Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Lord of the Rings » Boombaard's verhaal » Als koningen onder elkaar

Boombaard's verhaal

17 aug 2011 - 23:47

809

1

328



Als koningen onder elkaar

Het heeft even geduurd; maar beter laat dan noot zeg ik altijd maar. Het zou vast niet foutloos zijn, maar dat maakt mij vrij weinig uit. Boombaard heeft een gesprek, wat de meesten vast saai zullen vinden. Een gesprek met een koning wel te verstaan, dé koning.

Het duurde een fractie van een seconde voordat Boombaard hem herkende. Hij had hem maar een keer gezien, lang geleden. Hij moest diep terug graven in zijn geheugen. Boombaard was jong. Jong voor een ent. Het was ver voor de eerste era van Midden aarde. Het was te lang geleden. Boombaard werd ouder, en hij zag nog even jong. Hij was onsterfelijk. Het was Manwë Síºlimo, Koning van de Valar.
‘Mijn jonge meester’ zei een zware stem. Het was de stem van Manwë. Hij sprak als een koning, deftig maar snel ‘Mijn koning’ Boombaard probeerde een buiging te maken, wat hem niet lukte.
‘Doe geen moeite’ zei Manwë nog voordat Boombaard een poging deed. ‘Je bent terug gekeerd’ zei Boombaard in de gemeenschappelijke taal ‘Lang geleden ben ik hier voor het laatst geweest, de wereld was nog jong. Jij bent de rede dat ik terug kwam, Boombaard’
‘En waarom dan wel? ‘ vroeg Boombaard met een opmerkelijke stem, alsof hij het niet snapte.
‘Je hebt vast wel een idee’
Boombaar deed zijn ogen dicht. Zijn leven flitste in een seconde voorbij, alsof hij viel van een hoge toren af en zijn laatste paar seconde van zijn leven tegemoet ging. Gelukkig was dit niet nu. Maar hij wist het antwoord, hij wist waarom Manwë was gekomen. Manwë had altijd contact gehouden, via andere personen. Maar nooit rechtstreeks.
‘Omdat ik afdwaal?’
‘Afgedwaald is niet het juiste woord. Ik volg je al meer dan 4 era’s. Dat zijn heel wat mensen jaren weet je, dat zijn honderden generaties. In die jaren heb ik jou gezien, Koning van Fangorn, baas van Beuk en twijg.’
‘Je wil dat ik terug ga?’
‘Misschien zou ik dat graag zien ja’ zei Manwë met een trage slome stem. ‘De keuze is moeilijk, je bent de laatste van je generatie. De enten in Fangorn zijn bijna ‘gewoon’ geworden, of hoe noemden jullie dat? In ieder geval, je weet wat je te doen staat. Dagen heb je gereisd, en nu sta je hier. Het is lang geleden dat hier Enten over kwamen’
Boombaards ogen sprongen open. Hij dacht diep na. Hij dacht haastig na, er waren Enten lang geweest!
‘Meester Manwë, je informatie botst tegen elkaar op. Je zegt tegen mij dat ik terug moet, omdat ik Fangorn alleen laat. Maar je zegt dat ik niet de eerste Ent ben die deze rivier heeft over gestoken?’
‘Gelijk heb je, ik zal je niet tegen praten of proberen te stoppen. Hoewel ik dat wel kan, zou ik het niet doen. Je bent oud en wijs genoeg Boombaard; meester van Beuk en Twijg’
Manwë bekeek zijn paard. Het was een van de oudste paarden, van het geslacht Vangürn uit de eerste era. Het was een wit paard, zo wit als de kleding van Manwë. Zo wit als het sneeuw van de nevelbergen en zo vel als de zon in het hoge oosten. ‘Ik laat de keuze aan jou over, een keuze die waarschijnlijk onomkeerbaar is. Bedenk goed wat je doet’ Manwë stapte op zijn paard en maakte aanstalten om weg te gaan. ‘Misschien tot weerzien’ zei Boombaard nog steeds diep nadenkend ‘Die kans acht ik klein, hoewel de kans altijd bestaat. Ik maak nog een laatste reis, richting het oosten. De eenzame berg is mijn bestemming, om daarna door te gaan naar het hoge noorden’
‘Waarom kwam je zelf? In een menselijke gedaante nog wel, waarom stuurde je Mithrandir niet?’
Manwë keek naar Boombaards voeten. Je kon het eigenlijk geen voeten noemen, eerder twee boomstammen die tegen elkaar aan gegroeid waren. Verrotte boomstammen wel te verstaan, boomstammen die duizenden jaren in het water hebben gestaan en uitgerot waren door de nachtelijke ijzel. Boomstammen die veel mee gemaakt hadden.
‘Gandalf heeft zijn verhaal afgesloten, hij is naar de onsterfelijke landen gegaan lang geleden. Zijn tijd is voorbij, mijn tijd nóg niet.’
Boombaard keek treurig naar beneden. Voor een Ent was het treurig, normaal gesproken kon je geen uitdrukking lezen op hun gezicht. Zijn mos rondom zijn mond hing naar beneden.
‘Dat is jammer om te horen, maar al te waar. Nog steeds denk ik terug aan de oude tijd, de oude tijd! Boeraroem..’ de echo schreeuwde zijn laatste woorden luttele seconde na. ‘Ik zou hier nog langer kunnen blijven, maar ik ga door. Ik ga niet dwalen, en schenk je alle kracht die ik je kan geven, in welke weg je ook op gaat. Het ga je goed Boombaard, koning van Beuk en twijg.
Beuk en twijg. Koning van Fangorn, meester van het oude woud. De laatste der Enten.
Nog voordat Boombaard een gepast antwoord kon geven was hij al verdwenen , net zo snel als hij weer kwam. En toch was het raar, dacht Boombaard langzaam, als Manwë hier persoonlijk kwam. Als hij mij wouw waarschuwen, waarschuwen voor het gene wat mij te wachten staat? In Fangorn of in het verre Hobbit land. Winter komt er aan, en snel moest hij zijn.


Reacties:


Kahlan
Kahlan zei op 18 aug 2011 - 8:44:
ow, Mawë
ja als de Valar er zich mee gaat bemoeien zal het wel serieus zijn
snel verder!!