Hoofdcategorieën
Home » Avatar » Avatar: Legend of the Benders » Kaiya's past revealed? Part 2
Avatar: Legend of the Benders
Kaiya's past revealed? Part 2
Kaiya keek Arata nog steeds verbluft aan. ''Trek het je niet aan,'' sprak hij met een grijns en legde een hand op haar schouder. ''Iedereen kan zo winnen.'' Het ging haar niet om het winnen of verliezen, ze wilde alleen weten hoe hij dat voor elkaar had gekregen. Ze wilde haar mond opentrekken om iets te zeggen, maar de jongen was haar al voor. ''Het wordt al aardig laat, zullen we teruggaan?'' Ze knikte kort, waarna ze achter hem aanliep. Eigenlijk had ze niet zoveel zin om terug te gaan. Hier was het veel leuker. Toch moest ze wel. Ze was deel van een groep. Niet dat die groep haar iets interesseerde. Ze werd losgerukt uit haar gedachten door gehoest. Bezorgd keek ze haar vriend aan, maar die gebaarde dat ze dat niet hoefde te zijn. Arata mocht dan wel een wilde luchtmeester zijn, hij werd beperkt door iets wat hij had. Niemand wist precies wat het was, zelfs hij niet. De enige die ervan af leek te weten was de vader van hem, maar die liet daar nooit iets over los. Zeker niet aan haar. Gelukkig was het niet ver meer, Kaiya zou niet weten wat te doen als haar vriend hier ter plekke neerstort, terwijl ze in the middle of nowhere waren. Op dat moment werd het gehoest erger. Haar vriend leek het niet lang meer te houden. Ze moesten opschieten, voordat ze te laat waren. Kaiya versnelde haar pas, terwijl ze Arata aan zijn arm vastgreep. Het was misschien niet zo'n goed idee om met iemand die staat te hoesten te gaan rennen, maar ze had geen andere keus. Precies op dat moment voelde ze hoe de arm waar ze de mouw mee vast had omlaag ging, gevolgd door een harde plof. Geschrokken keek ze om, waardoor ze haar vriend op zijn knieën zag zitten. Hemel, wat moest ze doen? Een kleine paniekaanval kwam bij haar opwaaien, terwijl ze zich steeds diezelfde vraag afvroeg. Uiteindelijk vermande ze zich een beetje, knielde naast Arata neer en trok hem een stukje achterover. ''Hou je hoofd naar achter, dan krijg je meer lucht.'' Het duurde even, maar daarna kwam hij weer tot rust. Allebei zuchtte ze opgelucht. ''Bedankt,'' sprak Arata zacht, terwijl hij weer langzaam opstond. ''Dat was op het nippertje.''
Een week later, in de middag zocht Kaiya haar plekje op aan het kleine heuveltje, waar ze bijna altijd zat. Daar wachtte ze altijd tot Arata verscheen, zodat ze samen konden vliegen of trainen. Dit keer, echter, moest ze lang wachten, totdat ze de vader van Arata zag verschijnen. Ze staarde hem aan, terwijl ze zich afvroeg wat hij hier kwam doen. Zijn blik stond niet vrolijk, eerder... Verdrietig. Op dat moment realiseerde ze zich dat de leider op haar af kwam gelopen. Ze verstarde even, bang dat ze iets misdaan had. ''Kaiya, kun je even met me meekomen?'' Verbaasd knipperde ze met haar ogen. Ze had eerder gedacht dat ze weer een lange preek zou krijgen, maar dat was alles wat ze te horen kreeg. Ze stond weer op, klopte zich vlug af en liep toen achter de man aan. Ze fronste toen ze merkte dat ze op zijn huis afliepen. De andere bekeken hen aandachtig, nieuwsgierig naar wat er ging gebeuren. Dat kregen ze echter niet mee, omdat Kaiya achter de leider aan het houten huis binnen ging. ''Wees alsjeblieft stil, Kaiya.'' Ze knikte kort, geen raad wetend wat er hier aan de hand was. Ze wilde het wel vragen, maar dat durfde ze opeens niet. Opeens stapte hij opzij, waardoor Kaiya zicht kreeg over het stukje kamer. Rustig liep ze verder, terwijl ze fronsend naar de geknielde vrouw keek die ergens bij leek te zitten. Haar blik stond net zo droevig als de leider. Kaiya herkende haar als de moeder van Arata. Daarnaast zat nog een man die zijn hoofd schudde en daarna opstond. Die herkende ze als de 'dokter' van de kleine groep. Voor een seconde vroeg ze zich af wat hij hier deed, maar realiseerde het zich al snel. Hopend dat het niet waar was rende ze de kamer binnen, waar ze Arata op de grond vond, met een deken over hem heen. Hij zag er helemaal niet goed uit. Vol ongeloof staarde ze naar de grond. Was het dan zo ernstig..? Ze had nooit gedacht dat een klein koutje dat in het begin van de week begon zo ernstig kon aflopen. ''Kaiya...?'' Bij het horen van haar naam keek ze op, om vervolgens in de blauwe ogen van haar zieke vriend te kijken. Hij klonk zwak. Ze beet op haar onderlip en twijfelde, maar besloot al snel om naast hem te gaan zitten. Ze wist eigenlijk al hoe dit af zou lopen. Ze zou haar enigste vriend verliezen. Vlug sloot ze haar ogen, bang om de het overtollige water dat zich begon te vormen in haar ogen vrij te laten. Op dat moment voelde ze de nog warme hand van Arata aan die van haar. ''Het komt goed... Dat beloof ik...'' Een kleine glimlach verscheen op haar gezicht. Wat een mooie leugen was dat. ''Zodra ik beter ben.. Leer ik je het luchtsurfen.'' Ze knikte, zoals ze altijd deed. Op dat moment voelde ze de hand wegzakken. Kaiya probeerde hem opnieuw te pakken, maar ze wist al dat dat geen nut meer had. Op dat moment voelde ze de tranen geluidloos over haar wangen glijden. Haar ogen dichthouden had nu geen effect meer. Ze negeerde de geluiden om haar heen, de moeder van Arata, die nu ook in tranen uitbarstte. De vader van Arata die met zijn vuist tegen de houten muur aansloeg. Het was allemaal veel te snel gegaan....
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.