Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Tokio Hotel » Bad boys for life. » hoofdstuk 30

Bad boys for life.

25 feb 2011 - 15:09

784

0

242



hoofdstuk 30

'Maar begrijp ik nou goed dat je mij probeert wijs te maken dat je terrorist geworden bent omdat iemand die een beetje aardig tegen je deed het land is uitgezet?' Bills stem klinkt snijdend. Vol ongeloof. 'Of is dat weer een van je mooie verhalen, vol met bullshit en leugens?' 'Abdullah was een bijzonder mens.' Tom praat door alsof hij Bill niet gehoord heeft. 'Hij was bij ons in de moskee imam voor de jongeren. Werd betaald door de moskee, was niemand tot last en deed echt goed zijn werk. Hij sprak dan wel geen perfect Nederlands, maar wij begrepen hem gewoon goed. Alles wat ik weet heb ik van hem geleerd. Toen er steeds meer aandacht kwam voor allochtonen en met name voor imams is hij op een middag, toen hij van de moskee naar huis liep, aangehouden en zeiden ze dat hij illegaal was. Zo moest onze imam, die nog nooit en vlieg kwaad had gedaan, in de gevangenis zitten wachten op zijn rechtszaak om te weten of hij kon blijven. Hij werd als een beest opgesloten. Ik was zo kwaad. Ging hem telkens bezoeken, maar op het laatst mocht hij maar een uurtje bezoek per week hebben en moest ik hem delen met al die andere mensen die hem wilden bezoeken. En toen zeiden ze dat Afghanistan best veilig was. WHOLLAH, best veilig en dat hij gewoon terug moest naar Afghanistan. Het was focking oorlog daar, maar omdat hij er niet bedreigd zou worden en omdat hij imam was, kon hij gewoon worden teruggestuurd. Dat geloof je toch niet. Je gaat toch geen mensen terug sturen naar een oorlogsgebied. Maar hij was moslim en imam en daarom vast wel gevaarlijk voor de rechtsstaat, dus kon hij gewoon terug. ANDERHALF jaar heeft hij zitten wachten op zijn uitzetting. ANDERHALFJAAR heeft het geduurd voordat alle formulieren klaar waren. Anderhalf jaar, terwijl hij niks gedaan had. Gewoon zitten wachten op een formuliertje hier, formuliertje daar, ambtenaartje hier, ambtenaartje daar. Toen hij in de gevangenis ging, was hij een grote krachtige man. Toen hij uiteindelijk weggestuurd werd, was hij een oude gebroken man.

Stuk is hij gegaan. Stuk is hij gemaakt. Stuk door jullie.' Bill kijkt Tom aan. Toms ogen zijn vol vuur. Zijn stem klinkt schor alsof er tranen in branden. Tom loopt naar de watercooler. Zet het apparaat recht en tilt de fles op het apparaat. Hij pakt een bekertje water en neemt een slok. 'Ik was net een paar maanden vrij toen hij op het vliegtuig werd gezet en terug moest naar Afghanistan. Ik was er ziek van. Ik heb echt als een kind in bed liggen huilen. Al die wijze lessen, al die goede raad. Ik was het helemaal kwijt. Ik zat weer op school omdat hij had gezegd dat het moest, ik dronk niet, ik rookte niet. Ik werkte zelfs op zaterdag om de supermarkt. Allemaal door Abdullah. Ik herinner me nog de laatste keer dat ik hem sprak voor hij vertrok. Hij was zo'n ouwe moee man geworden. Ik kon het niet accepteren. De laatste keer dat ik hem daar in het huis van de bewaring zag, legde hij zijn hand op mijn schouder en zei hij: ''Zoon, je weet de weg, verlaat hem niet, maar loop het goede pad.'' Ik was zo fucked up toe hij weg moest. Ik ben als een idioot gaan studeren en werken. En werken en studeren. Ik ging niet meer uit, alleen nog van school naar de moskee, van de moskee naar mijn werk en van mijn werk naar school. Ik ben als een bezetene beginnen te sparen om bij hem op bezoek te kunnen gaan. Ik kon het me niet voorstellen dat ik hem nooit meer zou zien. Die man was zo belangrijk voor me geworden. Ik wilde gewoon nog meer van hem leren. Wijzer worden. Kennis opdoen van de Koran, leren over de islam. Hij had gezegd dat hij naar zijn dorp zou gaan in de bergen in het noordoosten. Waar hij geboren was. Ik wist de naam van zijn dorp. Het was een dorp in een ruig gebied waar de verzetsstrijders het nog steeds voor het zeggen hebben. Het is zo ontoegankelijk daar, dat gebied krijg je nooit meer onder controle. Maanden heb ik niks gehoord. Enkel een brief. Daarin stond dat hij was aangekomen in Kabul en dat hij zat te wachten op transport naar zijn dorp. Daarna niks meer. Ik maakte me echt heel veel zorgen. En niet alleen ik, ook de anderen in de moskee. We probeerden via via erachter te komen wat er gebeurd was, maar er was geen nieuws. Het duurde maanden voor ik voldoende geld bij elkaar had gespaard om naar Afghanistan te kunnen vliegen.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.