet beseffend wat er vandaag nog stond te gebeuren. Treec! Zero knikte goedkeurend. Dat was hoe hij het wilde zien. Jayla moest niet zeuren om deze ene verloren wedstrijd. Dat deed hij toch ook niet?
Een luid kabaal leidde zowel Zero als Jayla af van het onderwerp. Wat was er in hemelsnaam aan de hand dat er zoveel lawaai aan te pas moest komen? Met haar hoofd wenkte ze Zero. Laten we gaan kijken, besloot ze, hopend dat het niets gevaarlijks was. Het was gewoon niet te ontkennen. Ondanks zijn training, was Zero nog steeds niet sterk genoeg om het tegen sterkere tegenstanders op te nemen. Maar ach, veel meer had ze ook niet verwacht. Het was immers nog maar een week geleden dat ze hem had gekregen van professor Barton. Was dat werkelijk al zo lang geleden? Het leek nog alsof ze hem gisteren had opgehaald, in plaats van een week geleden. De tijd vloog voorbij, zonder dat ze er erg in had gehad. Als ze niet oppaste, zou ze nog vergeten om van haar reis te genieten.
Waar zit je verborgen, jij ellendig rotding! hoorde ze een stem. Voorzichtig tuurde Jayla langs de veilige hoek waar ze achter stond, een verlaten uitziend straatje in, op een man en een, alhoewel voor zijn zicht verborgen, Swablu. Een prikkende geur van alcohol gemengd met braaksel, en een andere geur die ze niet wist te plaatsen, kwam haar richting op. Ieuw, bah wat een stank! Jayla kneep haar neus dicht, en gunde haar ogen in de tussentijd de kans om de man iets beter te bekijken. Hij scheen dezelfde man te zijn die haar de flyers had gegeven. Zou hij die verschrikkelijke stank veroorzaken? Nee, vast niet. Daar was de stank te erg voor. Ze liet haar blik weer naar de Swablu glijden. Deze trilde van de angst, en iets wat zij wist te plaatsen als pijn. De Swablu keek haar aan. Pardon, meneer, zoekt u iets? vroeg Jayla, niet zeker waar ze mee bezig was. Ze had de blik van de Swablu goed gezien. Hij was smekend geweest, vervuld van angst en pijn. Zero twijfelde kort, voordat hij achter zijn trainster aan liep, hoewel hij niet zeker wist wat ze van plan was. Maar, Jayla was zijn trainster. Hij zou haar moeten vertrouwen.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.