Hoofdcategorieën
Home » Twilight » Drowning in the Time | Twilight » | Hoofdstuk 3 | Part 2 |
Drowning in the Time | Twilight
| Hoofdstuk 3 | Part 2 |
‘Hoe heet je eigenlijk?’, vraagt Esmé.
Ik ga in mijn gedachten alle tijd af die ik hier was. Het verbaast me. Ik heb het echt nog niet verteld.
‘Sorry’, zeg ik terwijl ik naar mijn handen staar die opeens heel interessant waren geworden.
‘Ik heet Sarah, maar noem me maar Saar.’
‘Ik denk niet dat wij ons nog moeten voorstellen. Je weet meer over ons dan Edward’, zegt Carlisle en hij knipoogt naar mij.
Ik moet lachen. ‘Dank je, denk ik.’
Opeens begint mijn maag te knorren. Lichte blosjes verschijnen op mijn wangen. Blosjes die je haast niet kan zien doordat ze licht zijn. Even licht als mijn super witte huid. Wit doordat ik nooit in de zon kom. Nooit de warme betoverende zonnestralen op mijn huid heb mogen voelen. De warme stralen waar iedereen blij van wordt, iedereen behalve ik. Weer een dag thuis zitten. Nee geef mij maar regen of een bewolkte dag, maar regen is beter. De koude druppels op je huid voelen. Nat worden, zonder er zelf wat voor hoeven te doen. Nadenken onder een boom als het regent, het liefste wat ik doe.
Helemaal in mijn gedachten heb ik niet door dat Alice vrolijk tegen mij aan staat te praten. Totdat ik ineens een hand voor mijn ogen zie dwalen. Ik kijk verschrikt op.
‘Oh gelukkig je leeft nog. We dachten al dat je dood was’, zei Emmet met een grote glimlach op zijn gezicht.
‘Hè? Wat is er?’, antwoord ik terug.
‘Wat je wil eten’, vraagt Alice nog een keer.
‘Wat jullie in huis hebben. Ik wil geen last zijn...’
‘We moeten toch naar de winkel. Eten hebben we nou niet vaak in huis. Dus was mag het zijn?’, antwoord Esmé.
‘Ik lus alles. Koop maar wat.’
‘Oh Carlisle.. Ik weet al dat het mag, maar ik zal het nog even vragen. Wil je zorgen dat Saar wordt ingeschreven op deze school, onder onze naam?’, vraagt Alice al knipperend met haar ogen.
Van haar smekende gezicht schiet ik in de lach. Waarom doet ze zo.. zo Alice, terwijl ze weet dat het antwoord ja is?
‘Dat vraag ik me ook wel eens af.’
Ik schrik op en kijk snel om me heen wie dat heeft gezegd. Totdat ik me realiseer dat het alleen Edward kan zijn, met zijn antwoord op mijn gedachten, die niet eens een echte vraag waren.
‘Oh en Carlisle. Morgen kunnen we sowieso niet naar school. De zon schijnt en ik wil niet dat Saar voor het eerst naar school gaat zónder ons. Haar nieuwe familie!’, zegt Alice weer vrolijk.
Zon... Mijn super vrolijke humeur is gelijk weg. Dat drie letters voor zoveel problemen kunnen zorgen.
‘Ehm, Carlisle... Ik kan morgen niet naar buiten.’
Vragend kijkt hij me aan. Hij geeft al niet eens meer antwoord op de vragen van Alice. Wetende dat zij het antwoord al weet. Net zoals Edward al weet wat ik wil zeggen. Wetende waarom ik niet naar buiten kan. Wetende waarom ik díe drie letter in juist díe volgorde zo erg haat.
Alice stoot me aan. ‘Jij bent wel erg vaak in je gedachten. Wí¡í¡rom kan je niet naar buiten?’
Ondertussen hoor ik Esmé buiten een auto starten om naar de winkel te gaan. Niet wetende welke het is.
‘Omdat ik zonneallergie heb.’
‘Carlisle, daar heb jij toch wel wat voor?’, vraagt Alice.
‘Alice. Het geeft niet. Ik heb het altijd al gehad. De zon is gewoon mijn vijand...’ Het laatste woord sterft weg. Graag zal ik eens naar buiten willen als de zon schijnt. Me niet hoeven te verstoppen voor mijn ergste vijand. Mijn ergste vijand met drie letters.
‘Maar Saar, zelfs iemand zonder Jaspers gave heeft door dat je liegt!’, antwoord Alice.
Ik antwoord niet terug. Niet wetend wat ik moet terug zeggen. Ergens heeft ze gelijk, maar dat stemmetje in mij geeft niet toe. Ik ben koppig, sterk van mezelf. Sterk door alles wat er is gebeurd. Sterk geworden door de tijd. De tijd die voor mij gevoel te snel ging. Het was te snel over. De liefde kon niet meer verder. Verder dan hij was. Het strand was bij zijn einde gekomen en overgegaan in de zee. De uitgestrekte zee en ik alleen op het strand. Hij in de zee. Wetend dat hij naar mij kijkt. Mij in de gaten houdt. Mij nog graag een keer in zijn armen heeft willen sluiten, maar het niet meer kon. Vechtend voor zijn leven. Vechtend opgegeven. Het leven niet meer aankunnen. Weggesprongen, weggesprongen voor mij. Voor iedereen. Het was mijn schuld.
De tranen verschijnen weer in mijn ogen. Alles is mijn schuld.
Iedereen weet het. Iedereen zegt het, niet met woorden, maar blikken zeggen genoeg. Blikken die je laten zien dat het jou schuld is. Jou schuld dat hij gesprongen is. Weggesprongen voor mij. De realiteit die ik onder ogen moet zien. Hem achterna springen kon niet. Ik werd vastgehouden. Ik mocht niet.
De tranen beginnen harder te stromen over mijn wangen. Iemand pakt me vast en begint me te troosten. Maar het helpt niet. Eén iemand kan me nu helpen en die persoon bestaat niet meer. Mij achtergelaten in deze wereld. Weggesprongen voor mij.
Reacties:
*stilte*
Wow. De emoties zijn écht wel goed beschreven
Serieus, je moet snel verder, echt!
xxxx
Gosh O_O
Ik ben helemaal stil lieverd..
Dit is zo prachtig écht ongelofelijk !
Gewoon echt..
Wauw !
Iloveit !
x
'wow' ik ...... ben sprakeloos
waw je mmoet echt verderxxxxshauny