Hoofdcategorieėn
Home » Tokio Hotel » Changing minds (TC) » 5
Changing minds (TC)
5
In Duitsland is er op de snelwegen geen snelheidslimiet. Voor sommige is dat geen probleem, voor anderen daarentegen wel. In heel Europa zijn er jongeren te vinden die net hun rijbewijs hebben, of net een nieuwe auto, en dan naar Duitsland trekken om eens te testen hoe snel ze kunnen rijden.
Ook vandaag was dat het geval geweest.
Een groepje Italianen was met hun gloednieuwe Porches naar de straten van Duitsland getrokken en ze hadden zich gewaagd aan een straatrace. Helaas voor hen, lopen zulke dingen ook wel eens verkeerd af.
Om half 12 ’s middags had Tom Kaulitz zijn net geopende blikje cola in de kleedkamer achter moeten laten omdat hij naar de spoedafdeling geroepen werd. 12 ambulances waren onderweg met slachtoffers van een zwaar verkeersongeval, en het hele ziekenhuis zette zicht schrap.
De eerste sirenes waren te horen, de deuren werden alvast opengezet, de eerste dokters gingen alvast naar buiten. Zes jongens werden zwaar bloedend, snel achter elkaar het ziekenhuis in gereden. De twee meisjes die volgden waren er niet veel beter aan toe, aangezien geen van beide bij bewustzijn was.
De volgende twee ambulances arriveerden. Maarten Wissels liep op de eerste af, Tom op de andere.
“Hij is bij bewustzijn. De wonde op zijn been is niet diep, maar ik vermoed wel dat zijn enkel gebroken is, net als zijn pols. Een hersenschudding zit er ook wel in, en die snee op zijn gezicht is ook niet diep. Voila, dat was de laatste.”¯ Zei de ambulancier meteen toen Tom naast hem stond.
“Hoezo de laatste? Ik dacht dat er twaalf ambulances waren?”¯
“Eentje was al overleden toen we aankwamen, voor de andere konden we niets meer doen.”¯
Tom zuchtte en duwde zijn patiënt naar binnen. Hij vond het altijd vreselijk als er iemand het niet haalde, vooral als ze nog jonger waren dan hijzelf.
De jongen sprak geen woord Duits of Engels, en aangezien de enige Italiaanse woorden die Tom kenden ‘pizza’, ‘spaghetti’, ‘lasagne’ en ‘grazie mille’ waren, schoten ze daar ook niets mee op. De jongen bleef naamloos, en kon alleen met ‘auw’ aanduiden waar hij pijn had.
Zuchtend hechtte Tom de 25 cm lange snee op het onderbeen van de jongen en legde zijn enkel in het gips. Ook door het voorhoofd van de Italiaan ging wat hechtdraad en om zijn pols kwam enkel een steunverbandje.
Na de laatste papieren in te hebben gevuld, deed Tom zijn best om de jongen met gebaren duidelijk te maken dat hij in de wachtkamer mocht gaan zitten, en tot zijn grote geluk, lukte hem dat ook nog.
Nu Tom klaar was met zijn patiënt, snelde hij op Maarten af, wiens patiënt net begon met bloed op te hoesten. In allerijl werd een operatiekamer klaar gemaakt, maar nog voor ze daar aankwamen, was de hartslag verdwenen. De jongen had het niet gehaald.
Met een zucht stroopten Tom en Maarten de bebloede kleren van hun lichamen en ruilde ze in voor schone. Zonder een woord te zeggen besloten ze om naar het cafetaria te gaan, het was tenslotte al uren geleden dat ze nog iets gegeten hadden. Beide met een schoteltje groenten zette de twee neurochirurgen zich neer aan een tafeltje en begonnen met het naar binnenspelen van hun gezonde konijnenvoer.
“Zeg, is dat niet die ene jongen die altijd bij die nieuwe patiënt van je is?”¯ vroeg Maarten opeens, met zijn vork naar ergens achteraan het cafetaria wijzend.
Tom volgde Maartens blik, die uiteindelijk viel op een jongen met een zwarte sjaal om zijn hals, die onmiskenbaar Bill was.
“Ja, ik ga even met hem praten.”¯ Antwoordde Tom terwijl hij rechtstond.
Hij nam zijn schaaltje vast en liep op Bill af. Die laatste keek pas op toen Tom naast hem kwam zitten.
“Hey, hoe gaat het?”¯
“Wel oke, denk ik.”¯ De stem van Bill was zacht en schor.
Bezorgd keek Tom hem aan. Er was iets mis. Bill had zijn ogen half gesloten en op de tafel gericht, maar Tom moest ze niet zien om te weten dat hij gehuild had. En dan was er nog die sjaal…
“Het is warm hierbinnen, waarom heb je in vredesnaam een sjaal om?”¯ Bill keek even op, maar sloeg dan weer beschaamd zijn ogen neer. “Bill, wat heeft hij gedaan?”¯
Bill slikte en twijfelde even, maar nam dan het uiteinde van zijn sjaal vast. Na de sjaal twee keer over zijn hoofd te hebben gedraaid, werd zijn hals zichtbaar. Tom schrok en kon, nee, wilde, zijn eigen ogen niet geloven.
