Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Daddy, save my heart voor the one I love [Twincest not-related] » Hoofdstuk 4
Daddy, save my heart voor the one I love [Twincest not-related]
Hoofdstuk 4
Tom
Lachend zwaai ik het kleine joch nog na, die met een droevig gezicht terugzwaait.
Leuk kind, ik wou vroeger ook altijd een broertje maar mijn moeder zei dat het ons tot een grote last kon brengen.
‘Tom, kom op man.’ Georg trekt aan mijn arm, maar ik trek hem terug.
‘Ik ga even zitten, even chillen.’
Georg is mijn andere vriend, een van de vele, maar met Georg heb ik wat meer. We zijn same-minded. Hij denkt precies hetzelfde als ik. In grote aantallen, als je begrijpt wat ik bedoel.
‘Hij is écht een huisvrouwtje,’ mompel ik. Georg komt naast me zitten en Gustav probeert nog een aantal keer te scoren.
‘Hoezo dat?’ Georg’s stem klinkt vermoeid.
‘Gewoon, hij zorgt voor dat kind. Dat is voor meisjes.’
Georg knikt en steekt een sigaret op. Hij neemt een lange haal en inhaleert het langzaam. ‘En dat haar en die make up maken hem nog meer als een homo.’
Ik knik terwijl ik mijn pet, die tijdens het basketballen is scheef gaan zitten, weer recht zet. Gustav komt naar ons toe en geeft de bal aan Georg.
‘Jongens, ik ga. Ik zie jullie wel weer!’
Ik geef ze beide een box en loop het veldje af. Ik prop mijn iPod-oortjes in mijn oren en zet de muziek keihard. Terwijl ik loop, denk ik aan die jongen. Bill. Ik moet eerlijk bekennen, hij heeft iets. Mysterieus. Hij is mysterieus, dat is het goede woord.
Dit is iets wat mijn vrienden niet hoeven te weten, als ze hierachter komen dan hang ik.
Dan ben ik het losertje en verlies ik mijn status, mijn sekssymbool. Ik word gebruikt als pispaaltje, net zoals de andere nerds.
Ik blijf de populaire Tom, die graag meisjes versierd en veel vrienden heeft. Ik zal het nooit ergens voor opgeven, ik heb een heerlijk leven.
‘Gordon, waar ben je?’ Zoekend loop ik door het huis. Dat is een nadeel van een groot huis, als je er met drie mensen inwoont, je vind nooit iemand zo een, twee, drie.
‘Ik ben hier, in de studeerkamer.’
Ik loop de kamer in, zie Gordon aandachtig in een krant kijken en het checken op internet.
Hij legt zijn krant neer en kijkt me aan. ‘Wat is er Tom?’
‘Ik moest van mama zeggen dat het eten klaar is, dus als je aan zou willen schuiven? Anders eet ik je deel wel op!’
We schieten samen in de lach, ik heb al die jaren een goede band met Gordon opgebouwd, alsof ik zijn eigen vlees en bloed ben.
Ik weet nog het moment dat we bij een vreemde man in een groot huis introkken. Ik was zo klein, dat ik dacht dat het normaal was.
Op een dag kwam mama huilend naar me toe en liet me een grote ring zien met een grote diamant.
‘Tommie, vind je hem niet prachtig? Mama wordt gelukkig, mama gaat trouwen.’
Ik snapte niet wat trouwen betekende, maar ik wist wel dat ik vanaf die dag een grote hekel aan kostuums zou krijgen. Van mama moest ik er duizend passen en dan zei ze weer: ‘Nee, hier passen je ogen niet bij.’ of ‘Die past niet bij mijn jurk.’
Op een gegeven moment werd ik kwaad en heb zelf een pak uit het rek gerukt.
‘Mama, ik vind deze mooi. Ik wil niet meer passen.’
Haar mond viel open van verbazing en zei honderd keer dat ze over deze heen gekeken had.
Good old times.
kleine tom die boos is
snel verder
Xx