Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Bad boys for life. » hoofdstuk 2
Bad boys for life.
hoofdstuk 2
'Ik wil niet dood, meneer, ik wil niet dood. Ik heb nooit wat tegen buitenlanders gehad, ik wil niet dood.' 'Mevrouw, kijkt u mij eens aan. Ik wil dat u nu rustig wordt en anders gebeuren er ongelukken.'
En terwijl de rest van de mensen gespannen op de grond liggen afwacht wat er verder gaat gebeuren, snikt de vrouw zachtjes voor zich uit. 'Ik wil niet dood... ik wil niet dood.' Een van haar collega's strekt voorzichtig zijn arm uit naar haar hand. Onder het bureaublad pakt hij haar hand vast en knikt geruststellend. De vrouw wordt langzaam wat rustiger. 'Dames en heren,' zegt de jongeman nu met luide stem, 'u bent gevangengenomen door de Islamitische Revolutie. Uw bank financiert wapensystemen die onder moslims slachtpartijen aanrichten zoals u nog nooit heeft gezien. Kinderen hebben hun moeders zien ontploffen, zonen hun vaders in fladeren uit elkaar zien vliegen. Vanaf vandaag maakt de Islamitische Revolutie daar een einde aan. Als iedereen zich rustig houdt, vallen er geen gewonden. Mocht u het onzalige idee krijgen om u te verzetten, laat dan duidelijk zijn dat dit wapen geladen is en ik niet zal aarzelen het te gebruiken als de missie in gevaar komt. Ik ga nu een van u vragen om u met tie-rips vast te binden. Verzet u niet, ga niet de held uitgangen, dan komt alles goed.' Snikkend komt de vrouw achter het bureau vandaan en steekt haar handen uit. Zodra de tie-rips om haar polsen zijn bevestigd laat ze zich naast de mannen op de grond zakken. 'Mag ik u wat vragen, meneer?' zegt een van de geboeide mannen. De jongeman kijkt hem aan en knikt bevestigend. 'Wat gaat er nu verder gebeuren? Gaat u losgeld eisen, of bent u wat anders van plan?'
'Voorlopig wachten we af', antwoord de jongeman. 'Blijft u vooral kalm, dan komt het allemaal goed. U zult wel merken wat de vervolgstappen zijn.' Hij loopt naar de geboeide mannen en controleert de tie-rips. 'Gaat u nu allemaal onder het raam zitten met de rug tegen de muur. Niet met elkaar praten. Laten we allemaal rustig blijven.' In de zak van een van de mannen begint een gsm de laatste hit te zingen. 'Mag ik alstublieft opnemen?' vraagt de man. 'Nee, dat mag niet'', antwoordt de jongeman en knipt de tie-rips van de ondertussen gekalmeerde vrouw los. 'Het is waarschijnlijk mijn vrouw. Ze zal zich ongerust maken als ik niet opneem', probeert de man. De jongeman negeer hem en kijkt de vrouw aan. 'Denkt u dat u in staat bent om alle zakken van de heren leeg te maken en de inhoud ervan hier op het bureau te leggen?' De vrouw haalt, nog steeds wat bibberig, de zakken van haar collega's leeg en legt de telefoons, portemonnees en autosleutels op tafel. Daarna krijgt zij nieuwe tie-rips om polsen en enkels en wordt ze naast de mannen tegen de muur gezet.
Het kantoor ziet er chaotisch uit. De grote ruimte vol met omgevallen stoelen en stukgeslagen beeldschermen komt achterin uit op het kantoor van de manager en een spreekkamer. Het kantoor en de spreekkamer zijn leef. De ramen aan de straatzijde hebben een chique luxaflex. Aan de voorzijde komen drie deuren uit op een gang. Twee deuren gaven vroeger toegang tot and ere kantoorruimtes en bleven over toen de verschillende kantoorruimtes werden samengevoegd tot een groot kantoor. De gang begint aan de ene kant bij het trapgat en eindigt via de deuren die toegang geven tot de toiletten aan de andere kant bij de lift. Voorzichtig zet de jongeman de bureaustoelen een voor een overeind. In de verte klinken politiesirenes. De jongeman loopt naar het raam van het kantoor en kijkt in de diepte van de kantoorkolos naar beneden. 'La Ilaha ill-Allah, het eindspel is begonnen. Insha'Allah.' Hij laat de luxaflex zakken waardoor het kantoor een schemerige ruimte wordt en loopt de deuren af die toegang geven tot de gang.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.