Een duidelijke handafdruk stond in Bills hals en de vingertoppen begonnen al een blauwe kleur te krijgen.
“Oh mijn god, Bill…”¯
“Ik was zo bang…”¯ Bills onderlip trilde, maar hij deed zijn best om niet in tranen uit te barsen. “Ik weet niet wat ik verkeerd gedaan had, hij sprong gewoon op me. Ik kreeg totaal geen lucht, en ik was bang dat…”¯ Huiverend haalde hij diep adem en Tom legde zijn hand geruststellend op die van Bill.
“Het is oke, Bill, hier kan hij je niets doen. Heb j er al ijs op gelegd?”¯
“Nee, ik zou niet weten waar ik dat moet halen.”¯
“Gewoon vragen. Kom mee, dan geef ik je wel wat.”¯
“En je eten?”¯
“Ik kan wel tegen wat honger.”¯ Antwoordde Tom terwijl hij al recht stond.
Bill wurgde zichzelf bijna toen hij in een haast zijn sjaal weer om zijn hals bond en snelde achter Tom aan.
In de behandelkamer waar Tom daarstraks nog zijn Italiaanse patiënt verzorgd had, haalde hij een zak ijs uit de koelkast, draaide hem in een doek en gaf hem aan Bill. Die laatste propte het ijs onder zijn sjaal en op enkele plaatsen op zijn huid ontstond kippenvel. Bill lachte even en duwde het ijs op een net iets betere plaats.
“Wat is er grappig?”¯
“Gewoon, het is koud.”¯
Tom snapte de logica er niet van, maar er was wel meer dat hij niet snapte. Zo snapte hij niet dat hij niet eerder gemerkt had dat Bill een prachtige lach had. Misschien was het omdat hij niet eerder gelachen had. Omdat er een grote druk op zijn schouders staat, die een beetje wegvalt als hij bij hem is.
Hij snapte niet waarom Bill bij Gerry bleef. Hij bleek het monster te zijn waar Bill bang voor was, maar hij bleef toch bij hem. Misschien hoopte hij de kant waar hij van hield ooit weer terug te zien.
Hij snapte niet waar de drang vandaan kwam om Bill in zijn armen te sluiten.
Hij snapte niet waarom hij zo graag bij Bill was.
Hij snapte het niet, maar eigenlijk wist hij het diep vanbinnen wel.
“Tom?”¯
“Huh?”¯
“Is alles wel oke? Je staart zo, eng.”¯
“Alles is oke, wees gerust. Wat ga je nu doen?”¯
“Geen idee, jij moet nu weer aan het werk, zeker?”¯
“Ja. Je kan misschien naar huis gaan? Je douchen enzo, als ik me niet vergis loop je al drie dagen in dezelfde kleren rond.”¯
“Vier.”¯ Gaf Bill stilletjes toe. “Ik kan niet naar huis. Ik woon bij Gerry, en hij wil niet dat ik zonder hem daar ben, dus heb ik geen sleutel.”¯
“Je kan je hier ook douchen.”¯
“Nee, laat maar. Gerry zal het zien, en ik heb geen zin om nog eens ruzie met hem te maken vandaag.”¯
Met die woorden liep Bill de behandelkamer uit. Tom keek hem na en besefte dan Bill een echt rotleven heeft. Hij verdiende zoiets niet, hij verdiende het niet om zo behandeld te worden door iemand waarvan hij hield.
Bill verdiende beter, veel beter.
Maar wie was Tom om dat te bepalen?
[reacties??]
Reacties:
NOU ZAL IK JE EENS WAT ZEGGEN!
ALS JE EVEN DE TWEE LAATSTE ZINNETJES CITEERT
TOM, JIJ BENT TOM EN ZIJN AANKOMENDE GELIEFDE DUS JIJ KAN HET WEL BEPALEN DUS KOP DICHT, NIET ZEUREN EN PAK BILL OP ZN BEK EN STEEK DIE MIDDELVINGER OP NAAR GERRIE EN ALS HIJ IETS WILT DOEN SLA JE HEM OOK VOOR ZN BEK BEGREPEN?!!!!
JAA?!!!
Mooizo^^
<333
ik heb weer zin in zo'n streek van Jorinde
ja sorry Joor maar je bent zo geniaal in dit verhaal 8D
<33
tom word bill zijn reddende engel
dus hij mag dat wel bepalen
mooi geschreven
snel verder
Xx
Ah, Bill toch *hug*
En moest ik Tom zijn, ik had die Gerry al lang een pak slaag verkocht.
Goed, tot daar de agressie.
Mooi stukje !
Snel verder <3
ok bill moet die gerry zo snel mogelijk dumpen en kiezen voor tom
snel verder?
xx
N'ahw, arme Billie. Ik moet hem maar eens een dikke knuffel komen geven. x(
En sorry dat ik nu pas reageer. x)
Oeh, ik heb nog een stukje om te lezen. Nice. ^^